Neerlandia. Jaargang 16(1912)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 199] [p. 199] [Twee Vlaamsche liederen] Aan Hendrik Conscience R. de Cneudt Volkslied O. Roels Breed, doch gloedvol. 1. Uw land lag droef en duister en zonk in kil-len nacht. Gij hebt weer licht en luis-ter aan 't arme volk gebracht. Zijn schoonheid was ge-vlo-den, zijn geest-kracht lag aan band,- Gij wek-te't uit de doo-den en leid-de't aan uw hand,- Gij schiept, uit nacht en noo-den het Vlaamsche Va-der-land! Gij schiept, uit nacht en noo-den het Vlaam--sche Va-der-land! 2. O mensch vol eedle deugden, gij waart zoo groot als goed, met schoon-heid en met vreug-den hebt gij uw volk ge-voed! Uw schat van gul-den droo-men, uw lief-de en tee-der-heid, gij hebt het al ge-no-men, en aan uw volk ge-wijd!- Ge- groet, die zijt ge-ko-men en Vlaandren hebt be-vrijd! Ge- groet, die zijt ge-ko-men en Vlaandren hebt be-vrijd! 3. De glo-rie van 't ver-le-den her-leef-de bij uw woord, en 't volk ver-acht, ver-tre-den, werd door uw stem be-koord! De Leeuw van Vlaan-dren maak-te de her-ten fier en groot, tot elk zijn boei-en slaak-te, en elk den nacht ont-vlood - en gansch een volk ont-waak-te bij 't rij-zend mor-gen-rood! en gansch een volk ont-waak-te bij 't rij-zend mor-gen-rood! 4. Thans rijst, in Vlaan-drens gou-wen al-om het red-dend licht, en ver-der, hoo-ger schou-wen wij met ver-rukt ge-zicht En - drijft ons volk weer krach-tig op ei-gen vrij-e vlerk, wordt Vlaandren rijk en machtig, ons volk weer schoon en sterk,- wij blij-ven steeds in dach-tig: Jong-Vlaandren is uw werk! wij blij-ven steeds in dach-tig: Jong-Vlaandren is uw werk! Ons Vaderland. Th. Sevens Jan Blockx Breed en met geestdrift. 1 Waar de Maas en Schel-de vloei-en, En de fris-sche- wei-den bloei-en, Waar nog ei-ken sterk en trotsch Rui-schen in het-- dicht-te bos: Daar is ons Va-der-land, Daar is-- ons Va-der-land, Dit hei-lig pand, Dit hei-lig pand, Het scho-ne Va-der-land. 2 Waar de Ne-ring-en en Gil-den Nooit den sche-del- bui-gen wil-den, Waar het kloe-ke voor-ge- slacht Ne-der-sloeg de-- Fran-sche macht: Daar is ons Va-der-land, Daar is-- ons Va-der-land, Dit hei-lig pand, Dit hei-lig pand, Het vrij-e Vlaan-der-land. 3 In de vreugd en in de smar-te Ligt dat land ons- aan het har-te: Moe-dig steu-nen wij de vaan, Wen het geldt ons volks-be-staan. Hoog le-ve 't Va-der-land! Hoog le-ve 't Va-derland! Dit hei-lig pand, Dit hei-lig pand, Hoog le-ve 't Vlaamsche land! Vorige Volgende