Vlaamsche toestanden.
Het is voorwaar geen makkelijke taak in de huidige tijdsomstandigheden van de Vlaamsche ziel en 't Vlaamsche gemoed een bij benadering zoo trouw mogelijk beeld te schetsen, een beeld waarin de Vlaamsche lezer zich zelf eenigszins terug vindt en dat ook voor de buiten Vlaanderen wonende stamgenooten eenige waarde heeft. De moeilijkheid bestaat vooral hierin, dat men vruchteloos naar enkele bepaalde, tot het verstand sprekende feiten uitziet, die, duidelijk vooropgezet en toegelicht, de huidige Vlaamsche atmosfeer zouden helpen verklaren.
Er is - de enkele spiegelgevechten rondom een reeds grootendeels ontzenuwd wetsvoorstel betreffende de vervlaamsching van het gerecht in Vlaanderen en de weeklachten in de pers over het niet toepassen van de zoo pijnlijk verkregen taalwetten hier buiten beschouwing latend - op dit oogenblik geen strijd en geen spanning meer in Vlaanderen. Geen strijd voor de verovering van een voor iedereen zicht- en tastbaar doel als de Vlaamsche Universiteit b.v. er een was, geen spanning als tusschen de verschillend gepolariseerde krachten van de Vlaamsche beweging voor het herwinnen van het eigen volksbewustzijn en het gedeeltelijk ontwapend franskiljonisme meer dan een halve eeuw lang in het Vlaamsche land heeft bestaan. Het is alsof de Vlaamsche ziel zich, vooral sedert enkele maanden, in een psychologisch ‘niemandsland’ bevindt, een niemandsland dat de strijdstellingen van de voor- en naoorlogsche geslachten nog van elkander scheidt, doch binnen afzienbaren tijd door het opkomende geslacht zal worden veroverd.
De verwarring in de uiteindelijke doelstelling en de politieke splitsingswoede, die thans bij de actieve en denkende Vlamingen tot uiting komen en hunne beweging - tijdelijk tenminste - lam leggen, zijn, al valt het bestaan van zekere zuiver-persoonlijke factoren niet te ontkennen, uit de geestelijke en andere tijdsstroomingen, waaraan ten slotte geen enkel volk ter wereld ontsnappen kan, te verklaren. In dezen tijd, nu de schaal der waarden wordt herzien en nieuwe maatstaven worden aangelegd, zoekt ook Vlaanderen, gedeeltelijk bewust en gedeeltelijk onbewust, naar nieuwe vormen en, als natie, naar een nieuwen levensstijl. Deze aanpassing is des te moeilijker, waar het Vlaamsche volk, in zijn geestelijke ontplooiing belemmerd door een staatkundig regime dat op de handhaving van zijn minderwaardigheid was berekend, geen gelijken tred heeft kunnen houden met de geestelijke en technische vlucht door de andere naties, vooral sedert het einde der Napoleontische oorlogen, genomen. Toen in 1914 de groote wereldbrand uitbrak, had Vlaanderen nog veel achterstand in te halen. Het werd, in den oorlog geworpen zonder dat het zijn eigen ziel geheel had teruggevonden en nog vóór zijn geest het Westeuropeesche peil had mogen bereiken.
Nu zijn sommige buurvolkeren van Vlaanderen alweer een eind verder geschreden op den weg der ontwikkeling. Daar, waar de geest tot zijn hoogste uitdrukking was gekomen, maar dan ook alle aanraking met de diepe oerkrachten der natuur had verloren, kan thans naar een nieuw, vruchtbaar evenwicht tusschen Geest en Stof