Gelijke rechten in de Kaapkolonie.
Hoeveel er voor het Hollandsch in de Kaapkolonie nog op te halen valt, zien wij in twee berichten uit Afrikaansche bladen.
Onlangs kwam te Humansdorp voor het magistraatshof een zaak in behandeling, waarbij de betrokken partijen, de prokureurs en de getuigen allen Hollandsch verstonden. De prokureur van den gedaagde wilde zijn getuigen in het Hollandsch ondervragen, maar de magistraat, die geen Hollandsch sprak - naar hij zeide - verbood het, tenzij wie Hollandsch gesproken wilden hebben, zorgden voor een tolk. Nu zegt de wet, dat een magistraat op verlangen het Hollandsch moet toelaten, maar bepaalt niets van een tolk. Terwijl de wet Engelsch en Hollandsch in dit geval gelijke rechten toekent, wordt het gebruik van het Hollandsch hier bezwaard met de uitgave voor een tolk.
De Re-echo, van Humansdorp, waaraan 't bericht ontleend is, zegt dat het er maar over zwijgen zal, dat in dat district een magistraat kan wezen, die geen Hollandsch kent. Het blad hoopt, dat de verkiezing een ministerie aan het bewind zal brengen, dat de kennis van het Hollandsch weer bij den burgerlijken dienst verplicht stelt.
Het tweede geval is dit: De kamer van koophandel te Kaapstad neemt tegenwoordig handelsexamens af. Daarvoor zond zij onlangs programma's rond. Van de candidaten nu wordt geen kennis van het Hollandsch geëischt, wel van het Engelsch natuurlijk. Het Hollandsch komt voor onder de vreemde talen, die men er bij kan nemen, maar nog achter het Fransch of Duitsch genoemd. En de jongelui, die het examen afleggen, moeten later handel drijven in Zuid-Afrika!