Neerlandia. Jaargang 19
(1915)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 97]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jaarverslag van het Hoofdbestuur van het Alg. Ned. Verbond over 1914.Inleiding.Toen het vorig jaarverslag in het Mei-nr. was openbaar gemaakt en het Hoofdbestuur overwoog, welke plannen voor een nieuw vruchtbaar jaar konden worden ontworpen, kon niet worden voorzien, dat weinig maanden later een felle oorlog zou uitbarsten, waarin verreweg het grootste deel van Europa zou worden betrokken en die ook op de onzijdig blijvende Staten in economisch en maatschappelijk opzicht grooten invloed zou hebben. Uit den aard der zaak heeft ook het Algemeen Nederlandsch Verbond den terugslag der gebeurtenissen ondervonden. Het Hoofdbestuur kwam in Augustus 1914 plotseling te staan voor de vraag, wat het Verbond binnen de grenzen van zijn vermogen in dien moeilijken tijd kon doen ter behartiging der belangen van de deelen van den Nederlandschen stam, die het Verbond vormen. De onzekerheid, waarin men verkeerde omtrent hetgeen de toekomst brengen zou, de moeilijkheid ook om bij een zeer verminderden treinenloop mondeling overleg te plegen, of anders dan schriftelijk op te treden, belemmerden het Bestuur in het nemen van besluiten. Daarbij kwam dat het Verbond moest meevoelen met de ellende, die de oorlog aan het stamverwante Vlaanderen, later ook aan het Nederlandsch element in Zuid-Afrika bracht, zonder nochtans partij te mogen kiezen. Want de leden van het Hoofdbestuur, voor zoover ze ter zake gehoord konden worden, waren eenstemmig van meening, dat het de plicht van het A.N.V. was, gehoor gevende aan de stem der Nederl. Regeering, geen daden te verrichten, die niet in overeenstemming waren met de onzijdige houding van Nederland. Toch heeft het Hoofdbestuur onder die omstandigheden niet stilgezeten, maar gedaan wat het meende te kunnen doen. Dat het sedert het uitbreken van den oorlog naar beste weten heeft meegewerkt aan wat op zijn weg lag, moge het volgende overzicht (loopende tot het einde van 1914) der zelf verrichte of aan onze onderdeelen opgedragen werkzaamheden, bewijzen:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hoofdbestuur.De samenstelling van het Hoofdbestuur bleef vrijwel gelijk. Door den dood verloor het een zijner oudste leden, Baron van Wassenaer van Rosande, aan wiens verdiensten in Neerlandia hulde werd gebracht en die thans vervangen is door Mr. D.P.D. Fabius, Hoogleeraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. In Maart j.l. trad uit het Bestuur Jhr. Mr. O.F.A.M. van Nispen tot Sevenaer, die meende door zijn drukke werkzaamheden zich niet ten volle aan zijn taak als Verbondsbestuurder te kunnen wijden. In hem verliest het Hoofdbestuur een man van grooten invloed, wiens woord gewicht had in de beraadslagingen. Groep Nederland had het geluk Staatsraad Prof. Mr. A.A.H. Struycken als zijn opvolger te kunnen afvaardigen. Het Hoofdbestuur is thans als volgt samengesteld: Dr. H.J. Kiewiet de Jonge, Dordrecht, voorzitter; mej. E. Baelde, Rotterdam, onder-voorzitster; N.J. Roelfsema, Den Haag, secretaris-penningmeester; Prof. Mr. D.P.D. Fabius, Dr. H.F.R. Hubrecht, beiden te Amsterdam; Prof. Mr. A.A.H. Struycken, Den Haag, allen zitting hebbende voor Groep Nederland; A.C. van der Cruyssen, Antwerpen; mej. R. de Guchtenaere, Gentbrugge; Joh. C. Kesler, St. Gilles-Brussel; H. Meert, Gent; Mr. W. Thelen, Brussel; Mr. Em. Wildiers, Antwerpen, allen zitting hebbende voor Groep België; Ch.R. Bakhuizen van den Brink, H.D.H. Bosboom, Mr. C.Th. van Deventer, J.M. Pijnacker Hordijk, allen te 's-Graven- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
