Nederlandsch of Esperanto?
In den Haarlemschen gemeenteraad verzocht onlangs een der leden aan den burgemeester zijn rede ter begroeting van het in Mei te Haarlem bijeenkomende Esperanto-congres uit te spreken in het Esperanto.
De voorzitter scheen door dit verzoek een oogenblik uit het veld geslagen. Vóór hij had kunnen antwoorden, schoot Mr. Slingenberg te hulp met de opmerking, dat ten stadhuize te Haarlem Nederlandsch geldt en dat, wie door het gemeentebestuur ambtelijk ontvangen en verwelkomd wordt, goed moet vinden, dat we onzen groet en heilwensen uitspreken in eigen taal. ‘Iets voor Neerlandia’? vraagt de O.H.Ct.
Zeer zeker voelen wij er alles voor, dat de redevoeringen ter begroeting van zulke bijeenkomsten steeds in het Nederlandsch worden uitgesproken. Hetgeen in die toespraken zuiver plichtpleging en hoffelijkheidsbetoon is, zou desnoods in de taal der gasten kunnen worden toegevoegd.