Neerlandia. Jaargang 8

Nederland

Algemeene Vergadering van Groep Nederland.

De Jaarvergadering zal plaats hebben op Zaterdag 21 Mei 1904, des voormiddags te half elf in Hotel Ponsen, tegenover het Spoorwegstation te Dordrecht.

Dagorde:

I.

Opening der Vergadering door den Voorzitter.

II.

Jaarverslag over 1903, door den Secretaris.

III.

Rekening en verantwoording door den Penningmeester.

IV.

Verkiezing van 7 leden van het Groepsbestuur.

Voorgesteld worden de volgende dubbeltallen:

1^e	J.J.B. van der Chijs, 's-Gravenhage, Dr. F.A. Stoett, Amsterdam.	(aftredend)
2^e	Marcellus Emants, 's-Gravenhage, W.G. van Nouhuys, 's-Gravenhage.	(aftredend)
3^e	Prof. dr. J.H. Gallée, Utrecht, S. Reinders, Appingedam.	(aftredend)
4^e	Th. Nolen, Rotterdam, Mr. R. van Veen, 's-Gravenhage.	(aftredend)
5^e	Prof. dr. J. Woltjer, Amsterdam, H.J. Emous, Amsterdam.	(aftredend)
6^e	Prof. dr. P.J. Blok, Leiden. Prof. G. Kalff. Leiden.
7^e	Luit. D.A. Eekhout, Breda. J.A.v.d. Star, 's-Gravenhage.

V.

Wijziging van het Groepsreglement.

Ontwerp:

Naam, Zetel, Vereenigingsjaar.

Art. 1 (vgl. art. 1, le lid oud.)

Groep Nederland van het Algemeen Nederlandsch Verbond heeft haar zetel te Dordrecht.

Het vereenigingsjaar loopt van 1 Januari tot 31 December.

Doel.

Art. 2. (Vgl. art. 2 oud.)

Met inachtneming van het bepaalde bij de arlikelen 2 en 3 der Statuten stelt de Groep zich in hoofdzaak ten doel:

1^o. den nationalen zin bij het Nederlandsche volk aan te kweeken;

2^o. het Hoofdbestuur de geldmiddelen te verschaffen om de andere Groepen en Zelfstandige Afdeelingen alsmede de buiten Nederland gevestigde Nederlandsche en Stamverwante koloniën in staat te stellen krachtig werkzaam te zijn voor de ontwikkeling van het stambewustzijn;

3^o. de ontwikkeling der betrekkingen op geestelijk. handels- en nijverheidsgebied tusschen Nederland en de onder 2^o genoemde Groepen, Afdeelingen en Koloniën te bevorderen.

Toelichting: Of het Verbond zoo veel mogelijk zijn doel zal kunnen bereiken, hangt in de eerste plaats af van de werkzaamheid van het Hoofdbestuur van het Verbond èn van den steun van groep Nederland.

De Nederlanders in de eer te plaats moeten streven naar een krachtige ontwikkeling van het Nederlandsch element buiten hunne grenzen. Nederland wint aan belang en kracht, wanneer de Nederlandsche en Stamverwante koloniën toenemen in beteekenis. Het stoffelijk welzijn van Nederland wordt in hooge mate bevorderd, wanneer de Nederlandsche en Stamverwante koloniën zich meer en meer tot Nederland aangetrokken gevoelen.

Al is dus het doel onder 1^o van dit artikel geenszins weg te cijferen, en kan op dat gebied door Groeps- en Afdeelingsbesturen met kracht worden gewerkt, zonder dat daaraan groote geldelijke opofferingen zijn verbonden, het zwaartepunt der werkzaamheden van Groep Nederland is te vinden onder 2^o en 3^o van dit artikel. Met alle toewijding heeft de Groep te streven naar voortdurende en belangrijke uitbreiding van het aantal leden om aan de hoofdkas van het Verbond een zoo groot mogelijk saldo te kunnen uitkeeren, immers de arbeid van het Hoofdbestuur eischt groote sommen en het is er nog ver van, dat het Verbond zich krachtig zou kunnen doen gelden.

