Nederlandsch Museum. Tweede Reeks. Jaargang 2
(1885)– [tijdschrift] Nederlandsch Museum– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 73]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De statistiek der talen in België.Algemeene volkstellingen hebben in ons Vaderland plaats gegrepen in de jaren 1846, 1856, 1866, 1876 en 1880. De eerstkomende is op het jaar 1890 bepaald, de volgende op 1900, en zoo voort, alle tien jaren. De volkstelling van 1876 was eene telling in den engsten zin van het woord: men wilde slechts de juiste sterkte dei bevolking kennen om het getal der leden van den Senaat en van de Kamer der Volksvertegenwoordigers met dezelve in overeenstemming te brengen. Daarentegen geven ons de gewone tienjaarlijksche opnemingen zeer uitvoerige statistieken aangaande alle mogelijke punten van belang. Behalve inlichtingen betrekkelijk den stoffelijken toestand des lands, den handel, de nijverheid, den landbouw, vindt men er de inwoners gerangschikt volgens de woonplaats, het geslacht, den ouderdom, het beroep, de geboorteplaats, het genoten onderwijs, de gesprokene talen, enz., enz. Slechts, wat den godsdienst betreft, wordt er niets medegedeeld. Men heeft gedacht dat het met de grondwettelijke vrijheid van geweten niet zou strooken aan eenen burger naar zijne geloofsbelijdenis te vragen. Ik ben van meening dat men hier de nauwgezetheid ietwat ver heeft gedreven. Alle moge- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 74]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
lijke misbruiken zou men gemakkelijk vermeden hebben door het inlasschen in de tabellen van eene kolom voor de burgers, die hunne godsdienstige overtuiging niet wenschten kenbaar te maken en bijgevolg de vraag onbeantwoord lieten. Wat er van zij, het is alleen met de statistiek der gesprokene talen, dat wij ons nu onledig willen houden. Mededeelingen omtrent dat punt worden slechts in de volkstellingen van 1846, 1866 en 1880 gevonden. Ik heb reeds de reden opgegeven waarom er, in 1876, geene verklaringen diesaangaande werden gevraagd. Wat vreemder voorkomt, is dat men in 1856 de taal als een punt van zoo luttel belang beschouwde, dat men het de moeite niet waard dacht eene statistiek ervan op te stellen. En het vreemdste is dat de minister van Binnenlandsche Zaken, onder wiens bestuur de volkstelling plaats greep, geen ander was dan de Heer P. de Decker, een gekende vriend der Vlaamsche Beweging! De cijfers dezer drie volkstellingen zijn, althans grosso modo, nog al goed gekend. De nieuwsbladen immers hebben dezelve herhaaldelijk medegedeeld en het is niet om hier eene spijs op te disschen, die alleszins den naam van stale news zou verdienen, dat ik de lezers van het Nederlandsch Museum verzocht heb mij te willen volgen. Mijn plan is eenvoudig de uitslagen der volkstellingen aan eene vergelijkende studie te onderwerpen. De hoofdzaak voor onze Beweging is niet te weten hoeveel Belgen er gevonden worden, die onze taal spreken, maar wel of het Nederlandsch in de Vlaamsche gewesten, ja dan neen, veld verliest. Eene taal kan op twee manieren veld verliezen. Hare grenzen kunnen verplaatst worden, indien de inwoners van de streek, die aan het vreemde taalgebied paalt, allengs de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 75]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
