Neerlandia. Jaargang 6
(1902)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdBehoud der oude Hollandsche kerk te Colombo.Vermoedelijk omdat het Rijksarchief, naar aanleiding van genealogische onderzoekingen, een enkele maal met afstammelingen der oude Nederlandsche geslachten op Ceilon in briefwisseling was geweest, en dus daar een bekende instelling was, zond de kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente (Dutch Reformed Church) te Colombo ons, ter bekendmaking in Nederland, een oproep om hulp tot herstel en behoud van het beroemde bedehuis, de Wolvendaalsche kerk, zoo genoemd naar den heuvel waar het gebouw, dat boven de stad uitsteekt en van uit zee aanstonds de aandacht trekt, gelegen is. Gesticht in 1749, is dit statig hardsteenen gebouw, dat geheel den stempel draagt van een Nederlandsche protestantsche kerk uit dien tijd, tot op heden onafgebroken in gebruik geweest bij de nakomelingen der Nederlanders op Ceilon. Het bevat 1000 zitplaatsen, en is het eerbiedwaardigste gebouw van de geheele stad, dank zij de daarin voorkomende gràfmonumenten der Hollandsche gouverneurs en andere historische herinneringen. Krachtens de termen der capitulatie van 1796 kwam het onderhoud ten laste van het Engelsch bestuur als opvolger van onze Oost-Indische Compagnie, doch sedert de Disestablishment Act heeft de gemeente, die niet talrijk noch rijk is, er zelve voor te zorgen. Het behoud van het gebouw en van de daarin opgerichte monumenten vereischt thans een buitengewone herstelling, voornamelijk van het dak, van 13000 ropijen. Hiervan had de gemeente zelve, gesteund door giften o.a. van H.M. de Koningin, van den Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië, van Jhr. Mr. Schorer, vice-president van den Raad van State en eenige zijner vrienden, sinds November 1901 de grootste helft (8000 ropijen of ₤ 533.6.8) bijeengebracht. Nu blijft nog ₤ 333.6.8 te vinden. Het gouvernement van Ceilon, zich aan de zorg voor de conservatie van het belangrijkst historisch gedenkteeken van het eiland niet ten eenen male willende onttrekken, heeft aan den Wetgevenden Raad voorgesteld ₤ 200 subsidie te geven. Wordt dit aangenomen (hetgeen de kerkeraad echter als onzeker stelt) dan blijft nog ₤ 133.6.8 te vinden, die de gemeente zelf onmachtig is op te brengen. Zij wendt zich thans door onze bemiddeling tot Nederland. Na genomen informatie bleek het ons, dat de toestand der Nederlandsche kerkelijke fondsen geen bijdrage toelaat. Doch het is wellicht niet ondoenlijk de betrekkelijk geringe som uit particuliere bijdragen te vinden. Wij versterken daardoor den band met eene kolonie, die, ook blijkens de oprichting eener vereeniging tot beoefening van de Nederlandsche geschiedenis, ons nog niet vergeten is, en die onlangs aan onze krijgsgevangenen blijken heeft gegeven van belangstelling. Wij werken mede tot de instandhouding van een kloek monument van Hollands grootheid, een monument te kostbaarder, omdat in ons eigen | |
[pagina 124]
| |
Indië zoo uiterst weinig van Compagnie's gebouwen is overgebleven. Er bestaan onder ons ook nog geslachten waarvan een voorvader of betrekking in het bedreigde kerkgebouw rust. De volledige opsomming en beschrijving der tombes en grafsteenen vindt men in het ‘Lapidarium Zeylanicum’ van Leopold Ludovici (Colombo 1877). Ik noem hier de gouverneurs Lubbert Jan baron van Eek († 1 April 1765) en Mr. Iman Willem Falck († 6 Febr. 1785); verder Sibilla de Leeuw († 26 Juni 1662)Ga naar voetnoot1), Jacomina Rosegaarde, eerste huisvrouw van den bekenden Rijcklof van Goens († 3 Jan. 1667), den opperkoopman Joan van Vliet († 19 Aug. 1690), Abigail Ketelaer, weduwe van den opperkoopman Cornelis Strick († 28 Febr. 1709), Barbara Margarita Cadensky, huisvrouw van Adam van der Duyn († 31 Maart 1702), Susanna Margaretha van der Parra, huisvrouw van Daniël Schorer († 25 Sept. 1719), drie kinderen van Arnold Moll en Christina van Reede († 1719), Sara Maria Raket, huisvrouw van den opperkoopman Adriaan Moens († 2 April 1768), den opperkoopman Pieter Libert Schmidt († 4 Oct. 1768), Josina Jacoba van Wijnbergen, huisvrouw van Joannes Ferdinandus Crytsman († 19 Dec. 1736), Johannes Adriaan Overbeek († 16 Nov. 1733), Jacob Willem Balthazar van Imhoff, zoontje van den grooten van Imhoff († Dec. 1736), Anna Henrietta van Beaumont, ‘gemalin’ van den gouverneur Joan Gideon Loten († 10 Aug. 1755), Albert Anthoni Cornelis van der Brugghen († 30 Juli 1755), drie kinderen van den gouverneur Joan Schreuder († in 1759 en 1760), Petronella Adriana en Johannes Godefridus Moens († 1761), den pakhuismeester Gerard Reijnier de Cock († 22 April 1777), den predikant Henricus Philips († 19 Mei 1790) en zijn huisvrouw Susanna Scharff († 15 Juni 1781), Christina Elisabeth van Angelbeek, gemalin van den gouverneur Willem Jacob van de Graaff († 18 Juni 1792), den kolonel Paravicini di Capelli. Wellicht is er voor eenige landgenooten aanleiding, eene bijdrage voor het behoud van deze nationale herinnering af te zonderen, en daarmede het voorbeeld te volgen van onze Souvereine en van twee van de hoogst geplaatste Nederlanders. Het bestuur van den kerkeraad bestaat uit de heeren David Tweed, praeses, W.S. Christoffelsz, scriba (adres 20 Barnes Place, Colombo, Ceilon), en J.P. de Vos, thesaurier. Met het overmaken van bijdragen, die vóór 1 Dec. a.s. bij hem mochten inkomen, zal ondergeteekende zich gaarne belasten, na ze in dit blad te hebben verantwoord.
Rijksarchief, den Haag 25 Oct. 1902. Dr. H.T. Colenbrander. Adjunct-rijksarchivaris.
Wel schreef de heer Colenbrander dat een ongenoemde reeds den gevraagden geldelijken steun heeft verstrekt en dat daarom plaatsing van zijn artikel onnoodig is geworden - Neerlandia neemt het toch op omdat de geschiedkundige beteekenis dat verdient Het Orgaan van het A.N.V. kan en mag niet zijn een blad voor alleman, op stamgebied hoopt het ook voor later beteekenis te behouden. |
|