Moet de arbeid, onder 2^o van dit artikel bedoeld, worden overgelaten aan het Hoofdbestuur van het Verbond, voor het doel onder 3^o omschreven, kan de Groep ook zelfstandig zich inspannen, omdat de aanstichting tot de ontwikkeling der bedoelde betrekkingen toch vooral van Nederland zal moeten uitgaan. Groote kosten zijn ook aan dezen arbeid niet verbonden, omdat het Verbond niet zelf aan handel en nijverheid deelneemt, maar daartoe heeft op te wekken en den weg te wijzen.

[p. 43]

Dit nieuwe artikel 2 sluit aan bij de nieuwe artikelen 2 en 3 der Statuten, o.m. beoogende den practischen arbeid van het Verbond uit te breiden.

Leden.

Art. 3 (vgl. art. 1, 1e lid, oud.)

Tot Groep Nederland behooren de leden in Nederland en voorts alle leden buiten Nederland, die niet behooren tot eene andere Groep of eene Zelfstandige Afdeeling, behoudens het bepaalde bij art. 16 der Statuten.

Aft. 4. (Vgl. art. 1, 2e en 3e lid, oud).

Begunstigend lid is wie minstens f 25,-, beschermend lid wie minstens f 5.-, gewoon lid wie minstens f 2.50 jaarlijks bijdraagt.

Deze bepaling is wat betreft het gewone lidmaatschap niet van toepassing op hen, die voor 1 Juli 1901 tot het Verbond zijn toegetreden.

Minder vermogenden, die het Verbond steunen met eene geringere jaarlijksche bijdrage dan f 2,50, zijn buitengewone leden en hebben geen stemrecht en geen aanspraak op het orgaan van het Verbond. Zij kunnen zich onderling vereenigen tot zoodanig aantal als noodig is om de laagste bijdrage voor een lid (f 2,50) te bereiken ten einde gezamenlijk een exemplaar van het orgaan te kunnen verkrijgen.

Groepsbestuur.

Art. 5. (Vgl. art. 3 en 4 oud).

Het Groepsbestuur bestaat uit minstens 11 en hoogstens 21 leden door de Groepsvergadering te benoemen uit de leden der Groep, zooveel mogelijk uit alle provinciën en verschillende kringen der samenleving.

Telken jare treden 3 of 4 leden af volgens rooster, vast te stellen door de Groepsvergadering, doch zijn herkiesbaar.

Voor elke openvallende plaats in het Groepsbestuur draagt dit bestuur aan de groepsvergadering een dubbeltal voor.

Art. 6. (Vgl. art. 3 oud)

Het Groepsbestuur benoemt uit zijn midden een Voorzitter, een Onder-Voorzitter, een Secretaris en een Penningmeester, de drie eersten uit zijn midden.

Tot Penningmeester der Groep is alleen benoembaar de algemeene Penningmeester van het Verbond.

Den Secretaris kan een bezoldiging worden toegekend.

De betrekkingen van Secretaris en van Penningmeester kunnen in één persoon vereenigd zijn.

Art. 7.

De Voorzitter, de Onder-Voorzitter, de Secretaris en de Penningmeester vormen te zamen het Dagelijksch Bestuur.

Het Dagelijksch Bestuur is in spoedeischende gevallen tot handelen bevoegd, mits daarop onmiddellijk de goedkeuring vragende van de andere leden van het Groepsbestuur.

De Secretaris is - zooveel mogelijk in overleg met den Voorzitter - bevoegd tot afdoening der loopende zaken, die geen bespreking behoeven.

Art. 8.

Het Groepsbestuur vergadert zoo dikwijls als het dat noodig acht.