taal van hunne buren aannemen. Voorbeelden van zulke verplaatsingen vindt men in meest alle landen, onder anderen in Fransch-Vlaanderen en in den vierhoek tusschen Boonen, St. Omaars, Kales en Grevelingen, waar meer dan eene gemeente, waar in de middeleeuwen Vlaamsch werd gesproken, nu geheel en al verfranscht is. Maar men begrijpt dat er op die wijze veel tijd noodig is om weinig grond te winnen. Het gevaar is intusschen van eenen gansch dringenden aard, wanneer over geheel het land zekere personen, ja zekere volksklassen de gewoonte aannemen zich, om welke redenen ook, van eene vreemde taal te bedienen. In iedere gemeente schiet alzoo de invloed van het buitenland vaste wortelen. In iedere gemeente is er een soort van brandpunt, dat natuurlijk op zijne omgeving min of meer krachtdadig werkt. Het land is als het ware met ontelbare olievlekjes bezaaid, vlekjes, die langzaam maar zeker groeien, en zich uitbreiden totdat zij met elkander in aanraking zullen komen en de gansche streek onder eene machtige olievlek begraven: dan zal het werk van denationalisatie voltrokken wezen. Er zijn landen, die aan zulk een gevaar bijzonder schijnen blootgesteld, omdat zij telken jare een groot getal vreemde uitwijkelingen ontvangen, welke zich over gansch de streek verspreiden. Doch, die uitwijkelingen zijn in den regel arm en onwetend, zonder macht noch invloed. Ook worden zij zonder moeite door de plaatselijke bevolking opgeslorpt en reeds bij hunne kinderen is er in den regel geen spoor van hunne vroegere nationaliteit te ontdekken. 't Is hetgeen men met de Duitsche uitgewekenen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika vaststelt, en ook met de Vlamingen in de omstreken van Rijsel, Luik, Bergen en Charleroi. Groot is het getal der Vlaamsche werklieden, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 76]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
die zich aldaar bij duizenden gaan vestigen. Welnu, wat gebeurt er? Die uitgewekene Vlamingen leeren min of meer het Fransch, hunne kinderen spreken nog beide talen, doch het Fransch bij voorkeur; het derde geslacht kent niets dan Fransch. Het feit is onwederlegbaar bewezen. Bedenkelijker wordt de toestand wanneer het de verlichte, de regeerende standen zijn, die de volkstaal verzaken en bijgevolg aan geheel het openbaar leven, aan het bestuur, aan het gerecht, ja aan het onderwijs een vreemd karakter geven. Als de grooten de taal van den minderen burger niet willen spreken, dan is dezc verplicht zich goed-of kwaadschiks de spraak van zijne meesters eigen te maken, wil hij niet als een vreemdeling in zijn eigen land behandeld worden. En het gevolg is bijna onvermijdelijk de denationalisatie, de verbastering van den ganschen volksstam. Dat lot was het lot van Ierland. Gedurende lange eeuwen bleef het eiland in twee ongelijke deelen gescheiden: het Keltisch grondgebied, verreweg het grootste, en the English Pale langs de oostkust. Beide deelen des lands hadden met elkander niets gemeens, behalve dat zij beiden den Koning van Engeland als nominalen opperheer huldigden; het eene was Keltisch, het andere Angelsaksisch, en de grenzen van beiden, door de gedurige oorlogen niet zelden tijdelijk verplaatst, bleven toch ten slotte ongeveer de zelfde. Het is eerst na de godsdienstige oorlogen der zestiende en der zeventiende eeuw dat er in den toestand van Ierland eene volslagen verandering werd gebracht. De macht van den Vorst, die zich vroeger ter nauwernood liet gevoelen, werd onweerstaanbaar en feitelijk grenzeloos. De oorspronkelijke bevolking, vreeselijk onderdrukt en stelselmatig tot den bedelstaf gebracht, werd onder het juk gehouden van eene landaristocratie, schier uitsluitend uit Engdsche en Schotsche | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 77]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
