Neerlandia. Jaargang 20

Mededeelingen en allerlei

Voor de Watersnood-Slachtoffers.

Voor de slachtoffers van den Watersnood in Nederland is ingekomen bij de Administratie van Neerlandia:

Van C. Kuipers, Buitenpost, f 5.-; M.M.G. Baert, Utrecht, f 2.50; Jongel.-Afd., den Haag, f 10.-; B. Abraham, Londen, f 5.-; enkele Verbondsleden en een buitenl. vriend te Bangkok, Siam, f 170.-.

De Jongel.-Afd. Den Haag zond ook f 5. - voor de noodlijdenden door den watersnood in Oost-Indië.

Enkele onzer Vertegenwoordigers en Afdeelingen deden ingezamelde gelden rechtstreeks aan Commissiën hier te lande toekomen.

Het Hoofdbestuur overweegt een maatregel om bij nationale rampen voortaan eenheid te brengen in de hulp van en door het A.N.V. en zijn vertakkingen geboden.

Spaansche Hulde.

De Curaçaosche Boletin Comercial van 4 Maart heeft een feestnummer uitgegeven, als een ‘huldeblijk ter gelegenheid van het eerste eeuwfeest van den gedenkwaardigen dag, waarop Curaçao teruggegeven werd aan de Kroon van Nederland’. Dit Spaansche blad geeft op de eerste blz. in zwart en goud gedrukt met een rood-wit-blauwen rand de portretten van Koning Willem I, Koning Willem III en Koningin Wilhelmina, benevens een lijst van de vorsten die over Nederland geregeerd en de gouverneurs, die over Curaçao het bewind hebben gevoerd.

De aangehaalde zin is de eenige Nederlandsche, die in het blad voorkomt. De hulde is er niet minder om.

Het hart van Vlaanderen.

Dr. S.A. Waller Zeper, de Voorzitter van Afdeeling Leeuwarden heeft een geschrift doen verschijnen, getiteld ‘Nele, het hart van Vlaanderen’, een welsprekend pleidooi voor de vervlaamsching, juister vernederlandsching der Vlaamsche vrouw, zonder welke Vlaanderen's vrijwording, volgens den schrijver, een ijdele wensch zal blijven.

Ter herinnering aan Paul Kruger.

Zaterdag, 15 April is officieel aan de gemeente Le Châtelard de bronzen plaat overgedragen, aan deze gemeente aangeboden, door een Engelschman, Sir James Sivewright. De plaat bevindt zich in den gevel van het huis, dat nu den naam ‘Villa Kruger’ draagt. In dat huis stierf op 14 Juli 1904 de laatste president der Transvaalsche Republiek.

De plechtigheid werd in allen eenvoud, in tegenwoordigheid van enkelen voltrokken. Het herinneringsteeken is, uit naam van den schenker, door Edmond de la Harpe overgedragen.

De bronzen plaat, ruim een vierkante meter groot, draagt in Latijn en Engelsch het volgende opschrift: ‘In dit huis is in ballingschap op 14 Juli 1904 Paul Krüger gestorven, de laatste president van de Transvaalsche Republiek’.

Een promotie.

Aan de gemeentelijke universiteit van Amsterdam is bevorderd tot doctor in de geneeskunde, de heer H.J. Steijn, arts, geb. te Ermelo in Transvaal, op proefschrift: ‘Over de samentrekking van het nieuw gevormde bindweefsel in het oog.’ Omtrent deze promotie deelt de ‘De Standaard’ het volgende mede:

De heer Steijn is de eerste Afrikaander die aan een Nederlandsche universiteit in de geneeskunde promoveerde. In het voorwoord van zijn proefschrift neemt hij in hartelijke bewoordingen afscheid van Nederland, om zich eerstdaags in een zonniger land te vestigen. Van de Nederlandsche wetenschap zegt hij o.m.

[p. 116]

‘Ik zou de Nederlandsche wetenschap geen dienst betuigen door hier een pleidooi voor haar te houden.

Zij spreekt voor zich zelve.

Hij, die ook maar slechts een luttele kennis bezit van de wording van het Europeesche denken en kennen van de laatste halve eeuw, zal weten welk leeuwenaandeel Nederland, gerekend naar zijn zielenaantal, daarin heeft gehad. Donders, Van 't Hoff, Van der Waals, Hugo de Vries, Hubrecht, Kuyper, Bavinck, Snouck Hurgronje, Asser, Kapteyn zijn slechts enkele uit de vele, die in hun vakken aan de spits van de internationale wetenschap hebben gestaan of nog staan.’

Van de stellingen is er een, die niet onmiddellijk met het vak van den promovendus verband houdt. Deze luidt:

‘De enige juiste oplossing van Regeringswege der universiteitskwestie in de Unie van Zuid-Afrika, is het oprichten van een gelijk aantal Afrikaans-Hollandse als Engelse universiteiten.

Het instellen van een “Universiteit van Z.-Afrika” als examineerend lichaam naast de universiteiten, die te Stellenbosch en te Kaapstad opgericht zullen worden (nieuwe koncept-wet), is in strijd met de belangen van het meer uitgebreid middelbaar en hooger onderwijs in Z.-Afrika.’

Het afdoende middel.

Aldus luidt het opschrift van het slot-hoofdstuk der uitgave ‘De Overstrooming in Noord-Holland en elders Januari 1916’, geschreven door Egbert A. Veen, den bekenden Secretaris onzer Afdeeling Zaanstreek.

Daarin komt hij tot het besluit dat zulke watersnoodrampen alleen kunnen worden voorkomen door de oorzaak van het kwaad weg te nemen: de zoute Zuiderzee te doen verdwijnen.

Het Oostzijderveld overstroomd, 't Kalf (Gemeente Zaandam).

Behalve het voorkomen van rampen somt de schrijver de volgende voordeelen op:

verbeterde afwatering voor 5 provinciën;

opheffing van het watergebrek in den zomer door de mogelijkheid tot inlating van zoet water;

verbetering van de zuivelopbrengst door volkomen zoet water voor het vee, waardoor de pachtwaarde een 10-tal guldens per H.A. kan stijgen;

vermindering van de kosten van onderhoud van onze zeewering, die van 320 tot 30 K.M. worden bekort;

verbeterde spoorwegverbinding tusschen Noord-Holland en Friesland over den afsluitdijk;

en lest best: mogelijkheid tot inpoldering van meer dan 200,000 H.A. van den vruchtbaarsten grond, welke op den aardbodem is te vinden.

Het mooi geïllustreerde werkje is uitgegeven door Smit en Co. te Zaandam en kost 40 ont. De netto opbrengst strekt ten bate van de noodlijdenden in Waterland.

Als herinneringsboekje verdient het mede alle aanbeveling.

Verschenen:

No. 1 van ‘De Vlaamsche Gedachte’, uitgegeven door Leo Picard. Prijs per nr. f 0.20, per kwartaal f 1.-. Adres: Postbus 252, 's-Gravenhage.

Volledige lijst der Nederl. Diplomatieke en Consulaire Ambtenaren, bijgewerkt tot 1 April 1916, te raadplegen op het kantoor van het A.N.V. Wijnstraat 81 Dordrecht.

Verbetering.

In de beschrijving der ontvangst te Deventer op blz. 86 van het April-nummer zijn enkele zetfouten blijven staan, o.a. de behoorlijke guitaarspeelster. Het was niet behoorlijk van den zetter haar bekoorlijkheid aldus te verkleinen.