schouw konden nemen, die uitsluitend over koloniale onderwerpen handelden.
Die openbaring verwekte bewondering en verwondering bij de overheden die zoo welwillend de tentoonstelling onder haar bescherming hadden genomen, bij die Fransch schrijvende pers zelf, welke anders de Vlaamsche Beweging niet in het hart draagt.
Indien deze tentoonstelling zoo prachtig kon slagen, dan was dat niet alleen te danken aan de werkzaamheid door het Vlaamsch Handelsverbond aan den dag gelegd, maar ook aan de medewerking van verschillende personen en instellingen, van het Gemeentebestuur van Antwerpen en vooral van het Koninklijk Instituut voor de taal-, land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indië en het Indisch Genootschap te 's Gravenhage. Zonder deze vereenigingen, waarvan Prof. Dr. H. Kern de hoog gewaardeerde voorzitter is, zonder den welwillenden steun van Dr. E.B. Kielstra en vooral zonder de belanglooze medewerking van den heer H.C. Muller, die uit de rijke Koloniale Bibliotheek alles ter beschikking van de inrichters had gesteld wat hij meende dat voor het beoogde doel van belang kon zijn, zou de tentoonstelling niet de uitbreiding hebben kunnen nemen, die zij gehad heeft en zou ze stellig het belang niet hebben verkregen, dat haar, nu als het ware, aan de aandacht van het publiek heeft opgedrongen.
Er ligt in deze tentoonstelling een vingerwijzing voor het Algemeen Nederlandsch Verbond. Ze toont aan wat het het volgende jaar op de Wereldtentoonstelling te Brussel te doen zal hebben, te Brussel, de verfranschte hoofdstad van België, die dan niet alleen door veel personen, tot alle volkeren behoorende zal worden bezocht, maar ook door veel Walen, Franschen, verfranschte Vlamingen. Het A.N.V. zal daar, hetzij door eigen optreden, hetzij door bemiddeling van anderen, aan die allen, en ook aan de vele Vlamingen en Noord-Nederlanders die naar Brussel zullen komen, de uitgebreidheid van ons taalgebied moeten laten zien en dat op een in het oog vallende wijze; het zal moeten aantoonen dat het Nederlandsch een kultuurtaal is en dat er een hoogstaande Nederl. beschaving bestaat.
Dat zal óók een openbaring zijn voor velen, zooals de tentoonstelling van het Nederl. koloniaal boek te Antwerpen er een was.