Neerlandia. Jaargang 28
(1924)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdTaalcommissie.Zetel: 's-Gravenhage, Helenastraat 46. Aangeteekende stukken: Charlotte-de-Bourbonstraat. | |||||||||||||||||||||
Brievenbus.N.N. te? De dienst van P.T. en T. schijnt onverbeterlijk. Waarom deelt U Uw adres niet mee? Lid van het A.N.V. op Curaçao. Wij geven, evenals U, elk goed Nederlandsch woord de voorkeur boven een vreemd. Of zijpad voor trottoir en gastenhuis voor hotel ingang vinden, betwijfelen wij. M.S. te R. Met vriendelijken dank voor Uw belangstelling verwijzen wij U voor efficiency naar Neerlandia van Aug. 1923 blz. 116 en Nov. 1923 blz. 165.
Een lid te 's-Gravenhage zendt ons de onderstaande uitknipsels, welke wij met volle instemming overnemen. ‘Ook wij mochten waarlijk wel een invloedrijken kring hebben, waar men oordeelde over de verschrikkelijke verbastering van onze taal, over de slordige en al slordiger wordende manier, waarop men zijn brieven schrijft (zaken-correspondentie zeker niet uitgezonderd), over het allergemeenste taaltje dat men duldt in menig Nederlandsch dagblad en in tal van vaktijdschriften, over de zeer onhoffelijke gedragingen van mannen tegenover vrouwen (en omgekeerd!), over 't verval van onze omgangsvormen, het totaal verloopen, eigenlijk, van onze huiselijke bijeenkomsten, die ontaard zijn in speel- of smul-partijen, waarop hoe langer hoe minder wordt gepraat, waar nooit meer een gezelschapspel wordt gespeeld. De gezellige omgang, thuis, gaat men versmaden. Men verkiest het koffiehuis, het cabaret, de bioscoop, of vliegt langs de wegen; morgen vliegt men door de lucht.... Zulk een kring, en dan met even grooten invloed als die van 't Hôtel Rambouillet bezat, zou men zeker graag wat overdrijving vergeven. Ook het hedendaagsche Europa is door den oorlog verwilderd; in vele landen is ook weer de taal even erg verbasterd als de zeden er bedorven zijn.... En daarom zouden wij haast tegen Molière en vóór de précieuses partij kiezen. Onnatuur is verschrikkelijk: men kan niet te natuurlijk zijn; maar wel te “naturalistisch”, te ongemanierd, te grof, te slordig op zijn taal.... Précieuses zijn er in onze dagen niet meer te bestrijden. Gemaniëreerde schrijvers en vooral dichters nog bij de vleet. Ik laat ze nu met rust, wil enkel maar opmerken dat er geen tijdschrift verschijnt zonder sonnet van den een of anderen OronteGa naar voetnoot1). En zoo'n Oronte verbetert aan smaak en zeden geen zier!’
FRITS LAPIDOTH in De Vrijheid 1921.