Zijne leden ontvangen vergoeding van reis- en verblijfkosten en van verdere uitgaven in de waarneming hunner betrekking gemaakt.

Het Groepsbestuur stelt voor zich zelf een huishoudelijk reglement vast.

Art. 9.

Indien het Hoofdbestuur van het Verbond een administrateur heeft, is deze als zoodanig tevens onder het Groepsbestuur werkzaam.

Hetzelfde geldt voor het personeel van het algemeen secretariaat en van den algemeenen Penningmeester.

Art. 10.

Alle stukken van het Groepsbestuur uitgaande, die niet de geldzaken betreffen, vereischen de handteekening van den Secretaris, in belangrijker zaken ook die van den Voorzitter.

De Secretaris kan in bepaald door hem aan te wijzen gevallen van ondergeschikten aard de onderteekening overlaten aan den administrateur der Groep.

De stukken, geldzaken betreffende, behoeven de handteekening van den Penningmeester.

Art. 11.

Het Groepsbestuur beschikt binnen de grenzen der begrooting over de geldmiddelen der Groep. Het waakt voor de naleving van de Statuten - voor zooveel de Groep betreft - van dit Reglement en van de Afdeelingsreglementen. Het komt op voor de belangen der Groep daar waar het zulks noodig oordeelt met inachtneming der besluiten van de Groepsvergadering.

Art. 12.

Jaarlijks in Maart zendt het Groepsbestuur aan het Eoofdbest uur

1e. Het Verslag der Groep over het afgeloopen jaar.

2e. Een gewaarmerkt afschrift der goedgekeurde rekening en verantwoording over dat jaar.

Art. 13.

De ledenlijsten der Groep worden bijgehouden op het kantoor van het Hoofdbestuur onder verantwoordelijkheid van den Groepssecretaris.

Gewone Groepsvergadering.

Art. 14 (vgl. art. 6 oud.)

Jaarlijks in Maart wordt te Dordrecht de gewone Groepsvergadering gehouden. In deze vergadering wordt aan de orde gesteld:

1e. het verslagv an den Secretaris over het vorige vereenigingsjaar;

2e. de rekening en verantwoording van den Penningmeester over dat jaar:

3e. de begrooting voor het loopende jaar;

4e. de benoeming van leden in het Hoofdbestuur van het Verbond;

5e. de benoeming van leden in het Groepsbestuur;

6e. de voorstellen van het Groepsbestuur en van de afdeelingen.

Buitengewone Groepsvergaderingen.

Art. 15.

Buitengewone Groepsvergaderingen worden gehouden, wanneer het Groepsbestuur dit noodig acht of ten minste drie afdeelingen of 25 algemeene leden zulks aanvragen, mits daarbij tevens opgevende de onderwerpen, waarvan de behandeling wordt gewenscht.

Het Groepsbestuur is verplicht de Groepsvergadering bijeen te roepen binnen drie maanden, nadat de aanvrage daartoe is ingekomen.

Orde der Groepsvergaderingen.

Art. 16 (vgl. art. 6 oud.)

Het Groepsbestuur draagt zorg, dat de oproeping voor eene Groepsvergadering minstens ééne maand te voren in het orgaan van het Verbond wordt opgenomen met hare dagorde.

Voorstellen der afdeelingen voor de gewone Groepsvergadering moeten vóór 31 Januari zijn ingezonden aan het Groepsbestuur, dat deze voorstellen bij de dagorde ter kennis van de leden brengt.

Over onderwerpen niet op de dagorde vermeld, kan niet worden beslist, tenzij ¾ der blijkens de presentielijst uit te brengen stemmen die beslissing wenschen.

Art. 17.

De Groepsvergaderingen zijn toegankelijk voor alle leden van het Verbond.

Stemgerechtigd zijn de leden van het Groepsbestuur, ieder met eene stem, en de afdeelingen door middel harer afgevaardigden (die ten genoege van het Groepsbestuur moeten voorzien zijn van een geloofsbrief) volgens deze stemtafel:

Beneden 50 leden één stem; verder voor elk ingegaan 50-tal één stem meer.