hage en zitting hebbende voor Groep Nederlandsch Indië; Mr. Dr. C.F. Schoch, Amsterdam; Jhr. Mr. J.L.W.C. von Weiler, Den Haag, beiden zitting hebbende voor Groep Suriname; Prof. Dr. J. Boeke, Leiden; Kapt. J.A. Snijders Jr., Arnhem, beiden zitting hebbende voor Groep Nederlandsche Antillen. Behalve door zijn bemoeiïngen, waarvan de inleiding gewaagt, kon het Hoofdbestuur niet veel naar buiten optreden. Het deed zich door zijn onder-voorzitster vertegenwoordigen in de door het Ministerie van Landbouw, Nijverheid en Handel in het leven geroepen Nederlandsche Vereeniging Landverhuizing, ten doel hebbend om door betrouwbare inlichtingen ondoordachte emigratie te voorkomen en zedelijken steun te verleenen aan diegenen, wier plannen kans van slagen beloven. Met deze Vereeniging worden betrekkingen onderhouden. In het bestuur der ‘Vereeniging tot verbreiding van kennis over Nederland in den vreemde’, gevestigd te Amsterdam, nam als afgevaardigde van het A.N.V. zitting de heer Jhr. Mr. J.L.W.C. von Weiler. De door het Hoofdbestuur benoemde Commissie tot herziening der Statuten is werkzaam en hoopt haar ontwerp binnenkort in Neerlandia bekend te maken. Vermelding verdient nog dat het Hoofdbestuur een krans liet leggen op de lijkkist van Majoor Thomson, gesneuveld in Albanië, waar hij den Nederlandschen naam had hoog gehouden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nederland.Deze Groep en haar Afdeelingen hebben het Hoofdbestuur krachtig bijgestaan in de taak, waarvan de inleiding gewaagt. Zij hebben zich verdienstelijk gemaakt door het verzamelen van kranten, tijdschriften en boeken voor de gemobiliseerden, het inrichten van ontspanningsavonden, het verleenen van hulp aan Belgische vluchtelingen, het verschaffen van nuttige bezigheid en studiegelegenheid aan geïnterneerde Vlaamsche soldaten en het bevorderen van Nederlandsch onderwijs aan kinderen van Vlaamsche vluchtelingen. De diensten aan vele hier te lande vertoevende Vlaamsche vluchtelingen en geïnterneerden bewezen, kunnen hier niet alle worden opgesomd. De dankbetuigingen in het Dordtsche archief zullen de blijvende herinneringen zijn aan deze noodgedwongen aanrakingen, welke in de toekomst voor de eenheid van den Nederl. stam van groote waarde kunnen blijken. Bij de Regeering werd in samenwerking met het Hoofdbestuur aangedrongen op het verstrekken van in het Nederlandsch gestelde buitenlandsche passen, ook omdat, vooral in dezen tijd, het tot dusverre gevolgd gebruik om de passen alleen in het Fransch te stellen, allerlei moeilijkheden veroorzaakt. De Geschiedenis van het A.N.V. werd in een lichtbeelden-serie vastgelegd, welke goede diensten kan bewijzen op Verbondsavonden. De Vreemde-Woorden-Commissie dezer Groep stelde door bemiddeling van het hoofdkantoor een onderzoek in naar de in het buitenland bestaande wettelijke bepalingen tegen vreemde opschriften. Het ledental der Groep liep eenigszins terug, wat in deze tijdsomstandigheden, die velen tot zuinigheid dwingen, niet te verwonderen is. Maar dat voortdurend toch weer nieuwe leden worden opgegeven of zich zelf aanmelden, en dat, dank zij de propaganda van onzen gemachtigde, Jhr. C.M.E.R.C. von Bose, twee nieuwe Afdeelingen in de maak zijn, doet verwachten, dat de hoofdgroep van ons Verbond na den oorlog spoedig weer op oude kracht zal komen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vlaanderen.Het ging met deze Groep de laatste jaren zoo naar wensch. De Vlaamsche Beweging groeide meer en meer, vooral aan innerlijke kracht, verscheidene wenschen beloofden eindelijk in vervulling te gaan. Het 5de Groot-Nederl. Studenten-Congres te Gent, had in het voorjaar voor onze idealen mooi werk verricht, het 31ste Nederl. Taal- en Letterkundig Congres, dat de Vlaamsche zaak weer krachtig zou voorstaan, was te Haarlem in voorbereiding, de 9de Vacantieleergang te Leiden eveneens, het Hoofdbestuur van het A.N.V. had juist besloten in overleg met den Nederl. Journalistenkring maatregelen te beramen om de Nederlandsche dagbladpers een afzetgebied in de groote Vlaamsche steden te bezorgen, toen de oorlog uitbrak, waardoor de