‘Het Vaderland’. In Italië is men al eenigen tijd doende de opschriften in vreemde talen van winkels, hotels enz. weg te werken. Nu, onder het Fascistisch bewind, pakt men het flink aan. Men verbiedt die vreemde woorden aan pui en uitstalkast niet, maar legt er zoo hooge belasting op, dat het met een verbod gelijk staat. Het gevolg is, dat men overal bezig is de namen te veranderen. ‘Hotels’ verdwijnen en maken plaats voor ‘albergo's’. Het Palace Hotel wordt Albergo Palazzo, het Hotel Majestic Albergo Majestoso. De Coiffeur heet nu allerwege Parruchiere, en zoo voorts. We zijn een beetje jaloersch op Italië, want geen land, waar het snobisme van vreemde namen zoo tiert als het onze, en in ons land geen stad als den Haag. Waarom noemde de Oude Doelen zich bij voorkeur de Vieux Doelen, de Twee Steden les Deux Villes? Waarom Hôtel des Indes, Palace Hotel en Kurhaus? Zou men meenen dat een vreemdeling minder lust heeft in een Paleishotel, een Indisch Hotel of Hotel Indië zijn intrek te nemen? Waarom wordt voor Kurhaus niet de vroegere naam van Badhuis hersteld? Het is geen badhuis, zegt men; maar ook geen Kurhaus. We hebben nog een Badhuisweg, die eens naar het Badhuis voerde. We hebben ook nog een Badhuisstraat. Voorbeelden van winkels met volkomen zinlooze vreemde namen zijn onnoodig. Ze zwermen door de stad. Wat een poover idee moet de vreemdeling van ons nationaal gevoel van eigenwaarde krijgen, als hij al die winkels ziet met opschriften in een vreemde taal! | |||||||||||||||||||||
Waardig!Een Nederlandsche zaak met een Nederlandschen naam zendt haar prijslijsten in omslag geheel in 't Fransch o.a. naar Zeeuwsch Vlaanderen. Geen wonder, dat iemand ons van daar schrijft: ‘Te betreuren is het, dat Nederl. huizen door hun anti-Ned. gedoe landgenooten, die zij als afnemers voor hunne waren zouden wenschen te verkrijgen, geheel van zich vervreemden.’ (Zoo krijgen zij hun gerechte straf, doch waarschijnlijk wijten zij hun | |||||||||||||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||||||||||||
kleinen omzet aan de domheid der bewoners van Zeeuwsch Vlaanderen: hun eigen domheid zullen zij wel niet inzien. T.C.) | |||||||||||||||||||||
De Ned. Posterijen en onze taal.Op het Hoofdbestuur van dezen tak van staatsdienst besteden de ambtenaren blijkbaar veel zorg aan onze taal. Zie het onderstaande b.v. waarvan het eerste woord daar zelfs gemaakt schijnt, want in het Fransch bestaat het niet eens: Reclamatiën geven geen recht op uitstel van betaling der verschuldigde telefoongelden. Eventueele opmerkingen over deze rekening worden ten spoedigste - uiterlijk binnen een maand - ingewacht. Data van uitstedigheid dienen, in verband met de inning der quitantie, tijdig ter kennis van het Rijkstelefoonkantoor te worden gebracht. Ook bij de Postspaarbank heeft het H.B. de macht, om een onjuist woord in het Nederlandsch te verbreiden n.l. inlage (voor inleggeld) op de afstempelingen in plaats van de vroegere strookjes. Zoo iets kan toch niet in andere landen gebeuren, dunkt ons.
In de wachtkamer van het station te Hilversum viel mijn oog op de ‘Speisekarte’, die op verschillende tafels lag. Ook de inhoud kon er niet op bogen, zuiver Hollandsch te zijn. Een meer en meer insluipend germanisme is: een japon rijk met paarlen bestikt, (inplaats van met kralen geborduurd.) Vooral paarlen inplaats van kralen is in kleerenwinkels een haast gangbare term geworden. Wat zou men hier tegen kunnen doen, evenals de vele Fransche uitdrukkingen in advertenties van dameskleeren? (Zie Handelsblad en elke groote krant!) Mevr. de Besse H.v.E. | |||||||||||||||||||||
Te veel om in eens te slikken!Militaire Officiers-kleeding wordt bij ons met succes omgeverfd in zeer donker blauw en zwart. Palthe - Almelo. Depots alom in 't land. ‘Mavors.’ | |||||||||||||||||||||
