De laatste uren van Kapitein Fourie.
Aan het Afrikaansche blad Het Westen is nog het volgende ontleend:
Naar wij vernemen, werd Kapt. Fourie Zaterdagavond te negen uur in zijn cel in 't Klachtenkantoor mededeling gedaan van 't doodvonnis dat over hem was uitgesproken. De beambte met deze kennisgeving belast trof Jopie slapende aan. Hij werd wakker gemaakt en hem werd toegevoegd: Jozef Fourie, you are to be shot to-morrow morning at daybreak (Jozef Fourie, ge zult morgen tegen dagbreek worden doodgeschoten).
Hem werd toen gevraagd, of hij nog enige beschikkingen had te maken. Hij verzocht o.a. Ds. Neethling van Eloffsdal te mogen zien.
Dr. Davis kwam bij hem en vroeg of hij 'n slaapmiddel wilde toedienen. Fourie weigerde. Hij verklaarde zijn laatste uren te willen doorbrengen met zich voor te bereiden tot de dood.
Te 9.30 kreeg Ds. Neethling bericht dat Kapt. Fourie hem dringend wilde spreken. Daargekomen, verklaarde Fouri ook Ds. Bosman te willen zien. Ds. Bosman kwam onmiddellik. Kapt. Fourie verzocht de predikant zijn ouders te willen bekend maken met 't vonnis en hun te verzoeken bij hem de nacht in gebed te willen doorworstelen. Het verzoek om zijn broeder die in 'n cel naast hem zat, bij hem toe te laten, werd toegestaan, aanvankelik voor vijf minuten, later voor tien minuten en toen er 'n hogere beambte verscheen werd deze tijd zelfs verlengd tot drie kwartier.
Te twaalf uur werd Komdt. Fourie in gezelschap van Ds. Neethling per motorrijtuig naar de plaatselike tronk overgebracht, waar ook de andere krijgsgevangenen zijn ondergebracht. Deze tronk is gelegen aan het grote pad van 't hospitaal. De sipier daar, die zich zeer menselik betoonde, vroeg of Komdt. Fourie nog iets wenste. Fourie vroeg 'n tafel en papier, omdat hij wilde schrijven. Heel de nacht heeft hij verder schrijvende, biddende en pratende doorgebracht.
Gedurende de nacht praatte hij ook met een der ambtenaren en vertelde hem in 't Engels o.a.: Now I am to die for remaining true to that under which I was born and under which I have always fought. No mercy is extended to me, although I happened to be a boy who went under the white flag to accept the surrender of Jameson and afterwards he was made Sir Starr Jameson and I am to be shot.
(Nou moet ik sterven omdat ik trouw ben gebleven aan datgene waaronder ik geboren ben en waarvoor ik altijd heb gevochten. Geen genade wordt mij betoond, hoewel ik toevalligerwijze de jongen was, die onder de witte vlag uitging om de overgave van Dr. Jameson te aanvaarden, en nu is hij Sir Starr Jameson, terwijl ik word doodgeschoten).
Tegen vijf uur hoorden Komdt. Fourie en Ds. Neethling buiten de cel 'n geraas. Fourie zeide: Nou is hulle daar. Maar 't bleek niet zo te zijn. Te kwart over vijf eerst klonken orders buiten. Beide begrepen dat 't uur der terechtstelling was aangebroken. Jozef Fourie stond op en bad: ‘O God, geef mij kracht, geef mij moed. Het is wel met mij, help mij tot 't einde toe’, en rustig wachtte hij af. Toen trad de baljuw de cel binnen. Hij vroeg of Komdt. Fourie enige beschikkingen had te maken. Fourie verzocht zijn lijk te willen overgeven aan zijn familie, zodat hem 'n behoorlike begrafenis kon worden verstrekt. De ambtenaar wees erop dat 't doodvonnis onder de krijgswet werd voltrokken, maar hij beloofde toch zoveel mogelik te zullen zorgen dat aan zijn verzoek werd voldaan.
Dr. Clarke, de tronk-geneesheer, weigerde hij enige medicijn. Alleen zeide hij, zich tot Ds. Neethling kerende: ‘Hul moet mij toch niet in mijn gesigt skiet nie, ik het 'n groot Afrikaner hart: daar is plek genoeg om mij te skiet.’
Ds. Neethling verklaarde, toen 't tijd werd om uit te gaan, dat hij in de cel zou blijven bidden voor Fourie, maar de Kommandant draaide zich om, keek hem aan en zeide: ‘Ou vriend, jij is bij mij gewees tot die laatste, sie mij nou ook af, dit sal mij tot troos wees.’