Vlamingen naast de Franschen als bondgenooten kwamen te staan. Voor dien had de dood reeds in de voorste gelederen der Vlamingen zijn offers geëischt. Krachtige voorvechters als burgemeester Buls en Dr. Max Rooses, sieraden van onzen stam, waren hun in het voorjaar van 1914 ontvallen, daarna volgde Lodewijk de Raet; met hem ging een der beste kenners van Vlaanderen's economischen strijd voor altijd van ons. Maar hoeveel schrikkelijker heeft de oorlog huis gehouden onder onze Vlaamsche jongens, die onder hun jongen Koning vochten voor de vrijheid van hun land, van hun geliefd Vlaanderen. Deze Groep is natuurlijk geheel ontwricht en zal na den oorlog opnieuw krachtig onzen steun behoeven. Hulde aan den beproefden leider daar, den heer Meert, die op zijn post bleef, die zelfs toen velen aan vluchten dachten, zijn woning in de Spiegelstraat, die één en al Verbondskantoor is met een belangrijk archief en onschatbare gegevens voor de Nederlandsche Beweging, niet wilde verlaten en die te midden der ellende onze leden te Gent nog op Verbondsbijeenkomsten weet saam te brengen. Gelukkig konden Dordrecht en Gent bijna onophoudelijk met elkaar in geestelijke verbinding blijven, zoodat verschillende stambelangen toch nog konden worden behartigd. Over den invloed, dien de oorlog op de Vlaamsche Beweging en het A.N.V. in België zal hebben, is thans nog weinig te voorspellen. Doch gehoopt mag worden, dat de aanwezigheid in Nederland van een groot aantal Belgische vluchtelingen en geïnterneerden, de voornamelijk door onze Utrechtsche Studenten-Afdeeling gestichte bibliotheek voor Vlaamsche studenten te Amersfoort, de gedwongen langdurige kennismaking met Noord-Nederlandsche ze- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
den en gewoonten, school en studie, leven en denken, spraak en leesstof, en de verschijning van Vlaamsche bladen in Nederland, een toenadering tusschen de stamverwanten bevorderen en in de ontwikkelingsgeschiedenis van de Vlaamsche Beweging een zeer gewichtige beteekenis zal krijgen. Dat de Vlaamsche leden van het A.N.V. ook hier in ons land trouw aan de Nederlandsche Beweging blijven, daarvan komen dagelijks de bewijzen binnen en de Vlaamsche Tak, onder de geïnterneerden te Harderwijk, zal voor het A.N.V. een merkwaardig feit blijven. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Oost-Indië.Ook onze Groepen buiten Europa hebben geleefd onder den druk der tijden, zagen de belangstelling voor het vereenigingsleven ingenomen door die voor den wereldstrijd en zoo valt er ditmaal van Oost-Indië ook weinig te boeken. Het ledental dezer Groep ging vooruit. De Eerste Koloniale Tentoonstelling te Semarang gaf ons gelegenheid de bekende inzending van het A.N.V. (platen, kaarten, statistieken, foto's enz.), waarmee te Brussel in 1910 en te Gent in 1913 onderscheidingen werden behaald, ook aan Indië te toonen. Door de goede zorgen van het Groepsbestuur en dat der Semarangsche Afdeeling vond ze een goede plaats en verzorging en heeft zij niet nagelaten ook in Tropisch Nederland te toonen, wat reeds bereikt werd en hoezeer onze Beweging over de heele wereld verbreiding en aanhang heeft gevonden, invloed heeft gekregen en resultaat heeft bereikt. Bovenstaande benaming van onze Oost brengt in herinnering de tweede poging om door een eigen blad de belangen van onze Beweging meer rechtstreeks en sneller te behartigen dan dat door het in Nederland uitgegeven algemeen orgaan van het Verbond mogelijk is. Dit jaar moest echter de uitgave worden gestaakt, wat jammer is, daar Tropisch Nederland belangrijke artikelen en overzichten bevatte. Een woord van waardeering voor de redactie vinde hier een plaats. Met voldoening mag het Hoofdbestuur gewag maken van zijn poging om aan de buitenlanders in N.