Infaam ouderwets.Deze uitdrukking uit de Camera Obscura is volkomen van toepassing zo nu en dan op het taalinzicht van de Taal-kommissie van het A.N.V. Lees in het April-nummer nu eens dat stukje over kennen en kunnen en sla dan eens na wat het woordenboek der Nederlandsche taal hiervan zegt! Men zal dan vrij wat frisser kijk op de dingen krijgen. Daar lees ik (VIII, blz. 546) ‘Uit alles blijkt dat althans in historischen tijd de beteekenis “kennen, weten” de oudste is.’. En, dan tot dl. VII teruggaande (blz. 2161), lees ik als een van de vele betekenissen van kennen: Door onderricht, oefening, beoefening, gewoonte bekend -, vertrouwd zijn met iets.’ En dan deze lezenswaardige aanmerking: ‘Vooral in deze beteekenis wordt, ook buiten de eigenlijke volkstaal (ik kursiveer, J.B.S.) vaak kunnen in plaats van kennen gebruikt (vgl. hij kan een ambacht; zij kan de wijs van dat liedje niet; die hond kan kunstjes; zij kon van morgen haar les niet enz., en enkele voorbeelden uit de literatuur in de aanhalingen hieronder). Vermoedelijk geschiedt dit in de tegenwoordige taalperiode wel meestal tengevolge van verwisseling of verwarring van kunnen met kennen, maar historisch hebben hier vormen van kunnen recht van bestaan, en laat men dus ook in de beschaafde taal voor zulke vormen plaats’ (ik kursiveer, J.B.S.) Hier slaat het Wdb., dunkt me, de spijker op de kop. Het aantal ouders, dat in Nederland aanmerking op de taal maakt van een kind dat om twaalf uur thuis komt roepende: ‘ik kon m'n les goed, moe,’ zal wel verrassend klein zijn. En ik zou hier weer willen herhalen: Datgene wat beschaafd genoeg is om in een beschaafd gezelschap gezegd te worden, zonder aanstoot te geven, is ook beschaafd genoeg om op papier te staan. Zie (uitgave Meulenhoff) De kleine Gids, Inleiding tot onze moedertaal (blz. 13) van Dr. J.B. Schepers en H.J. Scholten. (Zie ook blz. 80.) J.B.S. | |||||||||||||||||||||
Naschrift.De Redactie zond het bovenstaande stukje door aan de T.C. Deze weet nog altijd niet, wat algemeen beschaafd Nederlandsch is; wat algemeen beschaafd is, weten we in Nederland alleen bij de examens in vreemde talen; hierbij worden aan de candidaten voor acten in deze talen cijfers voor juistheid en vaardigheid toegekend, bij dergelijke examens voor Nederlandsch niet, zelfs niet voor de examens M.O. of in de Nederlandsche letteren aan onze universiteiten. De T.C. vraagt zich wel af, waarom de leden, die zoo'n frisschen kijk hebben op het infaam ouderwetsch inzicht der T.C., niet naast haar in plaats van tegenover haar staan? Du choc des opinions ontstond dan misschien zonder dikke woorden een communis opinio tot handhaving en tegen verwording van goed Nederlandsch. | |||||||||||||||||||||
Wedstrijd.Tracht van het onderstaande goed Nederlandsch te maken. Zgn. taalfouten staan er niet in, wèl barbarismen d.w.z. woorden, die in strijd met het Nederlandsche taaleigen gevormd zijn, alsook verkeerde zinsbouw en vreemde woorden, waarvoor goede Nederlandsche kunnen gebezigd worden. Hij (zij), die naar het oordeel der T.C. het onderstaande het best tot goed Nederlandsch maakt, komt voor een prijs ter waarde van f 1.50 in aanmerking. Wie naar dezen prijs wenscht mede te dingen, moet de onderstaande zinnen duidelijk geschreven (desnoods getikt) vóór 1 Juli 1924 inzenden bij de T.C. (Helenastraat 46 te 's-Gravenhage). Inzendingen, welke de T.C. ontvangt nà de laatste post op 30 Juni a.s., legt zij terzijde. Elke inzending moet duidelijk met naam, voornamen en adres onderteekend zijn; op het omslag moet vermeld staan: wedstrijd. Aan dezen wedstrijd kunnen wederom deelnemen leden van Jongeliedenafd. en kinderen van leden in den leeftijd van 15 tot 21 jaar. | |||||||||||||||||||||
Ter verbetering.
Vergelijk Neerlandia van Aug. 1923. |