Nederlandsch te Londen.
Met ingenomenheid vernamen wij uit een Londenschen brief aan de Nieuwe Crt. van 11 Oct. 1924 dat, dank zij de bemoeiingen van Nederlanders te Londen, een Nederlandsche onderwijzeres daar sedert korten tijd les in het Nederlandsch geeft.
De briefschrijver der N. Ct. zegt:
‘Het spreekt vanzelf dat Nederlandsche ouders hier hun kinderen op Engelsche scholen moeten doen, waar zij van alles hooren over Drake en Nelson en niets over De Ruyter en Van Speyk. Zij doen mee aan het saluut voor The Empire en krijgen een atlas, die voor driekwart gevuld is met kaarten van Groot-Brittanje en zijn overzeesche gebieden en waar ook een kaart in schuil gaat van Nederland-België... Luxemburg. Dat is heel natuurlijk voor Engeland maar zeer onnatuurlijk voor het gevoel van een Nederlander.’
De briefschrijver merkt terecht op, dat wie in het buitenland woont, dieper dan vele menschen thuis leert beseffen, hoe goed het is Nederlander en Nederlandsch te zijn. ‘De menschen van het slag, die ons in Londen de “Dutch lessons” hebben bezorgd,’ schrijft hij, ‘zijn dragers en handhavers van onzen stam en mannen naar mijn hart.’
En naar het onze!