Neerlandia. Jaargang 29

Van de Afdeelingen.

Rotterdam.

De Bestuurderen van de Zuid-Afrikaansche Vereeniging en het Algemeen Nederlandsch Verbond, Afdeeling Rotterdam, hebben op Dinsdag 31 Maart j.l. een gezamenlijken maaltijd gehouden in het Restaurant Hasenkamp ter eere en ter verwelkoming van Professor J.J. Smith uit Stellenbosch. Mede zaten aan o.m. de heeren prof. Dr. G.A.F. Molengraaff uit Delft, Z.W. Sneller, en W. de Vreese uit Rotterdam, verder verschillende vooraanstaande personen uit den Rotterdamschen Handel, eenige welke in Zuid-Afrika vertoefd hebben en een tweetal Zuidafrikaansche studenten. De voorzitter van de Afdeeling Rotterdam van de Z.-Afr. Ver., Mr. W.C. Mees, opende de rij der sprekers en zette in een uitstekende redevoering de beteekenis van Zuid-Afrika voor Groot-Nederland uiteen. Daarna vertolkte de heer J. Van de Wall, ondervoorzitter van de Afd. Rotterdam van het A.N.V., zijn gevoelens ten opzichte van het stamverwante volk en deed dit in onvervalscht Zuid-Afrikaansch, waarmede hij den bijval van het gezelschap oogstte. Voorts hebben Prof. Sneller, prof. de Vreeze en Mr. H.J. Knottenbelt gesproken. Prof. Smith dankte uitvoerig en welsprekend. Wat de Zuid-Afrikanen, zoowel als de Vlamingen aan den moedercultuurstaat Nederland danken en wat zij daarvan nog verwachten, heeft de voortreffelijke gast overtuigend uiteengezet. Komt naar Zuid-Afrika, riep hij den energieken Hollandschen jongelui toe, maar weest er dan Zuid-Afrikanen en tracht er naar onze levensopvatting te begrijpen en te volgen. Evenals prof. Sneller waardeerde hij het, dat

Prof. J.J. Smith. (Cliché ‘Zuid-Afrika’)

[p. 75]

aan onze Handelshoogeschool zoovele Zuidafrikaansche studenten de colleges volgen en er promoveeren. Hij hoopte dat dit in toenemende mate het geval zal blijven.

Vlissingen.

Voor de derde maal in dit jaar hadden de leden onzer afdeeling het voorrecht opgeroepen te worden voor een afdeelingsavond. Ditmaal hadden zij de groote eer het woord te hooren voeren door Z.H.G. Prof. J.J. Smith van Stellenbosch, die van 7 tot 9 April op bezoek was in Zeeland. De rede, die in het Afrikaansch werd gehouden, dat voor de aanwezigen makkelijk te volgen was, werd aangehoord door een voor onze afdeeling vrij talrijk publiek en werd voorafgegaan door eenige zangnummers van de alt-zangeres Mevr. R. Bor - Rovers, die, evenals haar begeleider, de heer S. Landsman, welwillende medewerking verleende.

Eenige nieuwe leden gaven zich op.

West-Zeeuwsch Vlaanderen.

Woensdag 18 Maart trad voor de afdeeling West-Zeeuwsch Vlaanderen op Dr. De Hullu, oud-Rijksarchivaris met het onderwerp: Oost-Indische reizen in de 16e en 17e eeuw. De vergadering, door zeer velen bezocht, volgde aandachtig de zeer belangwekkende uiteenzetting.

Woensdag, 8 April, had de afdeeling een feestavond belegd ter eere van het bezoek van Prof. Smith en ons Hoofdbestuurslid Jhr. Von Weiler, Op dezen schitterend geslaagden avond, waarvan de door prof. Smith uitgesproken rede het glanspunt vormde, kan de afdeeling met vreugde terug zien. Zij vormde een waardig slot voor het winterseizoen, waarin het ledental steeg van 56 tot 83.