Het Oranjeboek.
Men kan van onzen minister van buitenlandsche zaken niet zeggen, wat vroeger het gewone beklag was van de menschen, die in de buitenlandsche aangelegenheden van ons land belang stelden - veel waren het er doorgaans niet - n.l. dat hij het land onkundig laat van wat er op zijn departement omgaat. Natuurlijk blijft ons verborgen wat geheim moet blijven, maar in het laatste Oranjeboek krijgen wij tal van mededeelingen over wat er tusschen onze regeering en die van andere rijken is verhandeld.
Uit den aard der zaak staat het meeste met den oorlog in verband. Met voldoening zal ons volk zien, dat onze regeering trouw en met nadruk voor de belangen van ons land en van landgenooten is opgetreden, telkens wanneer die in het gedrang kwamen. En dat geschiedt maar al te veel in deze tijden.
Met minder voldoening zal ons volk zien, dat in menig geval het protesteeren van onze regeering niet veel uitwerkte. Het is dezer dagen in de groote oorlogvoerende landen door ministers openhartig bekend, dat de diplomatie luttel vermag, wanneer het zwaard niet zijn gewicht in de schaal legt. Als dat geldt van sterke staten, dan begrijpt men wat een klein land als het onze kan bereiken in een tijd, waarin zooveel recht voor macht moet wijken. Tal van keeren, zoo blijkt uit het Oranjeboek, kreeg onze regeering dan ook nul op het rekest. Met onze rechten op de vrije zee wordt ergerlijk gesold. Dat leert de geschiedenis van elken dag. Toch vond nu en dan onze regeering voor haar vertoogen een welwillend oor.
Het Oranjeboek geeft ook uitvoerig verslag van een allernauwkeurigst onderzoek, dat van regeeringswege is ingesteld naar aanleiding van de bewering, dat in de eerste dagen van den oorlog Duitsche troepen over ons grondgebied zijn getrokken. Ofschoon het bijna een vernedering kon schijnen, dat, na al de officieele tegenspraak, wij ons andermaal moesten rechtvaardigen, heeft de regeering misschien wijs gedaan nog eens, en nu met alle mogelijke bizonderheden, aan de heeren uit te leggen, dat het werkelijk niet waar is en niet waar kan zijn. Maar wij ma-