er vaak heel wat moed noodig is om zich zelf te blijven. De talrijke Fransche uithangborden in de Vlaamsche steden, de Fransche adressen van Vlaamsche handelaars in het telefoonboek, zijn daarvan nog immer treffende bewijzen gebleven.
Toch valt een kentering ten goede waar te nemen in een groot deel van het Vlaamsche land. Zoo is het aantal in het Nederlandsch gepleite en uitgesproken handelsgedingen sedert 1931 hier en daar in hooge mate toegenomen. Elders blijft de toestand echter treurig.
Te Gent, waar in 1931, slechts 0.6 pct. (16 op 2560) der arresten van de handelsrechtbank in onze taal waren gesteld, was dit in 1934 reeds tot 19 pct. gestegen. Antwerpen klom van 8 tot 58 pct., Mechelen steeg van 10 tot 57 pct. Voor Dendermonde is het cijfer thans 53 pct., voor Aalst 60, voor Ieper 66 pct., Turnhout, vlak bij de Nederlandsche Staatsgrens, heeft nog maar de 77 pct. bereikt, terwijl Kortrijk van 27 tot 85 pct. wist te stijgen en Brugge tot 91 pct. is geklommen. Te Sint-Nikolaas (Waas) is de toestand normaal geworden en wel in dien zin, dat alle vonnissen van de rechtbank van koophandel in het Nederlandsch worden gesteld.
Donkere vlekken op de kaart van Vlaanderen blijven er, jammer genoeg, nog altijd. Brussel: één enkele Nederlandsche uitspraak in 1931, 148 (op een totaal van 30.790!) in 1934. Te Leuven is het nog erger en werd sedert 1931 geen enkel arrest door de Rechtbank van Koophandel in het Nederlandsch gesteld. Daar is dus nog alles te doen!