New York.
Op Vrijdag, 17 Maart, heeft het Bestuur onzer Afdeeling aan Dr. Ph. Botha een noenmaal aangeboden, ter gelegenheid van zijn vertrek maar Montreal. Behalve het Bestuur waren tegenwoordig Mr. Peters, Landbouwconsulent, verbonden aan het Gezantschap te Washington, en de heer I. Spetter, gewezen Secretaris onzer Afdeeling.
De eerevoorzitter, Consul-Generaal der Nederlanden te New York, Mr. W.P. Montijn, zette in welgekozen woorden uiteen hoezeer het de Afdeeling spijt, Dr. Botha te moeten verliezen. Eveneens heeft de voorzitter, Prof. Barnouw tot afscheid gesproken. Hij bracht in herinnering, dat Dr. Botha het eenige bestuurslid geweest is, dat als Zuid-Afrikaner in het bestuur van de Afdeeling zitting gehad heeft. Hij was overtuigd, dat Dr. Botha ook in Montreal het doel van het Verbond zal bevorderen.
De heer Spetter wenschte den aftredenden ondervoorzitter en Mevrouw Botha het allerbeste toe bij de verwisseling van standplaats als vertegenwoordiger der Z.-A. Regeering en herinnerde eraan, dat toen de heer Botha naar New York zou vertrekken hem de faam vooruit was gesneld, dat hij een warm vriend was van het Verbond, hetgeen dan ook gebleken is.
J. WULFFRAAT, Secretares.