[Vooroordelen (vervolg)]
stochtelijke frankiljons worden. Gaat het dan aan den Vlaamschgezinde, zoo maar dadelijk van onoprechtheid te beschuldigen!
En nu, om het maar alles te zeggen, zullen er ook wel Vlaamschgezinden zijn, die uit zwakheid van karakter, inconsequent met hun overtuiging handelen. Dat alles gebeurt. Maar zal men een gansche, edele Beweging tot heropwekking van een Volk, die geleid heeft en leidt tot niet onbelangrijke uitslagen, de schuld aanwrijven van de inconsequentie van enkelen en haar daarom zijn sympathie onthouden? Dat zal geen verstandig man doen en, beter ingelicht, zal hij zijn dwaling erkennen.
De Vlamen moeten in Gemeenteraad of Parlement de beschaafde algemeene taal verkiezen boven 't Fransch.
Maar dat wordt gedaan door de Vlaamschgezinden! Van Rijswijck en Coremans doen het in den Antwerpschen, Siffer en De Ceuleneer in den Gentschen, Bauwens in den Aalsterschen Gemeenteraad. Albert Fredericq en Pol De Mont hebben 't gedaan, zoolang ze leden geweest zijn van den Oostvlaamschen en den Antwerpschen provincieraad.
In tal van gemeenteraden wordt thans uitsluitend Nederlandsch gesproken; verschillende hebben uitdrukkelijk het Nederlandsch tot officiëele taal gekozen. Pastoor Daens heeft in Parlement, toen hij er in was, Nederlandsch gesproken; Boerken Van Brussel doet het thans; De Vriendt, de Vader van de gelijkheidswet, doet het systematisch; Coremans, een van de Vaders van de Taalwet op het onderwijs; Heuvelmans de vader van de Taalwet op de krijgsoefeningen van de Burgerwacht (schutterij), en anderen, doen het af en toe. Men kan van oordeel zijn, dat ze het niet genoeg doen en dat ze 't systematisch moesten doen - en wij deelen dat oordeel.
Doch Coremans is van meening dat de tijd, om het te doen, nog niet gekomen is; dat nog te weinig Walen Nederlandsch kennen en de parlementaire arbeid er onder lijden zou. Wij deelen die meening niet. Maar heeft men, om die houding van Coremans, het recht de Vlaamsche Beweging een fopperij te noemen?
En dan: de Vlamingen moesten de algemeene beschaafde taal tot omgangstaal gebruiken. Wel, hier kan ik den Heer Stellwagen verblijden met de mededeeling, dat tal van Vlamingen dat thans doen; dat beschaafd Nederlandsch in tal van kringen gebruikelijk wordt; de taal wordt van het jongere flamingantengeslacht, dat ‘op straat, op de wandeling, in openbare vergaderingen’ den moed heeft naar zijn beste vermogen beschaafd Nederlandsch te spreken.
Dat alles zijn uitslagen van de Vlaamsche Beweging. Het is er zeker verre van af, dat de vlaamschgezinden hun ideaal bereikt hebben. Maar dat ze eerlijk, trouw, met moed en volharding en ook met goeden uitslag naar naar de verwezenlijking van hun ideaal streven, ziedaar de reine waarheid. Hij die U anders inlichtte, waarde Heer Stellwagen, heeft Uw goede trouw verschalkt.