kolonisten samengesteld, wien men de verbeurdverklaarde goederen der Iersche eigenaars tegen eenen spotprijs of zelfs voor niets afstond. De Engelsche taal zwaaide onbelemmerd den staf, het Iersch werd niet alleen veracht, maar zelfs wettelijk verboden, en het gevolg van twee eeuwen van zulk een regiem was de practische uitroeiing van de volkstaal, welke tegenwoordig in het grootste gedeelte van het eiland zoo goed als niet gesproken wordt, terwijl, zelfs in hare laatste schuilplaats, in Connaught en in de aanpalende streken, het getal der Engelschsprekenden dat der Ieren overtreft en overigens er onder deze laatste zeer weinige gevonden worden, die niet tevens de taal der veroveraars machtig zijn. Of Ierland met de verengelschingzedelijk en stoffelijk heeft gewonnen is eene vraag, waarop de treurige geschiedenis der laatste negentig jaren afdoende antwoordt. Met hetzelfde lot worden de Vlaamsche gewesten van België bedreigd. Wel is waar hebben wij hier geen geweld te vreezen, geene systematische onteigening van den Vlaamschen stam ten voordeele van vreemde uitgewekenen, zelfs geen ambtelijk verbod van onze taal. Zulks belet echter niet dat bijna een tiende der natie uit eigen beweging tot den vijand is overgeloopen en, ongelukkig, het zijn juist degene, die de zoogenaamde beschaafde standen vormen, in het onbetwist bezit zijn van de openbare macht en door hun voorbeeld alleen den verderfelijksten invloed op het volk kunnen uitoefenen. Ook wat zien wij? Het bestuur, bepaaldelijk het hooger bestuur, is door en door Fransch. Wel is waar, sedert 1878, worden beide talen, wat de betrekkingen der ambtenaars met het publiek betreft, gebezigd, maar de inwendige taal van alle bestuurlijke lichamen is en blijft het Fransch. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 78]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Hetzelfde moet men vaststellen wat het gerecht aangaat. De hervormingen, door de wet van 1878 op bestuurlijk gebied verwezenlijkt, worden met geringe nauwgezetheid toegepast: met de uitvoering der taalwet van 1875 door de rechtbanken wordt nog ruiterlijker omgesprongen. Het hooger en het middelbaar onderwijs zijn volstrekt verfranscht. De wet van 1885, die eenige verbeteringen van belang tot stand zou brengen, is eene doode letter gebleven. Pogingen om zelfs de lagere scholen te verfranschen behooren geenszins lot de zeldzaamheden en hebben in enkele steden en zelfs in eenige buitengemeenten onze taal met eenen spoedigen ondergang bedreigdGa naar voetnoot(1). En buiten het officiëel leven is ook, wat de hoogere standen betreft, de invloed van de Fransche taal gansch overwegend. Het Fransch is niet alleen de éénige taal van de salons, van de groote wereld, van die kringen, welke op de burgerij en zelfs op het volk door de macht van het voorbeeld zoo krachtig werken; het is ook de taal, waarin de meesten hunne zaken behandelen, de algemeene omgangstaal van hen, die zich boven de laagste treden van de maatschappelijke ladder hebben verheven. Het is meestal in het Franschdat de koophandelaar en de fabriekant hunne boeken houden, hunne briefwisseling voeren; het is in het Fransch dat de advocaat, de notaris, de geneesheer, al zijn zij | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 79]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
verplicht dikwijls met hunne kliënten de landtaal te gebruiken, hunne studiën doen en de hun toevertrouwde gevallen onderzoeken. Er is meer. In bijna alle burgerhuisgezinnen, namelijk in degene, die tot den gegoeden stand behooren, heeft het Vlaamsch opgehouden de moedertaal te wezen, 't is te zeggen de eerste taal, welke de moeder aan hare kinderen leert, de taal die in den familiekring rond den haard wordt gesproken. Wij herinneren ons allen dat Grootvader en Grootmoeder, al hadden zij het Fransch aangeleerd, toch met elkaar bijna altijd Vlaamsch spraken en hun Fransch als een soort van zondagskleed beschouwden, dat slechts buitenshuis en op plechtige gelegenheden werd gedragen. Wij weten ook dat Vader en Moeder beide talen even gemakkelijk spraken, het Vlaamsch met hunne ouders, het Fransch met ons. En wij - we kennen nog het Vlaamsch, dat wij zonder er op te letten van onze dienstboden hebben geleerd en misschien ook, indien wij Vlaamschgezinde