Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Neerlandia. Jaargang 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4,71 MB)

Scans (28,72 MB)






Genre
non-fictie

Subgenre
tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Neerlandia. Jaargang 11

(1907)– [tijdschrift] Neerlandia

Vorige Volgende
[p. 58]

Van het Hoofdbestuur.

Algemeene Vergadering.

van het Algemeen Nederlandsch Verbond Woensdag 26 Juni 1907, 's nam. 2 uur, in Hotel Ponsen, Stationsplein, Dordrecht.

 

Dagorde.

1o. Wijziging der Statuten;

2o. Bij aanneming van sub. 1o.: Vaststellen van het reglement, bedoeld bij het ontworpen art. 5 der Statuten.

De algemeene Secretaris:

P.J. DE KANTER.

Zie voor de toelichting Neerlandia, December 1906 blz. 295.

Nieuwe Zelfstandige Afdeeling.

Te Shanghai is een Zelfstandige Afdeeling opgericht, aanvankelijk met 25 leden.

Voorzitter is de heer J.C. Specht Grijp, Secretaris-Penningmeester de heer H.W. Forbes.

In verband hiermede verleende het Hoofdbestuur den heer Specht Grijp op zijn verzoek eervol ontslag als vertegenwoordiger.

Nieuwe Vertegenwoordigers.

De heer M.M. Pinedo, p/a. Garcia Gonzalez, Calle Cuba, is door het Hoofdbestuur benoemd tot vertegenwoordiger te Havana.

Het Hoofdbestuur benoemde tot Vertegenwoordiger te Tórreon, Coah, Rep. Mexico: Frans Dingler, Apartado 274.

 

De Vertegenwoordigers, die hun verslag over 1906 nog niet inzonden, worden uitgenoodigd zulks ten spoedigste te doen.

De Alg. Secretaris,

P.J. DE KANTER.

Wet op het Nederlanderschap.

Aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal is de vorige maand het volgend adres verzonden:

 

Geeft met verschuldigden eerbied te kennen:

het Hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond te Dordrecht;

dat het zich veroorloofde, onder dagteekening van 27 December j.l. den volgenden brief te richten tot Zijne Excellentie den Minister van Justitie;

(Zie Neerlandia Januari-nummer blz. 10.)

dat thans aan het Hoofdbestuur afschrift wordt gezonden van een adres der Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen aan Uwe Kamer, waarin evenzeer opnieuw wordt aangedrongen op het wegnemen der bezwaren tegen de wet van 12 December 1892 (Staatsblad No. 268), bezwaren welke aanstoot geven aan de Nederlanders in den vreemde, die de nationaliteit wenschen te behouden;

dat adressante overweging verzocht van eene andere oplossing dan door het Hoofdbestuur werd behandeld in den brief aan den Minister van Justitie;

dat het Hoofdbestuur geenszins bedoelt het door hem aangegrepen middel tot wegneming der grieven aan te bevelen met verwerping van alle andere middelen, maar integendeel van oordeel is, dat de weg, dien de Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen aangeeft, evenzeer leidt tot wegneming van het door het Hoofdbestuur besproken bezwaar, dat men op een oogenblik, waarop men bescherming zijner Regeering behoeft, zou kunnen bemerken de nationaliteit te hebben verloren en de gelegenheid te missen haar onmiddellijk terug te bekomen;

redenen waarom het Hoofdbestuur Uwe Kamer het verzoek der Nederlandsche Kamer van Koophandel te Londen ter ernstige overweging aanbeveelt.

Hetwelk doende enz.

Het Hoofdbestuur van het Algemeen Nederlandsch Verbond,

(w.g.) H.J. KIEWIET DE JONGE,

Algemeen Voorzitter.

(w.g.) DE KANTER,

Algemeen Secretaris.

Jaarverslag over de Afdeeling Stellenbosch van het A.N.V. 1906-1907. (Nieuwe spelling)

Door bemiddeling van de vertegenwoordiger van het A.N.V. voor Zuid-Afrika waren in de eerste helft van 1906 een aantal personen als leden tot het A.N.V. toegetreden. Op 10 Aug. 1906 werden door hem de leden tot een samenkomst uitgenodigd, om, daar het leden-aantal voldoende was om een Zelfstandige Afdeling te vormen, tot de oprichting te besluiten en daarna bestuursleden voor te stellen, die voor de eerste maal door het Hoofdbestuur moesten worden bevestigd. Voorgedragen werden: Professor P.J.G. de Vos, ere-voorzitter; Professor Dr. W.J. Viljoen, voorzitter; de heer H.J. Louw, ondervoorzitter; Professor Dr. E.C. Godée Molsbergen, sekretaris; de heer H.J. Bergh, penningmeester; Professor. Dr. A. Lodewyckx; mevrouw J.H. Marais - de Villiers; mevrouw E.G.L. Preiss - Viljoen, mevrouw M. Schonken - Retief.

Een kommissie van 3 leden ontwierp een afdelingsreglement, dat 3 September door de leden na bespreking werd goedgekeurd. Het Hoofdbestuur keurde dit reglement goed op 6 Oktober 1906. Men was zo vriendelik 't reglement in Holland voor de Afdeling te drukken; ongelukkig raakten de twee pakjes aan 't zwerven en met blijdschap kan nu vermeld worden, dat de zwervers half Februari 1907 toch nog terecht kwamen.

Het eerste jaar is dus voorbijgegaan met het stichten der Zelfstandige Afdeling en het op gang krijgen der zaken. Het leden-aantal bedraagt dertig. Moge het volgend jaarverslag veel nuttigs kunnen vermelden, door de Afdeling tot stand gebracht.

W.J. VILJOEN, Voorzitter.

E.C. GODEE MOLSBERGEN,

Stellenbosch, 28 Febr. 1907.

Sekretaris.

Jaarverslag der Afd. Constantinopel.

De verhouding tusschen Consulaat en Gezantschap eenerzijds en de kolonie anderzijds bleef dit jaar dezelfde, en zoo werden op 31 Augustus en 1 Januari de Nederlanders, die gemeenschappelijk voor hun gehechtheid aan het vaderland wilden getuigen, door de overheid die in hun oogen het symbool is van het afwezig vaderland, wederom niet ontvangen.

De geldelijke toestand van de afdeeling was gunstig, gedeeltelijk doordat de afdeeling wegens gemis aan samenwerking tusschen overheid en kolonie zich op bijna geen gebied kon uiten.

Wegens dit gebrek aan tegemoetkoming onthield de afdeeling zich dan ook van elk betoog tijdens het vertrek van den Nederlandschen Consul naar Smyrna. De pogingen tot het oprichten van een Nederlandsche handelszaak in Constantinopel, waartoe ook het Hoofdbestuur geldelijk medewerkte, had tot dusver nog een gunstig gevolg.

Voor de noodlijdenden door de overstroomingen in Zeeland werd onder de leden een inzameling gehouden, waarvan de opbrengst naar Dordrecht werd overgemaakt.

De afdeeling had het verlies te betreuren van een zijner beste leden, maar verheugde zich hetzelfde jaar in het toetreden van een nieuw lid op Mitylene.

Dr. A. COOMANS DE RUITER, Voorz.

ALFR. E. VAN LENNEP, Penningm.


Vorige Volgende

Over dit hoofdstuk/artikel

P.J. de Kanter

H.J. Kiewiet de Jonge

Willem Jacobus Viljoen

E.C. Godée Molsbergen

Arnoldus Coomans de Ruiter

Alfr.E. van Lennep


28 februari 1907