Amerika.
De Nederlanders in N.-Amerika.
Dr. E. Bok, een in Nederland geboren Amerikaan, redacteur van het Lady's Home Journal te Philadelphia, loofde in 1908 een drietal prijzen uit voor het beste opstel over hetgeen de Hollanders in het Westen der Vereenigde Staten tot stand hebben gebracht, dat is ten Westen van het Allegheny-gebergte. Aan deze prijsvraag mochten slechts deelnemen studenten en oud-studenten van het Hope College te Holland-Michigan.
De eerste prijs werd toegekend aan het opstel van den heer George Ford Huizinga en er werd besloten het te drukken, ten einde het aldus blijvend te bewaren.
Thans ligt dit bekroonde artikel naast ons, gedrukt op Oud-Hollandsch papier, met mooie, heldere letter.
Het artikel begint met een geschiedkundig overzicht der instroomingen van Nederlanders in Noord-Amerika gedurende de eerste helft der vorige eeuw en later, en schetst de groote moeilijkheden en ellende dezer voortrekkers. Het maakt ons duidelijk, hoe al die duizende Hollanders wijd en zijd over de Vereenigde Staten zijn uitgezwermd, om ten slotte den huidigen toestand dezer Nederlanders te teekenen.
‘Er zijn thans Nederlanders in elken staat en in elk gebied van de V.S. Van de 105.098, in Nederland geborenen, die in 1900 in dit land waren, werden er ruim 83.500 ten Westen van de Atlantische Staten gevonden: 30.406 in Michigan, 21.916 in Illinois, 9.388 in Iowa, 6.496 in Wisconsin, ongeveer 3400 in Ohio en Indiana, en ongeveer 9.400 in Dakota, Minnesota, Montana, Washington, Californië, Colorado, Kansas, Nebraska en Mississippi. Dus blijven er ongeveer 2.700 over, die verspreid zijn over het verdere deel van het Westen en het Zuiden. Sedert 1900 zijn er nog eens meer dan 30.000 inkomelingen uit Nederland geland, van wie gerust kan worden aangenomen, dat zij naar het Westen zijn gegaan. Evenals in 1850 worden meer dan de helft der 9.848 personen, in Nederland geboren, in Iowa en het Noorden van Midden-Noord-Amerika gevonden, zoodat ook tegenwoordig nog in dit district de meeste Hollanders wonen.’
‘Ongelukkig is het onmogelijk om zelfs ook maar ten naastenbij het aantal personen van Hollandsche afkomst in het Westen te kunnen schatten, want ten slotte is het toch de Hollandsche Amerikaan en niet de Hollandsche inkomeling van later jaren, die de kracht vormt van de Hollanders in het Westen.’
De schrijver gaat dan na, wat de Hollanders gedaan hebben. Voor het overgroote deel zijn het landbouwers en veefokkers, maar ook in den handel en de nijverheid nemen zij een eervolle plaats in. De schrijver noemt een groot aantal namen van mannen van Hollandschen bloede uit de wetenschappelijke wereld van het Westen. Van de 21 Hollandsche bladen, die in de Vereenigde Staten verschijnen, worden er 17 in het Westen uitgegeven - tien in Michigan en zeven in Iowa, Wisconsin en Illinois.
De schrijver haalt het oordeel aan der Regeeringsambtenaren; dat ‘de Hollander een zeer gewenschte inkomeling is’ en zegt ten slotte van de Hollandsche voortrekkers in N.-Amerika: ‘Wij danken aan hen ons aanzien als Amerikaansche burgers. Zij danken veel aan Amerika, en de Vereenigde Staten danken niet weinig aan hen.’
Dit belangrijke opstel is zeer te juister tijd verschenen. Noord-Amerika is gewillig te luisteren naar hem, die vertelt, wat de Hollanders voor Amerika hebben gedaan. En met Amerikaansche voortvarendheid maken de Hollandsche Amerikanen van deze gunstige stemming gebruik. Wij zullen in Neerlandia straks wel op meerdere geslaagde pogingen mogen wijzen, om bij de Amerikanen een juister denkbeeld te vestigen omtrent den Nederlandschen invloed bij de wording der Vereenigde Staten dan er tot dusver heerschte tengevolge van bevooroordeelde geschiedschrijvers.