gevoelens bezitten, op school en door eigen studie beter hebben leeren spreken, maar onze taal, de taal waarin wij denken, de taal, die wij in onzen dagelijkschen omgang met onze broeders en zusters, met onze vrienden en kennissen bezigen, die taal is het Fransch. Hoe bedroevend het feit ook moge heeten, het is een feit dat er tegenwoordig in Vlaamsch-België twee moedertalen bestaan: het Nederlandsch, de taal van de groote, onontwikkelde, onmachtige meerderheid, en het Fransch, de taal van de kleine, beschaafde, alvermogende minderheid. Wie bij ons tot de gegoede standen behoort wordt negen-en-negentig maal op honderd uitsluitend in het Fransch opgebracht. Het Fransch is dus feitelijk zijne moedertaal en het | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 80]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vlaamsch, dat hij spreekt, is voor hem eene aangeleerde taal. En van die aangeleerde taal kennen de meesten weinig meer dan de plaatselijke straattaal, natuurlijk en onvermijdelijk gevolg van de onvaderlandsche inrichting van het openbaar onderwijs. Wie voor moeite en inspanning niet terugdeinst kan zich het beschaafd Nederlandsch - evenals Engelsch of Duitsch en op dezelfde wijze - eigen maken. Van daar het gekend feit dat de meest overtuigde Flaminganten, mannen die onze taal grondig kennen en keurig spreken, zich te huis en met hunne vrienden onwillekeurig van het Fransch bedienen. Waarom? Omdat, dank aan hunne opvoeding, het Fransch hunne wezenlijke moedertaal is, de taal welke zij als kinders op den schoot van hunne moeder hebben leeren stamelen, de taal die zij, vóór alle anderen, hebben gesproken, de taal bij middel waarvan zij het onderwijs, van in de speelschool tot op de banken der Universiteit, hebben ontvangen, die zij bij het uitoefenen van hun beroep, bij het vervullen van hunne ambtsbezigheden dagelijks moeten gebruiken, de taal in een woord waarin zij gewoon zijn te denkenGa naar voetnoot(1). Dat alles is natuurlijk zeer betreurenswaardig, doch de toestand zal geene ernstige gevaren opleveren, zoolang de upper crust, al verkiest zij voor haar eigen gebruik eene andere taal, toch de volkstaal genoegzaam machtig blijft om dezelve in hare betrekkingen met de lagere standen te bezigen. Doch juist dààr ligt de knoop. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 81]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wij hebben het Vlaamsch - of, nauwkeuriger, het Gentsch, het Brugsch, het Antwerpsen.... geleerd, omdat wij Vlaamsche dienstboden hadden en overigens niet zelden die taal in den mond van onze ouders hoorden klinken. Maar onze kinderen? Tehuis en met ons spreken zij niets dan Fransch, met de kindermeid insgelijks, want wie verachterd genoeg blijkt te zijn om er geene Duitsche of Engelsche nurse op na te houden, zal toch zorg dragen dat zijne knechten en meiden Fransch spreken. Hoe anders zouden zij, als zij de straatdeur opendoen, de bezoekers te woord staan? En aangezien Vlaamsche dienstboden gewoonlijk eene slechte Fransche uitspraak hebben, geeft men dikwijls de voorkeur aan Walen en Walinnen, in welk geval de kinders geen woord Vlaamsch kennen als zij naar school worden gezonden. Het is dus op de school, dat alles berust; het is de school, die alles moet redden; het is de school, die aan dezen het Nederlandsch ab ovo moet leeren, aan genen iets beters dan de door hen gestamelde straattaal. Voldoet ons onderwijs aan die dringende behoefte? Ongelukkig genoeg, neen. En het is daarom ook dat de Vlaamschgezinden de herinrichting ervan in eenen vader-landschen zin, bepaaldelijk van de gestichten van middelbaar en hooger onderwijs, de eenige welke door kinders uit de gegoede standen worden bezocht, als hun delenda Carthago dienen uit te roepen, want het geldt hier voor onze zaak eene vraag van leven of dood.
