Neerlandia. Jaargang 24
(1920)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdBoeken-commissieDirectie: Beijersoord, Bilthoven (U.). Boekenhuis: 63 v.d. Duynstraat, Rotterdam.
Sedert onze laatste opgave in het Dec.-nr. werden kisten boeken verzonden voor de afstammelingen der Nederlandsche kolonisten in Suriname. Dat maakte voor 1919 (waarvan wij alleen de laatste 4 maanden konden werken) een ge tal van 45 kisten, tegen 26 in '18 (het laagste getal, dat wij ooit bereikten) en 37 in '17. Alles tezamen van 1902 tot en met 1919: 1822 kisten. Nu zijn de Zeemanshuizen aan de beurt, waarvoor wij tientallen kisten gereed maken.
* * *
Dezer dagen ontvingen wij het eerste antwoord op de in October naar Oost-Indië gezonden kisten voor Militaire Tehuizen, tevens het eerste antwoord uit verre gewesten na 5 jaren niets te hebben kunnen verzenden. De voorzitter van een dier Tehuizen berichtte in de volgende woorden de goede aankomst: ‘Onze huisvader is terstond tot openen van No. 1800 overgegaan..... en hij, met z'n kennis van hetgeen door de Militairen, hier in garnizoen, ter lezing wordt gevraagd, verheugde er zich bijzonder over, onder de verzameling heel wat boeken aan te treffen, die reeds meermalen gewenscht waren. Wij, het Bestuur, verheugen ons mèt hem over deze aanwinst en veroorloven ons de vrijheid, bij dezen Uwe Boeken-Commissie hartelijk dank te zeggen voor de gedane zending en de daaruit blijkende lust tot behartiging van de belangen der Militairen. In de laatste jaren worden wij hoe langer hoe meer getroffen door de tegenstelling tusschen de levendige belangstelling der Militairen voor de Bibliotheken in de Tehuizen en het slechts-matige bezoek, uit anderen hoofde aan die inrichtingen ten deel vallend; zoodat, als wij dan niet in de gansche, door ons gewenschte, richting iets voor die Militairen kunnen zijn, wij gaarne trachten, op dat terrein, hetwelk het meest door hen wordt gewaar- | |
[pagina 31]
| |
deerd, zooveel mogelijk voor hen te wezen en daarin heeft Uwe Commissie door hare zending ons een welkome ruggesteun gegeven.’
* * *
Dezer dagen had in het Boekenhuis een eigenaardige voordracht plaats: onder leiding van mevr. wed. Mr. Cohen Stuart - Abendanon, bestuurslid van de Burger-Afdeeling Delft, bracht een twaalftal leden der Studenten-Afdeeling aldaar een bezoek aan het Boekenhuis te Rotterdam, waar ondergeteekende met behulp der bekende platen, foto's en grafische voorstellingen, het werk verklaarde. Na afloop werden allen, Hollanders, Vlamingen en een Afrikaner, begunstiger der B.-C. Een goed voorbeeld! Mej. N. Hannik, lid van den staf van de B.-C. en lid van genoemde Stud.-Afd., had dit bezoek voorbereid - dat, naar wij hopen, door meer Afdeelingen gevolgd moge worden. * * *
Met den grootsten aandrang moeten wij ons verzoek om wekelijksche toezending van pakken couranten herhalen. Tot ons leedwezen is onze oproep in het Dec.-nr. slechts door enkele lezers beantwoord, die wij daarvoor hartelijk danken. Met verwijzing naar dat nummer verzoeken wij opnieuw om adressen: wij kunnen anders onmogelijk alle 80 Zeemanshuizen geregeld leesstof toezenden. Men wende zich tot de Directie te Bilthoven voor nadere inlichtingen. Hier is ook een dankbaar arbeidsveld voor Afdeelingen, zooals Haarlem, Zutphen en Amsterdam (Vrije Univ.) al jaren lang in toepassing brengen. Ook administraties van dagbladen kunnen misschien wat voor ons doen: die van ‘De Nederlander’ steunt ons reeds van lang vóór den oorlog met dagelijksche toezending van een aantal exemplaren: wij zijn daarvoor zeer erkentelijk! En waar blijven de uit de couranten geknipte feuilletons? Ook kinderboeken hebben we noodig! VAN EVERDINGEN, Bilthoven, 13 Febr. '20. Dir. B.-C. |
|