Neerlandia. Jaargang 12(1908)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Aan Dr. Kiewiet de Jonge, Voorzitter van het ‘Algemeen Nederlandsch Verbond’, bij zijn vertrek naar Zuid-Afrika. Vaarwel! Vaarwel naar 't Zuiderstrand! Neem onze groeten mee Voor wie een zonnig vaderland Eens vonden over zee. Zeg hun, die mannen van ons bloed, Die vrouwen, trouw en sterk: Wij gaven ze eens ons vol gemoed, Wij volgen trouw hun werk. Het is ons, of een flinke neef Zijn zaken redt, bestuurt; O, 't voordeel heeft hij niet te geef, Maar 't is van lange duur. Hij worstelt, als z'n oom weleer; Oom vindt hem 'n flinke vent, Als hij zijn ossewagen weer In de oude sporen ment. Bemoeien met zijn zaak! Wel nee, Oom denkt aan zo iets niet; Hij leeft alleen met neef maar mee In vreugde en verdriet. Als neef zich maar niet deuken laat, Zijn moedertaal maar eert En nooit voor vreemde snoeshaanpraat Zijn eigen moois verleert. Zeg hun: zo'n oom is ons Verbond, Zo eentje van sta pal; Vraag neef, of hij ook open, rond Voor dat doel strijden zal. En zegt hij ja, geef hem de hand Van onverbreekbre trouw En weifelt hij: zoek dan de man Te binden door zijn vrouw. Als nichtje helpt en spreekt de taal Van Ma en Oumama, Dan doen de neven 't allemaal In 't wijd Zuid-Afrika. Vaarwel, roep 't uit aan 't Zuiderstrand: ‘Sta pal voor de eigen taal! Dat is: sta pal voor 't vaderland, Houd hoog Uw ideaal!’ Haarlem, 22 Okt. 1908. J.B. SCHEPERS. [pagina 207] [p. 207] Dr. H.J. KIEWIET DE JONGE, Algemeen Voorzitter van het Algemeen Nederlandsch Verbond. Vorige Volgende