Laat ons intusschen tot het onderwerp der tegenwoordigc studie terugkeeren. Wij weten dat, wat de gesprokene talen betreft, er reeds drie algemeene volkstellingen in België plaats grepen, in de jaren 1846, 1866 en 1880. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 82]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De eerste, die van 1846, kan ongelukkig tot geenen grondslag dienen voor eene vergelijking met de twee volgende, daar men bij het opnemen der inwoners geheel anders te werk ging. In stede immers van zorgvuldig aan te stippen welke taal of welke talen ieder inwoner sprak, vergenoegde men zich met aan de ingezetenen te vragen van welke taal zij zich gewoonlijk bedienden. Het springt in het oog dat zulk eene onbepaalde vraag de deur openliet voor alle mogelijke vergissingen en verkeerde opvattingen. Daarbij leverde zij een groot gebrek op, namelijk dat men geenszins werd ingelicht aangaande het getal van hen, die buiten hunne moedertaal nog eene andere landtaal spreken. En bepaaldelijk voor Vlaamsch-België is dit een punt van overwegend belang. Ook, in 1866, volgde men andere regels. De bevolking werd verdeeld als volgt:
In 1880 nam men dezelfde rangschikking aan, mits de volgende wijzigingen. Van de doofstommen werd geene afzonderlijke rekening meer gehouden, aangezien, al spreken zij niet, zij zich toch in deze of in gene taal uitdrukken kunnen en dus bij hen, die zich van die taal bedienen, moeten gevoegd worden. Daarentegen werden de kinderen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 83]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
beneden den ouderdom van twee jaar, welke men, in 1866, wat de taal aangaat, in dezelfde afdeeling als hunne ouders had geplaatst, met volle recht nu als niet sprekende beschouwd en bijgevolg van het gezamenlijk getal der inwoners afgetrokken. Die wijziging belet in het geheel niet dat de uitslagen der twee laatste volkstellingen gemakkelijk met elkander kunnen vergeleken worden. Evenwel moet ik, met het oog op de volkstelling van 1880, hier met leedwezen vaststellen dat men bij het verzamelen en het rangschikken der ingekomene inlichtingen eene betreurenswaardige slordigheid aan den dag heeft gelegd. Het valt niet in mijn bestek hier te onderzoeken of er nog elders dergelijke fouten bestaan, maar het gedeelte van het lijvig boekdeel, door het Ministeric van Binnenlandsche Zaken onlangs in het licht gezonden, waarin de statistiek der talen wordt opgegeven, krielt van grove dwalingen, waarvan velen zoo zeer in het oog vallen, dat men zich afvraagt hoe het mogelijk is dat zij aan de aandacht van de ambtenaars, met het verzorgen der uitgave gelast, hebben ontsnapt. Zoo zien wij in het arrondissement Brussel de twee door en door Vlaamsche gemeenten Borcht-Lombeek en Zellik, beiden ver van de taalgrens in 't hart van de Vlaamsch-sprekende streek gelegen, aangegeven als zijnde bijna uitsluitend Waalsch Men verdeelt de inwoners ervan als volgt.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 84]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De statistiek van 1866 had andere uitslagen gegeven:
Het is blijkbaar dat een nalatige kopist bij misgreep het getal der Vlaamschsprekende Lombeekenaars en Zellikers in de kolom van hen, die enkel Fransch kennen, heeft aangeteekend. Hetzelfde kan men zeggen van de Vlaamsche gemeente St. Pleters-Kapelle bij Edingen in het Noorden van Henegouwen. In 1866 vond men daar:
En in 1880 zouden die getallen geworden zijn:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 85]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Men ziet dat men weeral hier de Vlamingen met de Walen en vice-versa heeft verwardGa naar voetnoot(1). In Limburg, vervolg van dezelfde dwalingen. De gemeenten Linkhout, Guikhoven, Henis, Rijkel en Uikhoven leverden in 1866 de volgende statistiek op:
In 1880, radicale verandering! Voor dezelfde gemeenten luiden de uitslagen:
Bij het eerste zicht zou men allicht denken dat die vijf gemeenten in den loop van nauwelijks 14 jaren zoozeer werden verfranscht, dat men er zelfs, om zoo te zeggen, niemand meer vindt die Vlaamsch spreekt, hetgeen tot het besluit leidt dat zij, die in 1866 daar woonden, of dood of verhuisd zijn, of wel eendrachtig hunne moedertaal hebben vergeten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 86]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De waarheid echter is dat zij die opgegeven worden als enkel Franschsprekenden eenvoudig degene zijn, die niets dan Vlaamsch kennen en dat, wat Guikhoven en Uikhoven betreft, de tweetalige ingezetenen bij misgreep onder de Duitschsprekenden worden gerangschikt. Zeer verdacht komen mij ook de voor Bilsen aangegeven cijfers voor. Indien men dezelfde aanneemt heeft aldaar een ommekeer plaats gegrepen, waarvan men in België te vergeefs een tweede voorbeeld zou zoeken. Eene vergelijking der uitslagen van de twee volkstellingen zal zulks helder doen uitschijnen.