-I. Staatsdienst den eisch te doen stellen, dat ze zich de Nederlandsche taal eigen maken. Op een desbetreffend verzoek heeft de Minister van Koloniën een tegemoetkomend antwoord gegeven. De voorgenomen kunstreis van den Vlaamschen zanger Em. Hullebroeck door Oost-Indië, waaraan het A.N.V. zijn medewerking had toegezegd, kon wegens den oorlogstoestand niet doorgaan. De gevierde zanger heeft zich sedert in ons land zeer verdienstelijk gemaakt voor zijn landgenooten in ballingschap. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Suriname.Men weet, dat het Hoofdbestuur aan deze Groep de laatste jaren geen vreugde heeft beleefd. De onwettige opheffing van de Groep door het oude bestuur werd niet aanvaard en met enkele vertrouwensmannen in de Kolonie werd beraadslaagd over de beste wijze, waarop de Groep weder tot nieuw leven zou kunnen worden gebracht. Juist waren daartoe maatregelen getroffen, toen de oorlog uitbrak en de commissie-leden te Paramaribo besloten betere tijden af te wachten. Mogen die spoedig aanbreken en de leden in Suriname, waaronder toch verscheiden goede Nederlanders zijn, de groote waarde beseffen van een krachtig nationalisme en een goede organisatie tot opwekking daartoe ook in de Koloniën. Al is dus de officieele inrichting nog niet geheel hersteld, wij hebben onze leden in Suriname nog niet verloren. Met hen blijft de band door Neerlandia in elk geval bestaan. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nederlandsche Antillen.Deze Groep, in 1904 gesticht door Kapt. J.A. Snijders Jr., heeft op haar bescheiden gebied steeds verdienstelijk werk verricht en blijft de rol, haar in onze Beweging toebedeeld na 10 jaren nog loffelijk vervullen. Zij zoekt haar kracht in vaderlandsche bijeenkomsten, in het verschaffen van studiebeurzen en in het steunen van noodlijdenden. Gedachtig aan wat het moederland, o.m. door bemiddeling van het A.N.V., voor de bevolking der West-Indische eilanden heeft gedaan - men denke aan het ‘Ondersteuningsfonds Nederl. Antillen’ - heeft ook zij zich niet onbetuigd gelaten toen het Nederlandsch Nationaal Steuncomité een beroep in deze benarde tijden deed, ook op de Nederlanders in het buitenland. Intusschen bleek de kolonie door een nieuwe mislukking van den oogst andermaal hulp te behoeven en aanstonds waren de Nederlandsche vrienden weer bereid tot leniging van den nood. In het met dat doel gestichte Steun-Comité, waarvan H.M. de Koningin het Beschermvrouwschap op zich wilde nemen, nam voor het A.N.V. zitting de heer Prof. Dr. J. Boeke, lid van ons Hoofdbestuur voor de Groep Nederl. Antillen, en wel als ondervoorzitter. Dat de arbeid der Groep door het Curaçaosche Gouvernement wordt gewaardeerd, bewijst het feit, dat het in het afgeloopen jaar zijn subsidie aan de Groep van f 750.- tot f 1000.- heeft verhoogd. Het ledental bleef vrij wel gelijk, van de kleinere eilanden kon meer bewijs van meeleven blijken; maar in verhouding tot het beperkte gebied, mag de Groep Nederl. Antillen een der beste heeten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zuid-Afrika.Ook op dit gebied van onzen stam is de wereldoorlog overgeslagen en wat nog droeviger is, daar in het land van Kruger en Steyn is de broederkrijg ontbrand en heeft zware offers geëischt. Voormannen als Generaal De la Rey en Beyers en Kommandant Fourie zijn niet meer en de oude held Christiaan de Wet is gevangen genomen door de strijdmakkers met wie hij vroeger tegen den veroveraar van de Boerenrepublieken streed. Den 31sten Dec. werd namens de Nederl. Zuid-Afr. Ver. en het Algem. Nederl. Verbond aan den | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 101]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Eersten Minister van de Unie van Zuid-Afrika, het volgend telegram verzonden:
Prime Minister, Pretoria. For sake South Africa's Future Zuid-Afrikaansche Vereeniging and Algemeen Nederlandsch Verbond as old and great Friends of South Africa crave magnanimous and broadminded treatment of De Wet cum suis. Middelberg. Kiewiet de Jonge.
