Een Beetje Cijfers.
Op de jaarlijksche tentoonstelling te Johannesburg - het uitstalvenster van Zuid-Afrika, zegt een briefschrijver der N.R. Ct. - is Nederland nog beter dan het vorige jaar voor den dag gekomen. Wel miste men nu de belangrijke ambtelijke inzendingen van het vorige jaar, maar de groote nijverheid was flink vertegenwoordigd; het bezoek was veel talrijker dan in 1928 en de commissie voor den Ned.-Zuidafr. handel alhier, die in samenwerking met den consulgeneraal te Pretoria, dr. A.H. Lorentz, en de Ned. K.v.K. te Johannesburg aldus bij het Nederlandsche bedrijfsleven een belangstelling heeft gewekt, waarvan voor enkele jaren nauwelijks iets te bespeuren was, heeft eer van haar werk. Nederland is het eenige land overzee, dat met een gezamenlijke inzending aan Zuidafrikaansche tentoonstellingen deelneemt. Wel waren er verleden jaar plannen van Duitschland, de Ver. Staten en België, om dit voorbeeld te volgen; tot dusver zijn die niet verwezenlijkt. Een volledig beeld van wat de Nederlandsche nijverheid vermag, gaven onze inzendingen nog niet; dat komt wel, hopen wij, in 1930. Dan zullen ook te Rosebank bij Kaapstad, Pretoria en Durban zulke tentoonstellingen gehouden worden.
Afrika heet het werelddeel der toekomst; de Zuidafrikaansche Unie in elk geval staat pas aan het begin van haar ontwikkeling. Met haar natuurlijke rijkdommen, haar toevoer van ondernemende mannen met kapitaal en handelsgeest, een sterk zelfstandigheidsgevoel en een levendig begeeren naar ontwikkeling, vertoont zij buitengewone groeikracht en een stijgend opnemingsvermogen, dat aan de landen der Oude Wereld met hun overproductie goede kansen biedt. Zoo is de invoer uit Ned. Oost-Indië van 1926 op 1927 verviervoudigd en kon die uit Nederland in dien tijd van nog geen 13,5 millioen gulden toenemen tot meer dan 13,9 millioen. De geheele handel der Unie breidt zich uit; de voortbrenging is in de laatste jaren meer dan verdubbeld en daar hierbij het goud bovenaan staat, op welks toekomst niet valt te rekenen, streeft de regeering naar aanmoediging van landbouw, veeteelt en nijverheid (zuivel- en metaalnijverheid).
Te weinig kent men het land. Onlangs is weer een groep van Engelsche fabrikanten naar Zuid-Afrika vertrokken, om de afzetmogelijkheden te bestudeeren. Toen een bekend Nederlander opgemerkt had, dat het volstrekt onmogelijk was, betrouwbare inlichtingen over de kansen voor Nederlandsche landverhuizers te verkrijgen, zonden de Ned.-Zuidafrikaansche vereeniging en de Zuidafrikaansche Voorschotkas de landbouwcommissie uit, van welker bevindingen zulk een belangwekkend verslag verscheen. Na dien kwam het Wonderfonteinplan voor een Nederlandsche nederzetting op besproeibaren grond. De kamers van koophandel in Nederland toonen meer en meer haar instemming en daadwerkelijken steun. Een Nederlandsch-Afrikaansche stoomvaartlijn, een Nederlandsche Bank voor Zuid-Afrika, Nederlandsche kamers van koophandel te Johannesburg en Pretoria, Nederlandsche handelsbureaux te Kaapstad en elders, werken in steeds nauwere samenwerking met Nederlandsche consulaten en met de bovengenoemde commissie tot versterking der stoffelijke betrekkingen met onze stamverwanten daarginds, die ook voor de cultureele verstandhouding van zoo groot belang zijn.