voeren, welke hem ieder oogenblik in verrukking brengt; want zelfs in den drogen tijd - den tijd van bloemenschaarste - zijn reeds enkele weken voldoende om den aanblik van het landschap geheel te wijzigen. Iedere boom toch, iedere struik heeft ook zijn bepaalden tijd, waarop hij zijne bladeren laat vallen en jong frisch groen, nu eens naar het grijze, dan weêr naar het roode zweemende, terugkrijgt, zoodat het overheerschen van een bepaalde soort soms plotseling een nieuwen tint verwekt.
Doch het is niet slechts om de rijke bron van studie, die deze zelden door natuurvorschers betreden wildernissen den plantkundige opleveren, en om de edele, verheven genietingen van natuurschoon, die zij schenken, dat ik hier gaarne eenige regels aan het Surinaamsche oerwoud heb willen wijden.
Want, vraag ik, hoe weinigen in Nederland zullen belang leeren stellen in die donkere wildernissen van ons koloniaal bezit, als niet tevens kan getuigd worden, dat zij schatten verborgen houden, die eenmaal den Nederlandschen ondernemingsgeest ten goede zullen kunnen komen?
Is onze kolonie een der rijkste goudlanden, van niet minder belang zullen eenmaal de eindelooze wouden met hunne enorme verscheidenheid der meest waardevolle houtsoorten worden.
Zelfs de eenvoudige neger met zijn vaak helder oordeel begrijpt dit, wanneer hij de houtrijkdommen ‘het goud boven den grond’ noemt.
Zeker zal ook de ontginning dezer rijkdommen, evenals die van het goud met groote zakenkennis en na degelijk voorafgegaan terreinonderzoek moeten geschieden, want zoozeer loopt de verspreiding der verschillende boomsoorten uiteen, dat, waar van de eene soort talrijke stammen dicht bijeen voorkomen, van anderen slechts op groote afstanden exemplaren worden aangetroffen.
Hij echter, die deze wouden weken achtereen doorkruist heeft en die van de buitengewone eigenschappen van vele Surinaamsche houtsoorten heeft kennis genomen, zal overtuigd zijn, dat, niettegenstaande de moeilijkheden, aan de ontginning dezer bosschen verbonden, vele soorten op de houtmarkt zich eenmaal een blijvende plaats zullen weten te veroveren, wanneer zorg wordt gedragen, dat geen dure vracht meer voor waardeloos hout wordt betaald en wanneer zorgvuldig rekening wordt gehouden met de eischen der houtkoopers.
Een belangrijk kapitaal vertegenwoordigen in de tweede plaats de aanzienlijke opeenhoopingen van bolletrie-boomen, die in verband met de bodemgesteldheid zich in rijen van aanzienlijke lengte door de oerwouden uitstrekken en die de waardevolle balata opleveren - een zeer veerkrachtige gomsoort, waarvan de eigenschappen het midden houden tusschen de getah pertjah en de caoutchouc.
De groote kosten van hare inzameling wegens het gemis van bruikbare verkeerswegen en de bijna onoverkomelijke bezwaren aan een voldoend toezicht in de bosschen, ten einde het stroopen buiten het concessieterrein en het niet tappen volgens het voorschrift zooveel mogelijk te beperken, staan nu nog eene uitgebreide en verstandige exploitatie van dit product in den weg. Jammer genoeg, want reeds vele boomen zijn aan de vernielzucht der balatatappers ten offer gevallen.
De groote hoeveelheden van verschillende harssoorten - ik noem hier vooral de voor fijne vernisbereiding uitmuntende locushars, waarvan een aanzienlijke voorraad in den bodem onder zware locusboomen opgehoopt ligt -, de vele soorten van oliën - ik noem slechts de hoepelolie en de krapaolie -, het bittere kwassie-hout, als koorstwerend middel en als vervanger van hop bij de bierbereiding.... ik mag deze voortbrengselen als bijproducten van de Surinaamsche oerwouden in de laatste plaats noemen, toch mogen zij zeker wel worden medegerekend bij eene schatting van de toekomstige waarde dezer uitgestrekte terreinen.
Een groote beteekenis hebben, nevens de sluimerende goudrijkdommen, al deze producten van plantaardigen oorsprong verkregen, nu de Staat in het oosten der kolonie door spoorwegaanleg een begin gaat maken met de opening dezer ontoegankelijke wildernissen en den weg gaat banen voor eene op degelijke grondslagen ondernomen ontginning.
Nederland vindt voor zijne zonen in het verre westen nog een onmetelijk arbeidsveld, dat braak ligt.
Dr. H. van Cappelle.