Kort voor den oorlog had een groep Z.-Afr. boeren een landbouw-studiereis door Europa, in het bijzonder door Nederland ondernomen en onze Londensche vertegenwoordiger deed dien tocht mee, eveneens had de reis van den Vlaamschen voorman, Mr. Louis Franck, door Zuid-Afrika een heilzamen invloed op de aaneensluiting der deelen van den Nederlandschen stam uitgeoefend en de Transvaalsche Provinciale Raad, van welke de Verbondsvriend, de heer P. Deys, voorzitter is, had juist het Afrikaansch als voertaal voor de scholen aangenomen. Maar al deze uitingen van verhoogde samenwerking en toenadering verdwenen in het niet, toen de Europeesche oorlog zijn invloed ook in Zuid-Afrika deed gelden. Dat er onder de gegeven omstandigheden nog Taalbondexamens zijn gehouden en ook eenige penningen zijn uitgeloofd door Afdeelingen van het A.N.V. in Zuid-Afrika, is verblijdend. Zij, die o.m. ook in dit opzicht zooveel voor het A.N.V. heeft gedaan, mevrouw Deys-Draayer, secretares der Afd. Johannesburg, meende in 1914, tot groot leedwezen van het Hoofdbestuur, als zoodanig te moeten aftreden. Afd. Kaapstad, die in den laatsten tijd weer flink van zich deed spreken, ontving een subsidie van het Hoofdbestuur voor boekerij, leeskamer en aanverwante belangen. Het behoeft echter geen betoog, dat het Afdeelingsleven, ook in Zuid-Afrika, lijdt onder den druk der tijden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Boeken-Commissie.Uit de opsomming der werkzaamheden van het Hoofdbestuur heeft men kunnen nagaan, welk een aandeel onze Boeken-Commissie te Rotterdam heeft gehad in het verschaffen van leestof aan de militairen, vluchtelingen en geïnterneerden. Enkele cijfers mogen dit nader aantoonen:
Verzonden kisten 469 (vijfmaal zooveel als in 1913). Hieronder voor ons leger enz.: 411. Aantal adressen buiten Nederland, waarmede zij in verbinding staat: 297 (vorig jaar 289). Aantal adressen voor ons leger enz.: 247. Aantal begunstigers en bijdragers - ondanks het groot aantal dat bedankt heeft door de tijdsomstandigheden enz.: 430 (vorig jaar 423). Inkomsten f 6607.01½ (vorig jaar f 6361.37). Uitgaven f 6506.40½ (vorig jaar f 6323.29½).
Doordat alle kracht aan dit belangrijk werk werd besteed, schoten de gewone werkzaamheden er voor een groot deel bij in. Het ongeregeld postverkeer belemmerde trouwens in niet geringe mate de geregelde zendingen naar het buitenland. De verhouding der Boeken-Commissie tot het Hoofdbestuur werd in 1914 opnieuw geregeld. De heer Van Everdingen, tot dien tijd secretaris-penningmeester der Boeken-Commissie, ontving nu den titel van directeur en wordt ter zijde gestaan door toeziende leden. Als zoodanig werden voor de eerste maal benoemd mej. A. van Zelm van Eldik en de heeren A. Eyl en J.H.J. Vink, die zich reeds gedurende verscheiden jaren voor de Boeken-Commissie verdienstelijk hadden gemaakt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zelfstandige Afdeelingen.Buiten de Groepen bestaan er thans 17 Zelfstandige Afdeelingen, gevestigd te Berlijn, Bingen a/R., Bloemfontein (O.V.S.), Bremen, Chicago, Chicago-Roseland, Johannesburg (Transvaal), Kaapstad (Kaapkolonie), Keulen, Leipzig, Nieuw-York, Nij's room (Transv.), Potchefstroom (Transv.), Boekarest (Rumenië), Smyrna, Stellenbosch (Kaapkolonie), Ventersdorp (Transvaal). Onder deze Afdeelingen zijn er, die een opgewekt Afdeelingsleven onderhouden en vaak meer dan de Nederlanders op eigen bodem, de waarde beseffen van den band, die alle Nederlanders samen moet houden en die versterking vindt in aansluiting bij het A.N.V. Het aantal dezer Zelfstandige Afdeelingen kon veel grooter zijn en wie dan ook een plek op de wereld weet, waar nog niet aangesloten Nederlanders wonen, kan het Hoofdbestuur steeds van dienst zijn door zijn aandacht daarop te vestigen. Door een krachtige opwekking, vervat in een rondschrijven ‘Aan allen die behooren tot den Nederl. Stam’, waarbij een ontwerp