48
Den Haag, 28 maart 1935
Het zal u interesseeren dat ik gisteren bij onze ontmoeting op Schiphol een vrij langdurig onderhoud had met Simon. Uit discretie had ik mij voorgenomen hem niets te vragen, maar sir John zeide mij dat hij behoefte had om eens te praten met iemand buiten zijn gezelschap die belang in zijn ervaringen stelde, en zoo zaten wij eenigen tijd samen op de toonbank van de verlaten douanezaal in het luchtvaartstation! In de eerste plaats zeide sir John mij, dat hij toch zoo dankbaar was dat hij zijn bezoek aan BerlijnGa naar voetnoot166, waartegen aanvankelijk ook bij zijn collega's eenige oppositie bestond, had doorgezet. Er was wel geenerlei afspraak gemaakt, wat trouwens ook niet in de bedoeling had gelegen, maar Hitler en hij hadden toch volop gelegenheid gehad de wederkeerige standpunten en inzichten uiteen te zetten, en dat was aan de onderlinge verhouding ten goede gekomen. Verder was sir John niet uitgepraat over den zeer bijzonderen indruk dien hij van den Führer had gekregen. Hij bleek een geheel andere persoonlijkheid te zijn dan Simon zich had voorgesteld. Zonder eenige dictatoriale allures als bijvoorbeeld in Mussolini zo hinderlijk kunnen zijn, verder oprecht en outspoken ‘a man of great conceptions’, meer een ziener en profeet dan een politicus of demagoog, een man staande onder de autosuggestie van een ‘missie’ te hebben om Duitschland te redden en de Europeesche cultuur te beveiligen tegen communisme. De ontwikkeling der verhoudingen in West-Europa interesseerden Hitler niet, maar voortdurend kwam hij terug op den ernst en de dreiging van het Russische gevaar. Dáárvoor
wilde hij de oogen van sir
John openen en toen bleek dat deze dat gevaar zijns inziens onderschatte, had hij Simon ernstig gewaarschuwd dat op den duur hij (Hitler) in het gelijk zou worden gesteld. Neurath noch een der andere aanwezigen had bij de besprekingen zijn mond opengedaan. De conversatie vond alleen plaats tusschen Simon en Hitler. Alleen Eden werd door Simon zoo nu en dan in het gesprek betrokken. Vooral als Hitler in zijn betoogen zich wat liet gaan, had sir John steeds den indruk van een visionnair. Over ons land was met geen woord gesproken. Sir John verwachtte dat er nog veel gepraat en onderhandeld zou moeten worden, dat daarmede nog wel maanden zouden heengaan, maar dat men ten slotte wel tot resultaten zou komen. Aan eenig acuut gevaar van de zijde van Duitschland geloofde sir John