Neerlandia. Jaargang 20
(1916)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 180]
| |
Ingezonden.Geachte Meneer de Sekretaris, De oorzaak dat ek bedank het als lid van die Algemeen Nederlandse Verbond is nie die gevolg van verminderde sympatie nie, maar mijn bedanking is die gevolg van vertrek uit Nederland naar Schotland en strakkies naar Suid-Afrika. Ek is regte jammer dat U onder die indruk was dat ek nie sympatieseerde met uw goed en edel werk nie. Laat tog a.u.b. nooit weer toe dat sulke gedachten in jou hart opklimmen hoor! So die Here wil vertrek ik met sak en pak op 31 dezer. Ek wens Uw Verbond toe des Heren besten zegen en vertrouw van ganse harte dat het bloeien zal in die toekomst. Hartelik gegroet, Uw Toegenegene, W.R. JOYCE. * * *
Dit is het aangename antwoord op het schrijven, dat bedankende leden ontvangen en waarin hun de reden gevraagd wordt. Meermalen heeft dit een briefwisseling ten gevolge, die misverstanden uit den weg ruimt en bewerkt, dat men lid blijft. De heer Joyce heeft reeds ingezien, dat men lid van het A.N.V. kan blijven ‘waar ook sijn voet mag dwaal’, en zijn bedanken ingetrokken. Red.
Soest, den 14en Juni 1916. Geachte Heer,
De heer Pieter van Rossem, van Temsche (België) is lid van het Algem. Nederl. Verbond. In 't begin van den oorlog ging hij op als ‘vrijwilliger’ en onlangs werd hij door de Duitschers krijgsgevangen genomen. Het is van uit het Krijgsgevangenenkamp dat hij me schreef, met verzoek U te melden, dat hij verlangt lid te blijven van het Algem, Nederl. Verbond en hoopt, dat hij het orgaan Neerlandia geregeld zal ontvangen. Tegelijk met zijn brief zond hij een gedicht voor Neerlandia, waarvan ik hierbij afschrift voeg. Het adres van den heer P.v.R. luidt:
Met hoogachting, JEF HINDERDAEL. * * * Zal de leeuwerk zingen
wanneer hij gevangen
in nauwe muit
nog klokken hoort klingen
en zwevende zangen
van Lente-geluid?
'n Macht van gezangen
woelt in z'n boezem
met Lente meê.
Zal hij ze prangen
en dooden den bloesem
der bloemen-zee?
Geen moeder kan dooden
haar kind. Geen dichter
versmacht z'n lied...
Stijg hoog dan, boden
des harten, naar 't lichter
zonnegebied.
PIETER VAN ROSSEM. |
|