Bilsen is een klein stedeken benoorden van Tongeren gelegen en dat zeer snel vervallen moet, vermits de bevolking, welke in 1866 tor 3556 inwoners beliep, in 1880 slechts 2416 zielen bedraagt. Er is dus eene vermindering van ongeveer 25% in veertien jaren. Waaruit men natuurlijk de gevolgtrekking afleidt dat vele Bilsenaars hunne geboorteplaats verlaten, terwijl uit elders weinige personen zich aldaar komen vestigen. En inderdaad heeft men in 1880 te Bilsen vastgesteld dat 2181 personen in de gemeente zelve waren geboren, 216 in eene andere gemeente van België en slechts 19 in het buitenland. Welnu, onder zulke omstandigheden, is het niet zonderling dat de te Bilsen gebleven Bilsenaars zich op eens allen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 87]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
op de studie der talen met zulken ijver zouden hebben toegelegd, dat het getal van hen, die Fransch en Vlaamsch spreken, in eenige jaren van 243 tot 1034 klom; dat van hen, die Vlaamsch en Duitsch kennen, van 3 tot 236, en dat van degene, die de drie talen machtig zijn, van 10 tot 384? Dit laatste cijfer vooral is merkwaardig, als men denkt dat de kennis der drie talen in den regel slechts bij hen wordt aangetroffen, die hunne middelbare studiën met bijzonder goede vrucht hebben gedaan en dat men er in gansch het land slechts 13410 vindt, dus één op 411 inwoners. Te Bilsen zou de verhouding één op 6 zijn!! Men ziet het genoeg: de voor Bilsen aangegeven cijfers zijn letterlijk uit de lucht gegrepen. Van dezelfde gehalte zijn de mededeelingen omtrent den toestand der talen in de stad St-Truiden. Wie zou ooit gedacht hebben dat die stille plaats in de laatste jaren hare Vlaamschsprekende bevolking bijna geheel heeft zien verdwijnen en daarentegen de zetel is geworden van twee talrijke koloniën, eene Waalsche en eene Duitsche, die met elkander en met de Vlaamsche inwoners bitter weinig betrekkingen moeten onderhouden, gezien het zeer gering getal van hen die twee of drie talen spreken!! Volgens de officiëele (!) cijfers der volkstelling van 1880 spreken te St Truiden
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 88]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wat een verschil met 1866! Toen spraken er
't Is klaar, onder de beambten die zich in Limburg met de volkstelling onledig hielden, zijn er eenigen, die hunne taak wisten te vergemakkelijken door maar de kolommen der aangiften met de eerste getallen de beste te vullen. Het vreemde intusschen is dat men in de bureelen van het ministerie van Binnenlandsche Zaken de grap niet spoedig heeft ontdekt, Men heeft nochtans vîer jaren gehad om het werk te herzien en te schikken, want het is eerst tegen het einde van 1884 dat de uitslagen van de volkstelling van 1880 door het bevoegd ministerie in het licht werden gezonden. Wat er van zij, de oorzaak van de verwarring ligt waarschijnlijk in het feit dat de Limburgers hunne taal noch Vlaamsch, noch Nederlandsch heeten, maar wel Dietsch of zelfs Duitsch. Vandaar de omstandigheid, dat velen, bepaaldelijk de onontwikkelden, in de opgave van de door hen gesprokene taal het woord Duitsch hebben gebezigd. Maar de ambtenaar met het verzamelen der briefjes gelast, diende beter op de hoogte van zijn werk te zijn en hadde de ongeletterde verklaarders moeten terechtwijzen, instede van hunne antwoorden werktuigelijk en zonder nazien op te nemen. Onder die omstandigheden kan men gerust aannemen dat het echte getal van de Vlaamschsprekende bevolking van St-Truiden al degene bevat die onder de | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 89]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Duitschsprekenden bij misslag worden gerangschikt. Van den anderen kant is het wis en zeker dat er te St-Truiden geene 5410 personen zijn (de helft der bevolking), die niets dan Fransch zouden spreken. Er heeft hier weeral een chassez-croisé van cijfers plaats gegrepen. De nauwkeurige getallen zijn volgens alle waarschijnlijkheid:
