Deventer aan den IJsel.
Wie verre reizen doet... maar, zijn het alleen de verre reizen, die stof geven voor vertellingen aan den haard? Ik deed zelf heel wat reizen, verre ook, maar verzuimde evenmin in de naaste omgeving rond te trekken en zou heel wat kunnen verhalen van wat vrij dicht bij honk ligt.
Een goede gewoonte dank ik menig aardig kijkje in het volksleven; zij leerde mij vele mooie hoekjes kennen in weinig bezochte plaatsen, verlevendigde de herinnering aan geschiedkundige gebeurtenissen, mij slechts bekend uit vervelende schoolboeken.
Die gewoonte is: ten eerste, om iets omtrent de historie na te slaan van de plaatsen, waar men komen zal; ten tweede, om buiten de vergaderuren of die, welke voor ‘zaken’ bestemd zijn, nog een paar uren vrij te houden voor ‘indrukken’.
Kwam ik in een plaats waar ik vermoedelijk nooit weer zou komen, dan had ik er steeds eenigen tijd voor over om rond te wandelen, het stadje van alle kanten te bekijken; hier een mooi geveltje, daar een oude poort, ginds een fraai riviergezicht. Zoo leerde ik menige plaats kennen.
Straks, als de leden van het A.N.V. opgaan ter vergadering naar Deventer, zullen velen nauwkeurig hun spoorboekje nasnuffelen en becijferen, hoe zij ‘juist op tijd’ voor de officieele ontvangst kunnen aankomen en des Zondagsmorgens, na wellicht onvoldoende uitgerust te zijn (men maakt het in Deventer graag laat, als er gasten zijn), zoo spoedig mogelijk weer huistoe kunnen gaan.
Mogen zij mijne goede gewoonte volgen en iets meer naar huis meebrengen dan een echte Deventer koek, die men, dank zij het handelsdoorzicht der fabrikanten ook heel goed elders kan krijgen.
Deventer is inderdaad de moeite waard om er wat langer te blijven, de oude Hanse-stad, wier bewoners Stokvisschen genoemd worden ter herinnering aan den levendigen handel in gedroogde kabeljauw, die er lang geleden rechtstreeks per schip uit Noorwegen werd aangevoerd.
De gunstige ligging aan den IJsel deed Daventria reeds eeuweit her een belangrijke rol spelen in het handelsverkeer. In 896 zou er al tol geheven zijn, terwijl er ook omstreeks dien tijd van een munt sprake was.
De Muntengang met Muntentoren, alhcewel van veel lateren tijd, herinneren hieraan. Een paar