Hierbij wordt tot grondslag genomen de toestand volgens de ledenlijsten van het Groepsbestuur op 1 Maart.

Art. 18.

Stemming over personen geschiedt schriftelijk, over zaken mondeling.

Tenzij in dit reglement anders is bepaald, worden alle besluiten genomen met meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco

[p. 44]

stemmen worden niet meegerekend. Bij staking van stemmen over zaken heeft de voorzitter eene beslissende stem.

Over personen wordt zoo noodig tweemaal gestemd ten einde eene beslissende meerderheid te verkrijgen. Is zulks dan nog niet het geval, dan beslist het lot tusschen de beide personen, die de meeste stemmen op zich vereenigden; evenzoo wanneer op twee of meer personen een gelijk aantal stemmen wordt uitgebracht.

Art. 19.

De Voorzitter der Groep heeft de leiding der Vergadering, neemt daarin de noodige maatregelen van orde en beslist mogelijke geschillen over de uitlegging van Statuten en reglementen, indien zulks staande de vergadering oogenblikkelijk noodig is.

Begrooting.

Art. 20.

Ten laste der Begrooting wordt, behalve de bijdragen aan de kassen der afdeelingen, gebracht:

1e. de helft der algemeene kantoorkosten, die door de hoofdkas worden betaald, daaronder begrepen, bezoldiging van den adminietrateur en het personeel, kantoorhuur, zegels, en verdere kantoorbehoeften.

Hieronder behooren niet die kantoorkosten, die blijkens haar aard uitsluitend het Hoofdbestuur betreffen.

2e. Eene som voor geldelijke ondersteuning der afdeelingen voor bijzondere in ieder geval te omschrijven doeleinden.

Het Groepsbestuur beslist op iedere aanvrage zelfstandig, daarbij ook rekening houdende met den toestand der betrokken afdeelingskas.

3e. Eene som voor onvoorziene uitgaven.

Leden van het Hoofdbestuur.

Art. 21.

De Groepsvergadering benoemt zes leden in het Hoofdbestuur van het Verbond uit de leden in Nederland, zooveel mogelijk uit de verschillende staatkundige en kerkelijke partijen.

Telken jare treden twee leden af doch zijn herkiesbaar.

De rooster van aftreding wordt vastgesteld door de Groepsvergadering.

Het Groepsbestuur biedt voor elke openvallende plaats een voordracht van twee personen aan.

Raad van Bijstand.

Art. 22 (vgl. art. 8, 9, 10 en 11 oud.)

Er bestaat een Raad van Bijstand, welks leden worden benoemd door het Groepsbestuur.

De Voorzitter der Groep is tevens voorzitter van dezen Raad.

De Raad regelt zijn eigen aangelegenheden.

Hij is gerechtigd tot het doen van voorstellen aan het Groepsbestuur.

Afdeelingen.

Art. 23 (vgl. art. 12 oud.)

De leden van de Groep in dezelfde gemeente of in verschillende bij elkaar gelegen gemeenten kunnen zich vereenigen in eene Afdeeling.

De grenzen der Afdeeling worden bepaald door het Groepsbestuur na overleg met hen, die de Afdeeling willen oprichten.

Voor de oprichting en instandhouding eener Afdeeling is een aantal van 20 leden vereischt.

Art. 24 (vgl. art. 14 oud.)

De Afdeelingen bevorderen de belangen van het Verbond in den kring van haar gebied.

Zij geven het Groepsbestuur alle inlichtingen, gevraagd of ongevraagd en zenden aan de redactie van het orgaan van het Verbond zooveel doenlijk bericht over alles wat in haar omgeving met betrekking tot het streven van het A.N.V. voorvalt.

