Het Gedenkteeken ter eere van Jan Frans Willems
We deelen in deze aflevering de afbeelding mede van het gedenkteeken ter eere van Jan Frans Willems, waarvan we vroeger reeds de beschrijving gaven (October 1898).
In zijn zitting van 14 December heeft de Gentsche Gemeenteraad met eenparigheid van stemmen een toelage van 7500 frank toegekend voor het gedenkteeken en met 34 stemmen tegen 3 toegestaan, dat het zou opgericht worden op het plein van den Nederlandschen schouwburg.
Het heeft wat moeite gekost om dien uitslag te bereiken! Nadat de jury eenparig het ontwerp had bekroond, dat zal uitgevoerd worden, werd haar uitspraak heftig bestreden in de Fransche pers. Haar bevoegdheid werd ontkend, het bekroonde ontwerp bespottelijk gemaakt. Doch het was hier geen gekrenkte kunstzin die sprak: het ontwerp was niet alleen een gedenkteeken opgericht ter nagedachtenis van Willems, het was vooral de verheerlijking van de Vlaamsche Beweging. Dat konden de franskiljons niet verkroppen. En nu volgde eene maanden lange polemiek in de dagbladen, smadend en venijnig, waarin ook heftig tegen de Vlaamsche Beweging te velde getrokken werd.
Wat vooral den toorn van de franskiljons ontstak, was dat de Vlaamschgezinden als plaats voor het gedenkteeken vroegen, eischten, het nu geschapen plein turschen St-Raafsplein en het Belfort, waarvan de nieuw opgerichte Vlaamsche Schouwburg den achtergrond vormt. Daar zou het staan als een teeken van de overwinning, op dat schoonste plein van Gent, dat zulke grootsche herinneringen oproept in den geest. Aan de eene zijde. de kathedraal, waar de
Aanbidding van het Lam Gods, dat meesterstuk van de middeleeuwsche Vlaamsche schilderkunst, bewaard wordt; aan de andere, dat Belfort, ket symbool van de gemeentevrijheden door onze vaderen bevochten. En vóór den
Vlaamschen Schouwburg zou het staan, een ander teeken van de overwinning, door de Vlaamschgezinden na jarenlangen strijd behaald! Dat konden de franskiljons niet verkroppen en ze bonden een sluwen strijd aan om het van die plaats verwijderd te houden. Nu is die lange, harde strijd beslist. De franskiljons zullen het zien oprichten op de plaats, die we eischten: daar zal het staan tot beschaming van hun bastaardij.
Wij mogen aan onze lezers de namen niet onthouden van hen die hun stem tegen de plaats uitbrachten: A. Dubois, ‘commissaire de l'Association flamande pour la vulgarisation de la langue française’, Martiny en De Muynck.
Nu deze verblijdende uitslag is bereikt, sporen we nog eens in 't bijzonder de vrienden van de Vlaamsche Zaak en in 't algemeen de vrienden van de Nederlandsche taal aan om door het storten van hun penning bij te dragen tot het oprichten van het gedenkteeken. Niet door ruime toelagen van Staat. stad en provincie, maar door de vele kleine bijdragen van allen die beseffen wat Willems voor zijn volk geweest is en wat hij gedaan heeft voor de handhaving en den bloei van onze taal in een van de deelen van ons taalgebied. De duizenden, die de onthulling in Augustus aanstaande zullen bijwonen, moeten kunnen zeggen: ‘Ik heb het mijne bijgedragen om de oprichting mogelijk te maken.’