Oost-Indië.
De Arbeidsbeurs voor den Indischen dienst.
Onder dezen titel werd aan de redactie van ‘Neerlandia’ eene brochure toegezonden, waarin doel en streven van ‘De Arbeidsbeurs voor den Indischen dienst’ nader uiteengezet worden. Velen zullen zonder twijfel met ons de instelling dezer Beurs bij koloniën hebben toegejuicht, want het werd meer dan tijd het oude en verouderde standpunt te verlaten om maar kalm af te wachten of iemand zich voor den Indischen dienst zou aanmelden. Met dit standpunt was trouwens in de laatste jaren reeds gebroken, sinds de heer L.E.D om van Rombeek zich de moeite en den tijd getroostte om in alle oorden van het land, die daarvoor in aanmerking kwamen, voordrachten over Indië en den Indischen dienst te houden. Daarmede is reeds heel wat bereikt en de nieuwe Beurs is feitelijk niets anders dan eene uitbreiding en stelselmatige toepassing van den door den heer Dom van Rombeek reeds sinds enkele jaren begonnen arbeid ten nutte van onze koloniën. Wat is nu het hoofddoel van deze Beurs? ‘Dat wij Indië, voor zoover het zichzelf nog niet helpen kan, voorzien van de werkkrachten, waaraan het zoo dringend behoefte heeft’. Daarvoor is het noodzakelijk Indië meer bekend te maken, want het is een treurig feit, dat in weerwil Indië ruim drie eeuwen deel uitmaakt van Groot-Nederland, de groote massa van ons volk nog zoo weinig van die koloniën af weet en er dus ook geen belangstelling voor koestert. Het Departement van Koloniën heeft terecht ingezien, dat die toestand niet bestendigd mag worden. Licht, meer licht, is de leuze van het Plein geworden en de instelling der Beurs is weer een bewijs, dat het die leuze in daden wil omzetten. Het aan het slot van de brochure staande werkplan geeft een volledig inzicht van de wijze hoe de Beurs haar doel zal trachten te bereiken; wij laten het daarom hier letterlijk volgen:
I. | Het bevorderen van de toetreding tot den openbaren dienst in Nederlandsen Indië, waaronder vallen de volgende werkzaamheden:
a. | het bekend maken van de eischen en behoeften van de verschillende takken van openbaren dienst, van den werkkring en de vooruitzichten bij elk daarvan, de vereischte studie en examens, studiebeurzen, geneeskundige keuring, uitzendingsvoorwaarden, bezoldiging, verloven, pensioen en onderstand, enz.; |
b. | het verbreiden van meerdere kennis en het geven van inlichtingen betreffende land en volk, taal en godsdienst, zeden en gewoonten, klimaat en hygiënische toestanden, vooruitzichten bij landbouw, nijverheid en handel en maatschappelijke en economische verhoudingen in Indië; |
c. | het houden van zittingen en besprekingen, lezingen en voordrachten (met of zonder lichtbeelden), in verschillende plaatsen in Nederland, en het openstellen van de gelegenheid in die plaatsen tot inschrijving van gegadigden voor dienstneming in Indië. |
|
II. | Het verleenen van tusschenkomst voor het verwerven van landsbetrekkingen in Indië, waarbij onderscheiden zal worden tusschen het personeel, hetwelk zonder of na korte voorbereiding wordt aangenomen, en dat, hetwelk vooraf in tusschenopleiding zal worden genomen. |
III. | Het voorbereiden en voorstellen van toe te kennen studietoelagen en het nagaan voor welke takken van dienst eene opleiding in Indië te verkiezen is boven eene in Nederland. |
IV. | Het verzamelen en bewerken van gegevens, welke aan het doel der Arbeidsbeurs bevorderlijk kunnen zijn. |
V. | Het aanleggen van een kaartregister van de sollicitanten, welke zich bij de Arbeidsbeurs aanmelden. |
Eene veelomvattende taak, die als zij ernstig wordt nagestreeefd, zonder twijfel groote winste voor het moederland en de koloniën zal afwerpen. En dat zij met ernst zal worden behartigd, hiervoor heeft de heer Dom van Rombeek reeds voldoende bewijzen geleverd. De zaak is naar onze meening aan uitstekende handen toevertrouwd; mogen de gunstige resultaten spoedig zichtbaar zijn, want de nood aan goed personeel voor den Indischen dienst wordt met den dag grooter en ook hier geldt het oude gezegde: spoedige hulp is dubbele hulp!
TH.G.G. VALETTE.