Art. 25 (vgl. art. 17 oud)

Aan de Afdeelingen wordt tot bestrijding harer uitgaven een gedeelte der bijdragen van de leden toegekend als volgt:

Van de eerste f 200 of minder ⅖, van de rest ⅕.

Art. 26 (vgl. art. 13, 15, 19, 21 oud.)

De Afdeelingen stellen voor zich zelf een reglement vast, dat de goedkeuring behoeft van het Groepsbestuur, evenals alle wijzigingen daarin. Gewaarmerkt afschrift van dit reglement, evenals van alle wijzigingen daarin worden door het Afdeelingsbestuur na goedkeuring door het Groepsbestuur aan dit bestuur toegezonden.

Dit reglement behoort onder meer bepalingen te bevatten omtrent:

1e. Zetel en grenzen der Afdeeling;

2e. Verdeeling en regeling der bestuurswerkzaamheden;

3e. Gewone jaarvergadering te houden in Februari, waarin te behandelen:

a.	jaarverslag van den Afd. Secretaris;
b.	rekening en verantwoording van den Afd. Penningmeester;
c.	benoeming van bestuursleden der Afdeeling;
d.	benoeming van afgevaardigden voor de Groepsvergadering;
e.	bespreking van de dagorde voor de Groepsvergadering.

4e. Gewone jaarvergadering te houden in December ter bespreking van de voorstellen der Afdeeling voor de eerstvolgende Groepsvergadering.

5e. Buitengewone Afdeelingsvergaderingen.

6e. De orde der Afdeelingsvergaderingen en de wijze van stemmen.

Art. 27 (vgl. art. 16 en 18 oud.)

De Afdeelingen zijn verplicht jaarlijks in Februari aan het Groepsbestuur te zenden:

a. gewaarmerkt afschrift van haar jaarverslag;

b. gewaarmerkt afschrift van hare rekening en verantwoording; deze behoeft de goedkeuring van het Groepsbestuur, dat het recht heeft de uitgaven te schrappen, die naar zijn oordeel niet in de rekening thuis behooren en er die uitgaven op te brengen die naar zijn meening ten onrechte zijn weggelaten, alles behoudens beroep op de Groepsvergadering.

c. eene ledenlijst der Afdeeling met opgave van adres en bijdrage van ieder lid.

Art. 28.

De Afdeelingen zijn verplicht het Groepsbestuur zonder vertraging nauwkeurig op de hoogte te houden van de veranderingen in hare ledenlijst, zoowel wat betreft de namen der leden als hunne adressen en bijdragen.

Art. 29.

De Afdeelingen zijn verplicht jaarlijks vóór 31 Maart aan den Groepspenningmeester toe te zenden de som van de bijdragen der leden over het loopende jaar volgens art. 25 aan de Groepskas verschuldigd.

De som der bijdragen hierboven bedoeld, betreft de leden, op 1 Januari te voren als zoodanig ingeschreven, en hen, die sedert dien datum tot de afrekening zijn toegetreden.

De Afdeelingen zijn verplicht aan het einde van iedere maand aan den Groepspenningmeester toe te zenden de som van de bijdragen der leden, aan de Groepskas verschuldigd, voor zoover zij sedert de vorige toezending tot het Verbond zijn toegetreden.

Art. 30.

De bijdragen van de leden tot eene Afdeeling behoorende, worden voor rekening der Afdeelingen geïnd door den Afdeelings-penningmeester.

Het Groepsbestuur heeft niettemin het recht deze inning aan zich te nemen, wanneer zij door de Afdeeling niet op zoodanige wijze geschiedt, dat de goede orde in de administratie van de Groep kan worden gehandhaafd, of wanneer de Afdeeling niet voldoet aan de in dit reglement genoemde verplichtingen. Deze maatregel kan niet worden genomen zonder uitdrukkelijke waarschuwing, waarbij de noodige tijd moet worden gelaten aan de Afdeeling om alsnog den toestand afdoende te regelen.

