De Guldensporenherdenking.
De Guldensporenslag - eerste bevestiging van het Vlaamsche volksbestaan - is dit jaar, het heele Vlaamsche land door, van de Noordzee tot de Maas, herdacht geworden. In vele steden, te Antwerpen, Mechelen, Lier, Brugge, Aalst, Hasselt, Vilvoorde enz. waren de Vlaamschgezinden er in geslaagd aan deze herdenking een ambtelijke bekrachtiging te laten geven. De Vlaamsche leeuwenvlag wapperde er van den gevel van het raadhuis. Aan de scholen en het stadspersoneel werd op 11 Juli vrijaf gegeven, terwijl de kinderen den dag te voren les kregen over de beteekenis van den Sporenslag. Overal werden volksoptochten gehouden, spraken bekende redenaars de menigte toe en zong het volk het fiere lied van den Vlaamschen leeuw. Niet overal echter waren de politieke partijen het met elkaar eens geworden, om gezamenlijk en eensgezind aan de herdenking deel te nemen en in meer dan een stad werden twee en zelfs drie vieringen gehouden, wat de tegenpartij, die alleen sterk is door de Vlaamsche verdeeldheid, natuurlijk zooveel mogelijk in de hand werkte. Toch valt er, op het gebied der samenwerking van alle Vlamingen, op een dag als 11 Juli, heel wat vooruitgang te bespeuren, wat toelaat te voorspellen, dat binnen enkele jaren, in het heele Vlaamsche land, op den Sporendag geen sprake meer zal zijn van Vlaamsche katholieken, socialisten, liberalen, nationalisten of minimalisten, maar van Vlamingen alleen.