Amerika.
Americana.
Men weet, dat ook in Amerika de taalstrijd is begonnen: Amerikaansch altijd en overal. Het ziet er dus niet naar uit dat de levenskansen der overige talen, als voertuig binnen de grenzen eener bepaalde volksgroep, er op zullen vooruitgaan. Nu, het A.N.V. heeft zich daaromtrent voor het Hollandsch geen illusie meer gemaakt, sedert Dr. Kuyper in zijn Varia Americana de toestanden ter plaatse aan het oordeel zijner zegsmannen heeft getoetst.
Het kan daarom van belang zijn te vermelden wat de Hoofdredacteur van The Christian Journal, een ‘Holland-American Weekly’ van Grand-Rapids, Mich., de heer H.J.G. van Andel, in het nummer van 13 Dec. schrijft.
Opmerking verdient in dit verband, dat The Christian Journal een vervanging is van het vroegere zuiver Nederlandsche blad De Calvinist, en Hollandsche zoowel als Engelsche artikelen opneemt.
De heer Van Andel schrijft onder het hoofd Hollandsch of Amerikaansch? het volgende:
Als vroeger, zoo komen er ook nu weer klachten over het Hollandsch gewaad van ons blad. Een Amerikaansch blad behoort in de Amerikaansche taal te verschijnen, zoo redeneert men. Doch twee vragen zouden we graag beantwoord zien, vóór we aan dezen drang toegeven: 1e. Is het meerendeel onzer lezers beter gebaat met het Amerikaansch dan met het Hollandsch? 2e. Is ons Amerikaansch-sprekend gedeelte even leesgraag als ons Hollandsch-sprekend? Van de beantwoording dezer vragen zal afhangen wat we doen. We stellen het antwoord van iedereen op prijs.
Tegen deze richting treedt de heer A.v.C.P. Huizinga van Thompson, Conn. met overtuiging op:
Wij moeten daarom onszelven blijven, getrouw aan de beginselen onzer vaderen. Trots dragende op onze afkomst mogen we deze niet verloochenen of maar roekeloos ter zijde zetten om mee te doen aan het holle Amerikaansche marktgeschreeuw, dat hier zooveel opgeld doet.
De ‘(Dutch) Reformed Church of America’ heeft het woord Dutch geschrant. Toch moeten de wijsten en besten der leiders weten, dat Dutch Reformed om vele redenen het beginsel der reformatie beter en dieper kan vertolken dan Amerika. Waarom bleef het echt Dutch karakter der kerk niet in woord en daad behouden, Amerika ten zegen!
Waar het wezen en de daad vervreemd werden van de oorspronkelijke reformatiebegrippen onzer voorvaderen, bleef ook de naam Dutch niet in eere. Dat is jammer en ook schande.
Amerika geeft veel vooral in aardsche dingen, maar het moet ook veel ontvangen, vooral van uwe geestelijke bijdragen. Gij doet uwen plicht tegenover uw nieuw vaderland niet door de Nederlandsche eigenaardigheden willekeurig af te leggen en Amekaansche zeden en gewoonten aan te nemen, om maar met de groote hoop hier mee te doen. Gij zijt personen, die elk als enkeling allereerst verantwoordelijk staan voor het levensgedrag in uwe omgeving voor den God der vaad'ren! Wat de andere Amerikanen doen en daarvan denken gaat u ten slotte weinig aan. Gij moet hier evenals in Nederland uw godsdienst en uw Nederlandsche zede handhaven, uwe eigenaardigheden hoog houden ten bate van de gemeenschap, als een zuurdesem, het zout der samenleving, dat behoudend, sterkend, het dikwijls verdwaasd en oppervlakkig Amerika ten goede komt. Gij moet in uwe beste eigenschappen aan den opbouw der groote republiek meewerken, niet weekhartig het Nederlandsch sermoen voor Amerikaansch marktgeschreeuw verzaken.
Het goede voorbeeld van den Noorschen dominee, Johannes Bothne, verdient behartiging. Toen men in de jongere kringen der Noorweegsche Luthersche Kerk van Amerika er op aandrong door dwaze en slecht begrepen Amerikanizatie, om het woord Noorsch weg te laten, zooals dit bij de Dutch Reformed Church of America geschiedde, riep deze wakkere zoon van Noorwegen uit: ‘Moge God dit verhoeden en de Kerk beschermen voor de valsche Amerikaansche godsdienstbegrippen, die de geestelijke kracht der kerk wel spoedig zullen verslappen, indien wij de kerk Amerikaniseeren.’
Door het krachtig optreden van den fieren Noor is het gelukkig de Noorweegsche Luthersche Kerk van Amerika gebleven. Het nageslacht zal den fieren, eerlijken Noor dank weten voor het behouden der Noorsche invloeden in de Noorsche Luthersche kerk hier; ook zullen de Yankee Amerikanen dankbaar zijn voor de bijdragen van het geestelijk leven der Noren.
De Zweedsche zustervereeniging van het ‘Algemeen Nederlandsch Verbond’, ‘Forenigen for svensk-hetens bevarend i utlandet (Vereeniging voor het bewaren van den Zweedschen eigenaard in het buitenland) is krachtig werkzaam.
Laten wij Nederlanders het goede voorbeeld der Skandinavische volken volgen en het goede in onzen Nederlandschen aard, en zoolang wij kunnen, onze taal hier handhaven, onzen stam ter eere en Amerika ten zegen! Steunt overal het Algemeen Nederlandsch Verbond en richt zoo mogelijk Afdeelingen op. Zooals gij u den Christus niet moogt schamen, moogt gij ook uzelf en het talent Gods in uw stam niet verzaken.
In hetzelfde nummer schrijft de heer Huizinga een artikel ‘The Flemish Movement’, waarin hij op rustige wijze aan zijn Amerikaansche medeburgers het onrecht aantoont, dat Vlaanderen van geslacht op geslacht in eigen land door de regeerende machten is aangedaan, een onrecht, dat nog steeds voortduurt. En dat niettegenstaande ‘de glorie van België geheel Vlaamsch is, niet Fransch: Fransch is ingevoerd, veroverd, aanvaard of verspreid over Vlaanderen als uiting van een politiek program, niet in overeenstemming met den geest van het Vlaamsche volk’.
Schrijver bepleit ook het onvervreemdbaar recht der Vlamingen op de geheele vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool. Onjuist echter is de voorstelling dat Prof. Fredericq een van de voorvechters daarvan is.
Handeldrijvende en zaken doende leden van het A.N.V. plaatst Uw aankondigingen in Neerlandia!