De Japanneezen en het Hollandsch.
Een aardig voorval maakt de heer C.J. van Rijn te Kaapstad in de Volkstem openbaar.
Eenige weken geleden lag het Japansche oorlogsschip Ikoma, op zijn reis naar het feestvierende Buenos Aires, te Kaapstad eenige dagen stil. De officieren werden door de Kaapsche regeering onthaald op een rijtoer en een feestmaal op de rijkswijnhoeve Constantia.
Twee ministers voerden het woord, in het Engelsch. Daarop antwoordde de gezagvoerder van het Japansche oorlogsschip, in het Engelsch. Toen stond burggraaf Seki, een der Japansche officieren, op en hield een toost in het Japansch. Hij deed dat, zei hij, omdat hij die taal beter sprak dan Engelsch. Bovendien moest hij aannemen - de schalk! - dat er onder het hoogbeschaafde gezelschap, waarin hij was, wel zouden zijn, die Japansch verstonden of de studie ervan zouden aanmoedigen.
Engelsch en Japansch, en geen Hollandsch in het oude Kaapland? Dit werd den heer Roche Pohl, lid van het Kaapsche Parlement, te machtig. Hij stond op en sprak in het Hollandsch. En in die Hollandsche rede vertelde hij de Japansche gasten, dat zij zich bevonden niet in een Engelsche kolonie, maar in een Britsche, met twee officieele talen, het Engelsch en het Hollandsch. Maar zou burggraaf Seki, die onder zijn gastheeren kennis van 't Japansch onderstelde, wel willen gelooven, dat er onder waren, die niet eens de tweede landstaal verstaan? Spreker hoopte dan ook, dat die mannen eerst Hollandsch gingen leeren voor zij zich op het Japansch toelegden.
Die rede, eerst in het Engelsch en toen in het Japansch vertaald, sloeg bij de Japanners in. De tolk der Japanners, secretaris aan het Japansche ministerie van buitenlandsche zaken, zei toen in een Engelsche toespraak:
De Hollanders zijn geen onbekenden in Japan. Ons land is ze veel verplicht, zelfs dankt het zijn tegenwoordige beschaving aan de Hollanders. Nog heden vindt men vele Hollandsche boeken in de bibliotheken van zuidelijk Japan, en woorden als stok, vlag, sop enz. in onze taal kunnen nog spreken van den Hollandschen invloed. 't Was 'n Hollander, die de Japanners 't maken van vuurwapenen leerde. In Satsoema, waar spreker vandaan kwam, had eens 'n Hollandsch dokter gewoond, die daar de westersche beschaving had doen postvatten.
Onder de Japanners was ook een professor Sjigo, hoogleeraar aan de universiteit te Tokio. Deze kwam den volgenden dag nog gauw den heer Pohl even opzoeken. Hij kende de geschiedenis van Holland op zijn duimpje en vertelde o.a., dat in alle Japansche scholen bij de les in de geschiedenis verteld wordt van Hollands glorie ter zee en hoe de Ruijter de Theems opvoer.