Het Nederlandsche Loodswezen te Vlissingen.
Aan vele belanghebbende Stoomvaartmaatschappijen, reeders en cargadoors is de volgende brief verzonden:
Bij dezen veroorloven wij ons Uwe aandacht te vragen voor het volgende:
De toestand op onze Schelde is voor onze loodsen niet zooals die zijn moet.
Aangenomen dat het Nederlandsch en het Belgisch Loodswezen op de Schelde gelijk gerechtigd moeten zijn, behoort naar onze meening door allen, die eenigen invloed kunnen doen gelden, te worden samengewerkt om de bestaande bevoorrechting van het Belgisch loodswezen zooveel mogelijk tegen te gaan.
Die bevoorrechting bestaat o.m. daarin, dat nog vele Nederlandsche reeders en cargadoors te Rotterdam en te Amsterdam, zoomede hunne vertegenwoordigers te Antwerpen, bij het uit- en invaren van Belgische loodsen gebruik maken.
Wij verzoeken U dan ook dringend, om Uw gezagvoerders opdracht te geven voortaan op de Schelde steeds gebruik te maken van een Nederlandschen loods. Buiten voor de zeegaten is dit niet altijd mogelijk, doch te Vlissingen, waar de binnenloods aan boord komt, wel. Door zoowel bij dag als bij nacht het signaal te blazen op de stoomfluit: 2 lange stooten, is men altijd zeker dat de Nederlandsche motorboot uitkomt.
Wanneer schepen, die aan Uw kantoor zijn geconsigneerd, bestemd zijn voor Antwerpen, verzoeken wij U mede daarvoor uitsluitend Nederlandsche loodsen te telegrafeeren, adres: ‘Commissaris Nederlandsch Loodswezen, Vlissingen’, die te allen tijde bereid is tegen vergoeding van reiskosten een loods te Rotterdam of Amsterdam beschikbaar te stellen. Daar er veel schepen uit de Nederlandsche havens naar Antwerpen vertrekken, zouden deze dan althans door Nederlandsche loodsen bediend worden. De wijze waarop de Belgische loodsen voortdurend zich van het leeuwenaandeel der beloodsing op de Schelde meester maken, maakt het tot een duren plicht van allen, die er toe kunnen medewerken, om het Nederlandsch loodswezen te Vlissingen met alle kracht te steunen.
Vertrouwend, dat U daartoe Uw bij voorbaat gewaardeerde medewerking zult willen verleenen,
Hoogachtend,
Namens het Hoofdbestuur,
DE KANTER.
Algemeen Voorzitter.
FORTMAN.
Alg. Secretaris.
De heer De Kanter heeft als Kamerlid over deze Loodsenkwestie een viertal vragen tot den Min. van Marine gericht, waarop Z. Exc. zeer onbevredigend heeft geantwoord.