Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Neerlandia. Jaargang 6

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2,23 MB)

Scans (29,30 MB)






Genre
non-fictie

Subgenre
tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Neerlandia. Jaargang 6

(1902)– [tijdschrift] Neerlandia

Vorige Volgende

Ingezonden

Geachte Redactie!

 

Tot verbazing van leden van het Propagandacomiteit van den Gentschen Tak van het Algemeen Nederl. Verbond behelsde het voorgaande nummer van Neerlandia een protest van dat Propagandacomiteit naar aanleiding van de slotzinsnede van het hoofdartikel in 't October-nummer.

Tot hunne verbazing: want op de 15 leden, waaruit dat Comiteit

[p. 145]

bestond, hebben er 5 - nadat bewust comité sedert maanden geen vergadering meer had - met mekaar een vergadering afgesproken, waar de Voorzitter het protest heeft voorgesteld, dat werd aangenomen ondanks het verweer van een der 5 tegen de onregelmatigheid der handelwijze. De overige leden werden zorgvuldig buiten de zaak gehouden.

Wat het protest betreft, gesteld, dat er aanleiding kón bestaan tot een terechtwijzing aan Neerlandia, toch wenschen we niet zich de meening te laten vestigen, dat de beschouwingen, waarmee dat protest gepaard gaat, onze instemming genieten, vooral niet die: dat (we) het hoogst zonderling en ook wel merkwaardig (zouden vinden), dat de broeders uit het Noorden zoo welwillend zullen zijn aan de Vlamingen hunne zeer hooggeschatte hulp enkel na aanvrage te verleenen en dit een zeer bizondere soort van broederlijkheid zouden achten.’

Dergelijke beschouwingen laten we dan ook niet uit onzen naam uitdrukken, omdat we volkomen overtuigd zijn, dat het Verbond ten gepasten tijde, op waardige wijze en naar vermogen, zijn steun zal brengen, waar de strijd om 't bestaan van onzen stam, dien noodig maakt.

De redactie mag dan ook alle vrees bannen: er zijn wel degelijk in 't Zuiden tal van mannen bereid om met die van 't Noorden samen te werken tot instandhouding en verbreiding van onze gemeenschappelijke taal; tal van mannen, die met waardeering opkijken tegen het mooie stuk arbeid ten bate van onzen stam door de bewindsmannen van het Verbond nu reeds verricht en waar tegenover een andere taal past dan de gewraakte.

Tot instandhouding van ‘de goede verstandhouding’ moest ons dit van het hart.

 

Gent, December 1902.

Met de meeste hoogachting

H. Meert.

 

Den ondergeteekenden leden van het Propagandacomit it verklaren niet uitgenoodigd te zijn geworden tot de vergadering waarin besloten werd protest aan Neerlandia te zenden.

 

Ik verklaar hetzelfde.

O. van Houwaert.

Karel van der Cruyssen.

A. van Waesberg.

Geachte Redactie!

Ik heb reden om mij een zinsnede uit uw Naschrift op het protest van het Propagandacomiteit van den Gentschen Tak van het A.N.V. aan te trekken: ‘Nu dit zoo is (dat Groep B zich officiëel zou aangesloten hebben bij het stelsel van prof. Mac Leod)... rijst de vraag of aan het Hoofdbestuur in Nederland dergelijke beslissing niet had moeten worden meegedeeld.’

Dat zou wijzen op plichtverzuim van mijnentwege. Nu moet ik verklaren, dat ik daaraan volkomen onschuldig ben, daar Groep B zich nooit formeel door eenige beslissing bij dat stelsel heeft aangesloten, wat de brief van het propagandacomiteit ook moge beweren.

Neerlandia, toen het orgaan nog te Gent verscheen, maakte het verslag van prof. Mac Leod in 3000 ex. bekend. Nadien heeft Groep B dit verslag nog eens in 12000 ex. laten drukken en heeft die verspreid. Het Propagandacomiteit heeft een aantal volksvergaderingen belegd, waar de vervlaamsching van de Gentsche Hoogeschool besproken werd. Het bestuur van Groep B in zijn vergadering van Dec. 1900 te Antwerpen - hier werden gehoord de heer Fredericq met zijn bezwaren tegen de oplossing van de Commissie, de heer Mac Leod met zijn verweer - beslist een som van 500 fr. te besteden aan de voortzetting van de propaganda voor de vervlaamsching van de Gentsche Hoogeschool ‘de quaestie voorbehouden zijnde op welke wijze die vervlaamsching zou geschieden.’

Op geene Algemeene Vergadering stond de quaestie van eenig bizonder stelsel tot vervlaamsching aan de orde en op geene Algemeene Vergadering heeft Groep B zich dus formeel bij eenige bepaalde oplossing aangesloten.

 

Gent, 8 December 1902.

Hoogachtend,

H. Meert.

Secretaris van Groep B.


Vorige Volgende

Over dit hoofdstuk/artikel

Hippoliet Meert

Karel van der Cruyssen

A. van Waesberg

O. van Houwaert


december 1902

8 december 1902