voor een reglement en een werkprogramma zijn gevoegd, wordt dan getracht ter plaatse een middelpunt te vormen voor de behartiging der Nederlandsche belangen. Voor zoover dit niet kan geschieden door Afdeelingen wordt die taak zoo mogelijk opgedragen aan | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vertegenwoordigers.Hun aantal buiten de Groepsgebieden bedraagt thans 45, gevestigd te Ahwaz (Perzië), Antofagasta (Chili), Archangel (Rusland), Bangkok (Siam), Barcelona (Spanje), Basic City (Virginië), Bethlehem (O.V.S.), Bihé-Sacanjimba (Port. West-Afr.), Bocas del Toro (Rep. Panama), Buda-Pest (Hongarije), Caïro (Egypte), Claremont (West-Australie), Colon (Rep. Panama), Davos Platz (Zwitserl.), Duinkerken (Frankrijk), Genua (Italië), Hamburg (Duitschland), Havana (Cuba), Hong-Kong (China), Kansas City, Missoury (N.-Amerika), St. Kitts (Brit. West-Indië), Kobe (Japan), La Guaira (Venezuela), Londen (Engel.), Lourenço Marques (O.-Afrika), Luxor (Egypte), Manáos (Brazilië), Maracaibo (Venezuela), Melbourne (Australië), Mexico D.F. (Mexico), Panama (Rep. Panama (Pará (Brazilië), St. Petersburg (Rusl.), Pretoria (Transv.), Puerto Cabello (Venezuela), Rosario (Argentinië), San Juan Bautista (Mexico), San Fran- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 102]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
cisco (Amerika), Santa Fé (Argentinië), Singapore (Engel.-Indië), Stockholm (Zweden), Sydney (Austr.), Teheran (Perzië), Venetië (Italië), Winnipeg (Canada). Men ziet, dat ze over heel de wereld verspreid zijn en niet gering zijn de diensten, die zij zoowel aan het Hoofdbestuur als door bemiddeling van het kantoor aan vele leden van het A.N.V. bewijzen. Onze vertegenwoordigers hebben ver van den vaderlandschen bodem vaak een moeilijke taak te vervullen, om de uiteenloopende elementen van den Nederlandschen stam, die het lot ter plaatse te zamen bracht, voor het nationaal belang warm te houden. De verdiensten der ijverigen hier uit te meten zou te ver voeren. Een uitzondering moge gemaakt worden voor den heer J.E.A. Reyneke van Stuwe te Londen, die sedert Augustus 1914 voor de Vlaamsche vluchtelingen en gewonden een vraagbaak en steun is geweest en wien zelfs een jonge Belg als kantoorhulp moest worden toegevoegd, daar hij anders den omvangrijken inlichtingendienst niet had kunnen blijven beheerschen. Vooral in een land, waar de Vlamingen de taal niet verstonden en zich vreemd moesten gevoelen, was de hulp van het A.N.V. van groot nut. Hier mag niet worden gemist een woord ter nagedachtenis van een der beste vertegenwoordigers, die het Verbond had, wijlen Dr. Gisbert Brom te Rome, een voorbeeld voor allen, die op zich namen de Nederlandsche belangen in den vreemde voor het A.N.V. te behartigen. Mgr. Brom, directeur van het ook door het A.N.V. gesteunde Nederlandsch Historisch Instituut te Rome, was er het middelpunt van Nederlandsch leven. In zijn gastvrije woning voelden alle Nederlanders, die naar de Eeuwige Stad kwamen, zich als op vaderlandschen bodem. Moge zijn voorbeeld in alle oorden der wereld, waar Nederlanders wonen, navolging vinden. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Neerlandia.Voor het eerst sedert de oprichting van het orgaan werd de uitgave ten gevolge der tijdsomstandigheden een paar maanden geschorst. Zoolang de oorlogstoestand duurt, zal Neerlandia niet ten volle kunnen zijn, wat het anders zoo gaarne is: een afspiegeling van de verschillende geestesstroomingen in de Nederl. Beweging. Vooralsnog zal de Redactie er zich toe moeten bepalen om, voor zooveel de omstandigheden dat toelaten, de belangstellende lezers op de hoogte te houden van wat er over de geheele wereld met betrekking tot ons stamleven voorvalt. Wie daarover mededeelingen met woord en beeld kan geven, bewijst de Redactie altijd een goeden dienst. Als tegenhanger voor de kritiek, die haar soms bereikt, heeft zij