‘It is mei sizzen net te dwaen’.
Onder dit motto: ‘'t is met zeggen niet te doen’ (of te wel: ‘Niet praten maar aanpakken!’) spoort de heer A.G. Mörzer Bruins in de (groene) Amsterdammer van 7 Januari aan tot aanpakken in zake de bestaande werkloosheid. Hij wijst op de toenemende overbevolking van Nederland:
‘Blijft onze bevolking zich uitbreiden, zooals nu het geval is, dan zal Nederland over 50 jaar ruim 50.000.000 zielen tellen; over 100 jaar 78.000.000; over 200 jaar 110.000.000.’
Wij willen ons niet verdiepen in die verre toekomst, maar ons bepalen tot het heden.
En dan moet de opmerking gemaakt worden dat Europa en ook Nederland lijden aan een onbegrijpelijke onaandoenlijkheid; 't schijnt dat men de meening is toegedaan: ‘Nubicula est, transibit.’ ('t Is een wolkje, 't drijft over’); ‘als de malaise maar voorbij is, dan wordt alles weer als voorheen.’
Is dat zoo?
Mijns inziens moet het betwijfeld worden; de bakens zijn verzet; 't getij is in menig opzicht verloopen.... mischien voorgoed.
Een paar vragen aan onaandoenlijken en oppervlakkigen:
1. Zijt gij er zoo zeker van, dat de werkloosheid zal worden overwonnen; dat 't weer zal worden als vroeger?
2. Is het niet meer dan tijd, dat men eens ernstig begint te overwegen wat er gedaan moet worden voor een vestiging van Nederlanders in Insulinde (d.w.z. in het deel buiten Java en Madoera), waar plaats is voor millioenen?