Wanneer het Groepsbestuur de inning der bijdragen zelf door middel van zijn Penningmeester op zich neemt, gaan de verplichtingen te dezer zake van de Afdeelingen volgens art. 29 over op den Groepspenningmeester, doch alleen voor het gedeelte der bijdragen, dat volgens art. 25 aan de Afdeelingen toekomt.

Art. 31. (Vgl. art. 14 oud.)

De Afdeelingen kunnen zich met verzoeken niet tot de Regeering wenden en evenmin tot andere deelen van het openbaar gezag dan alleen tot de besturen der gemeenten binnen hare grenzen, tenzij met voorafgaande goedkeuring van het Groepsbestuur.

Art. 32.

Bij opheffing eener Afdeeling wordt haar saldo in kas gestort in de Groepskas.

[p. 45]

Reglementsverandering.

Art. 33. (Vgl. art. 24 oud.)

Voor elke verandering in dit reglement is noodig, dat ten minste ¾ der stemmen in de Groepsvergadering zich daarvoor verklaart.

De voorstellen tot reglementswijziging worden minstens eene maand voor de Groepsvergadering aan de leden der Groep medegedeeld.

Beslechting van Geschillen.

Art. 34. (Vgl. art. 25 oud.)

Geschillen worden zonder hooger beroep aldus beslecht:

die tusschen Groepsvergadering en Groepsbestuur door het Hoofdbestuur van het Verbond;

die tusschen Groepsbestuur en Afdeelingen door de Groepsvergadering;

die tusschen Afdeelingen, alsmede die tusschen eene Afdeeling en haar Bestuur door het Groepsbestuur.

Overgangsbepalingen.

Art. 35.

Dit Reglement treedt in werking zoodra de gewijzigde statuten van het Verbond de koninklijke goedkeuring hebben verkregen.

Art. 36.

De reglementen der Afdeelingen worden binnen zes maanden na het in werking treden van dit reglement herzien.

VI.

Voorstellen der Afdeelingen:

Afdeeling Fivelingoo.

1^e In overweging wordt gegeven de meest bekende Nederlandsche en Vlaamsche liederen, oude en nieuwe, vanwege het Verbond, vierstemmig te doen uitgeven.

Toelichting: De liederen uit het boek van Coers zijn alle eenstemmig, dus ongeschikt voor zangvereenigingen. Indien het bestuur van groep A (in verbinding met B) kon besluiten een dergelijke uitgave te bewerkstelligen en deze voor matigen prijs voor zanggezelschappen verkrijgbaar stelde, zoude hierdoor naar onze bescheiden meening de verspreiding van het Nederlandsche lied zeer in de hand worden gewerkt. Bij de meeste zangvereenigingen is nu het Duitsch de hoofdschotel.

2^e Vanwege het Verbond te doen uitgeven boekjes, waarin in korte trekken de beginselen en 't nut van het Verbond worden omschreven en waarbij gevoegd wordt een aangifte tot lidmaatschap met vermelding van den naam van de voorstellers, alles in den trant van die bij den Algemeenen Nederlandschen Wielrijdersbond in gebruik.

Toelichting: Wanneer dit materiaal in ruime mate aan de leden wordt verstrekt, opdat deze ze weer in hunnen kring kunnen verspreiden, acht de Afdeeling het een der beste middelen om het ledental te vermeerderen.

3^e De bekende vloeibladen te doen neerleggen op de door het publiek gebruikte lessenaars van postkantoren, stations en andere openbare gebouwen.

Toelichting: De Afdeeling verwacht dat meerdere leden zich gaarne met de verspreiding en weeraanvulling van den voorraad vloeibladen op bovengenoemde plaatsen belasten zullen.

4^e Wordt de wensch geuit, dat het bestuur stappen doe om tot een regeling te komen, waarbij aan kleine, nog niet tot vollen groei gekomen afdeelingen ontheffing wordt gegeven van de bepaling dat 3/5 der bijdragen aan het Hoofdbestuur wordt afgedragen, òf dat aan deze afdeelingen van het Verbond geldelijke steun gegeven wordt.

