Fratsen.
Te Leeuwarden werd examen afgenomen voor Onderwrjzer. Opstel: Het verwaarloosde kind. Punt van bespreking o.a. preventieve en repressieve middelen. Ander opstel: Een tendenzroman. Punt: Is het werk van den auteur een letterkundig kunstwerk?
Het overweldigende van dit ‘punt’ daargelaten, het zou de moeite waard zijn heeren slachtoffers, laat ons maar zeggen heeren ondervragers ook, te polsen over de beteekenis dier volmaakt overbodige vreemde woorden, vooral van het laatste.
Zij allereerst moesten een schijn versmaden, die enkel hen zelf en hunne minderen verrukt, maar die anderen het treurige gebrek aan eerbied verraadt voor de taal zelf die zij de kinderen moeten leeren.
Zulk examenwerk is natuurlijk ontworpen, gezien en deugdelijk bevonden door hooge, hoogere en hoogste gezaghebbers op lageronderwijsgebied. Is er geen allerhoogste om zulke fratsen te stuiten?