de uitingen van waardeering verzameld, voor en na, van heinde en ver haar toegezonden en die haar de overtuiging geven welk een band Neerlandia vormt tusschen de Nederlanders in binnen- en in buitenland. De vele afzonderlijke afleveringen, aangevraagd om jaargangen volledig te maken, pleiten niet minder voor de beteekenis van ons maandschrift, welks lezenswaardigheid het best wordt bewezen door het feit, dat onze voornaamste dagbladen elke maand groote aandacht aan zijn inhoud wijden en vele stukken er uit overnemen. Het is met ons blad evenwel als met alle vereenigingsorganen, men moet het lezen met juist begrip van zijn bedoeling. De wijze, waarop de N.V. Geuze & Co's Drukkerij de belangen van Neerlandia behartigt, wordt door het Hoofdbestuur steeds zeer gewaardeerd. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Kantoor.De grootere ruimte, waarover het hoofdkantoor sedert 1912 beschikt: de kamer van den administrateur, tevens vergaderkamer, het bediendenkantoor, een ontvangvertrek en een archiefkamer, werkten zeer mee tot beheersching van de zich steeds uitbreidende werkzaamheden. Er wordt daar in het bovenhuis van pand 81 in de Dordtsche Wijnstraat hard gewerkt. In het vorige jaar zijn, in afgeronde, maar niet overschatte cijfers, 6000 brieven en briefkaarten verzonden, gedrukte stukken 5000, pakken drukwerk 600, kwitanties en rekeningen 2000 en Neerlandia's 150.000, waarbij dan nog komt de zeer tijdroovende en groote nauwkeurigheid eischende administratie der ledenlijsten, met haar grooten omhaal van bijschrijving, doorhaling en adresveranderingen, het bijwerken en bijhouden van het steeds zich uitbreidend archief, enz. De administrateur betuigde meermalen zijn tevredenheid over de nauwgezette plichtsbetrachting van eersten, tweeden en jongsten bediende. De vele bezoeken van leden uit binnen- en buitenland, die zich gedrongen voelen eens kennis te komen maken met de dagelijksche leiders en inlichtingen komen vragen of geven, zijn steeds welkom en getuigen meermalen van een verrassend meeleven met de Nederlandsche Beweging. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geldmiddelen.De Rekening en Verantwoording over 1914 heeft tot eindcijfer f 18310.22, waaronder een voordeelig slot van f 1049.64. De inkomsten van 1914 waren in hoofdsom reeds binnen toen de ongunstige omstandigheden zich begonnen te doen gevoelen. De begrooting voor 1915 sluit met een lager eindcijfer, n.l. f 17955.90. Verschillende ongunstige factoren zullen voor de naaste toekomst in het oog moeten worden gehouden: verminderd ledental tengevolge der tijdsomstandigheden, geen inkomsten der Groep Vlaanderen, die voor 1915 vrijgesteld is van contributie-betaling en - onverwacht - vermindering der Regeeringssubsidie tot op de helft, wat alleen reeds een vermindering van f 1800.- beduidt. Wel heeft het Hoofdbestuur in een adres aan den Minister van Binnenlandsche Zaken de handhaving der volle subsidie bepleit, maar inwilliging is natuurlijk onzeker. Zuinigheid is dus geboden, tenzij een middel mocht worden gevonden om de fondsen op buitengewone wijze te versterken. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 103]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het Hoofdbestuur houdt op dit punt zijn aandacht gevestigd. Een zeer gewenscht middel om het Verbond op hechteren financieelen grondslag te vestigen, is het bevorderen van uiterste wilsbeschikkingen ten onzen bate. Legaten kunnen vooral het vaste fonds, dat tot nog toe van weinig beteekenis is, zeer ten goede komen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ledental, op 31 December 1914.
Het eindcijfer is ditmaal minder betrouwbaar dan anders. De grafische lijn van den groei van het ledental zal in elk geval evenals in het jaar van den Boerenoorlog 1902 een inzinking vertoonen, die bij eendrachtige samenwerking spoedig weer zal rijzen. Elk lid doe in dezen zijn plicht! |