Neerlandia. Jaargang 8

Afdeelingen

Afdeeling Leiden.

Leiden, 25 Februari 1904.

Gisteren werd alhier de ledenvergadering gehouden der Afdeeling Leiden van het Algemeen Nederlandsch Verbond. Van het daarin verhandelde vermelden wij het volgende.

De Secretaris de Heer W. Draaijer, bracht verslag uit van de verrichtingen en lotgevallen der afdeeling in het afgeloopen jaar. Hij herinnerde aan het zenden van 7 groote kisten met boeken, door Leiden en enkele naburige gemeenten bijeengebracht, en verzonden aan de Commissie te Rotterdam voor de Hollanders in Zuid-Afrika; aan den goedgeslaagden liederavond, in vereeniging met de Studentenafdeeling van het verbond ingericht, waarin oude Nederlandsche liederen werden gezongen door een Gentsch koor van heeren en dames onder de leiding van den Heer O. Roels; aan een door de ongesteldheid van den Heer Verriest mislukte poging om genoemden heer voor de leden te doen optreden tot het houden zijner voordracht over Guido Gezelle, en aan eene evenmin geslaagde poging om prof. Vermeylen uit Brussel voor het houden eener voordracht tot ons te doen overkomen. In de plaats daarvan zal in Maart aan de leden een Peter-Benoitavond worden aangeboden.

De penningmeester, Dr. G.J. Boekenoogen, bracht verslag uit van zijn beheer, waarna zijne aan het Hoofdbestuur te Dordrecht op te zenden rekening en verantwoording werd goedgekeurd.

Een huishoudelijk reglement voor de afdeeling, door het Bestuur ontworpen, werd na eene kleine wijziging vastgesteld.

Eindelijk werd mededeeling gedaan van de rondzending van een door de Studentenafdeeling opgestelden omzendbrief aan verscheidene winkeliers hier ter stede, waarin ook namens onze afdeeling het verzoek tot hen is gericht om in hun winkelopschriften en aankondigingen de talrijke daarin voorkomende Fransche woorden door Nederlandsche te vervangen, en mede te werken dat b.v. coiffeur, tailleur of marchand tailleur, patissier, glacier, cuisinier, robes, manteaux, ci-devant e.a. van de winkelramen van Nederlandsche winkeliers verdwijnen.

Tot leden van het bestuur werden door de afdeeling, wier leden in grooter getal hadden kunnen opkomen, benoemd de tot heden slechts voorloopig met die taak belaste titularissen Dr. G.J. Boekenoogen, W. Draaijer, Dr. D.C. Hesseling, J. Schaap Hz. en Dr. J. Verdam.

Bovenstaand verslag kon wegens plaatsgebrek niet in het Maartnummer worden opgenomen.

Red.

* _* *

Afdeeling Utrecht.

Den 4den Maart werd te Utrecht een vergadering gehouden om te komen tot stichting van een Afdeeling. De heer Coers leidde de bijeenkomst die werd bijgewoond door slechts 30 leden. Hij stelde voor ééne afdeeling op te richten, waarvan én studenten én burgers leden zijn, daar zijne pogingen om een Studentenafdeeling in 't leven te roepen mislukt waren.

Prof. Kern gaf den raad twee afdeelingen op te richten, één voor studenten en één voor ingezetenen.

Bij stemming bleek dat de meerderheid der aanwezigen voor scheiding was. Den heer Coers werd daarom verzocht nogmaals pogingen in het werk te stellen, terwijl prof. Kern zich bereid verklaarde in overleg met het Hoofdbestuur eenige Utrechtsche leden uit te noodigen om voor de burger-afdeeling een voorloopig bestuur te vormen.

De heer J. Rasch, die bovenstaande mededeelingen in zond uitte zijn verwondering er over, dat niets van deze vergadering in het Maartnummer van Neerlandia heeft gestaan, terwijl toch eenige bladen er melding van hadden gemaakt.

Neerlandia neemt zoo min mogelijk uit andere bladen over.

Het heeft recht op tijdige mededeelingen der plaatselijke secretarissen, die deze op hun beurt als een verplichting dienen te beschouwen.

Leidsche Studentenafdeeling.

Het bestuur dezer Afdeeling bestaat thans uit de heeren A.B. Cohen Stuart, Voorzitter; H.Ph. de Kanter, Onder-voorzitter, Th. Joekes, Secretaris en A.H. van Ophuysen, Penningmeester.

De heeren E.J. Haslinghuis, S. de Meester, en E.C.U. van Doorn vormen een bestendige commissie tot het geven van alle mogelijke inlichtingen aan vreemdelingen, die van plan zijn in Leiden te komen studeeren.

* _* *

Afdeeling Batavia.

Als leden van het Bestuur bedankten de heeren R.J.Y. Neumann en Mr. A. Maclaine Pont en trad op de heer Jhr. W.H.W. de Kock.