Toelichting: De ervaring heeft geleerd dat kleine, pas opgerichte afdeelingen door den geldelijken nood in het begin niets kunnen verrichten om de beginselen in hun kring te verbreiden, wat des te meer jammer is, omdat naar hare meening juist in de afdeelingen een groote kracht voor die verspreiding schuilt.

Afdeeling 's-Gravenhage en Omstreken.

1e. Telken jare, te beginnen met 1904, zal de strijd tegen het onnoodig gebruik van vreemde talen en woorden in de groepsvergadering ter sprake worden gebracht, om daar in gemeen overleg ten aanzien van dien strijd een gedragslijn voor het volgende jaar vast te stellen.

2e. Vanwege de groep Nederland worde een prijsvraag uitgeschreven strekkende tot het doen samenstellen van een geschrift, dat antwoord geeft op de vraag: wat wil het Algemeen Nederlandsch Verbond? en een opwekking bevat om tot dat Verbond toe te treden.

3e. Vanwege de groep Nederland worde een prijsvraag uitgeschreven voor de beste teekening van een prent, die het streven van den Bond zinnebeeldig voorstelt.

4e. Het groepsbestuur trede in overleg met een Nederlandsche stoomboot-maatschappij betreffende het laten loopen van Nederlandsche stoomschepen naar en van Oost-Indië om de Kaap.

5e. Het groepsbestuur verzoeke aan de Nederlandsche spoorwegmaatschappijen zorg te dragen, dat voortaan de uitgave in het Nederlandsch van de Belgische spoorweggidsen in Noord-Nederland ten verkoop zal worden gesteld.

Afdeeling Haarlem en Omstreken.

1e. De Afdeeling Haarlem en Omstreken, ten volle overtuigd van de geheel onvoldoende bekendheid van streven en werken van het Algemeen Nederlandsch Verbond;

spreekt de wenschelijkheid uit, dat het Hoofdbestuur daaraan te gemoet komt door o.a. aan de Redacties van de bladen van verschillende richting te vragen, om een gedeelte van hun kolommen af te staan voor mededeelingen van het A.N.V. met den naam van het Verbond er boven:

wenscht de inrichting van die mededeelingen aan het Hoofdbestuur of den verantwoordelijken Redacteur over te laten;

maar hoopt in de eerste plaats op bekendmaking van de goedkoopere manier om tot het Verbond in betrekking te komen als buitengewoon lid;

en gaat over tot de orde van den dag.

2e. De Afdeeling Haarlem en Omstreken kennis genomen hebbende van de uitnoodiging door de firma de Bussy verspreid om deel te nemen aan de Industrieele Tentoonstelling te Kaapstad, te houden Nov. en Dec. 1904 en Jan. 1905, die blijkbaar een geheel Engelsch karakter schijnt te zullen hebben;

spreekt den wensch uit, dat het Hoofdbestuur daarom zooveel in zijn vermogen is zal bijdragen om de Nederlandsche industriëelen aan te sporen deel te nemen aan genoemde tentoonstelling

en gaat over tot de orde van den dag.

Studenten-Afdeeling Leiden.

1e. Het is wenschelijk, dat 't Hoofdbestuur jaarlijks lezingen en liederavonden ten behoeve der Afdeelingen voorbereidt.

De lezingen moeten dienen om de kennis van het Nederlandsch gebied te verbeteren en den vooruitgang der Nederlandsche beweging in 't afgeloopen jaar aan te toonen.

2e. Het is wenschelijk, dat het A.N.V. pogingen aanwendt om de toelating van vreemde studenten aan de Noordnederlandsche hoogescholen te vergemakkelijken, door 't aandringen op soortgelijke bepalingen als in Belgiê.

De Secretaris van Groep Nederland:

C. van Son.