De ongelooflijke kemels, die ik zooeven aanstipte, zijn allen, men heeft het kunnen opmerken, ten nadeele der Vlamingen uitgevallen, wier getalsterkte hierdoor gansch willekeurig om eenige duizenden werd verminderd. Maar ook elders treft men paarlen aan van gelijke waarde, b.v. in het Duitschsprekende gedeelte van Luxemburg, te Athus, waar men onder de rubriek enkel Vlaamsch sprekenden 314 personen rangschikt, die stellig onder de enkel Duitsch sprekenden te huis behooren. Eindelijk meen ik eenige voorbehoudingen te moeten maken aangaande de opgaven betrekkelijk den toestand der talen te Amegijs (Amougies) en Rozenaken (Russeignies). Die twee gemeenten, aan de uiterste zuidergrens van Oost-Vlaanderen gelegen, waren nog in 1866 geheel Waalsch, getuigen de volgende cijfers. Te Amegijs spraken 635 inwoners niets dan Fransch, 14 niets dan Vlaamsch en 78 beide talen, te Rozenaken, 591 niets dan Fransch, 103 niets dan Vlaamsch en 41 beide talen. Welnu, men wil ons diets maken dat, in 1880, in dat- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 90]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zelfde Amegijs slechts 21 personen niets dan Fransch spraken, 581 niets dan Vlaamsch en 170 beide talen, terwijl men te Rozenaken geenen enkelen persoon aantreft, die geen Vlaamsch kent, slechts 18 die geen Fransch spreken en 604, welke beide talen machtig zijn. De overdrijving is tastbaar. Het is een feit dat, in die twee gemeenten sedert eenige jaren de Nederlandsche taal veel veld heeft gewonnen en dat zij tegenwoordig ongetwijfeld als gemengd mogen beschouwd wordenGa naar voetnoot(1). Maar er kan nog geene spraak wezen van uitslagen zooals degene welke men ons opdischt. Ik herhaal het, 't is betreurenswaardig dat een werk, waaraan men het onbeperklste vertrouwen zou moeten schenken, vermits het van's Lands Regeering uitgaat, een werk, welks kosten tot ruim een millioen beloopen, door zulke onvergeeflijke vlekken wordt ontsierd. Wel is waar is het voor hem, die eenigszins op de hoogte is der toestanden en zich de moeite geeft de zaak van naderbij te onderzoeken, niet bijzonder moeilijk de meeste der verkeerde opgaven te verbeteren; maar die taak hadde men liefst aan den lezer moeten sparen. Intusschen heb ik, wat de tegenwoordige studie betreft, volgens door mij genomene inlichtingen de valsche cijfers, waar het kon, door de echte vervangen. Het verschil is | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 91]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
overigens ten slotte zeer onbeduidend: een paar duizenden meer of min, wanneer het millioenen geldt, is van weinig belang en kan de uitslagen niet wezenlijk wijzigen.
Het eerste punt dat wij moeten behandelen, is de vraag of sedert 1866 de taalgrens tusschen Vlaamsch en Waalsch werd verplaatst, anders gezegd of er grensgemeenten zijn, wier inwoners nu eene andere taal dan voór veertien jaar spreken. Gemakshalve zullen wij ieder bestuurlijk arrondissement afzonderlijk beschouwen. Arrondissement Ieperen. Het grensgebied, 't is te zeggen de overgangstreek, waar beide talen in gebruik zijn, bevatte in 1866 acht gemeenten. In vier dier gemeenten, te weten Waasten, Ploegsteert, Komen en Houthem, was het Waalsche bestanddeel der bevolking overwegend; in de vier anderen, Nieuwerkerke, Zandvoorde, Meesen en Wervik, sprak de meerderheid Vlaamsch. In 1880 blijkt de toestand dezelfde gebleven te zijn, doch met dit belangrijk verschil dat het Vlaamsch overal veld heeft gewonnen, behalve te Ploegsteert en te Wervik, terwijl het getal der tweetaligen in al die gemeenten, Meesen, Houthem en Zandvoorde uitgezonderd, verbazend toenam. De volgende tafel kan eene gedachte van den toestand geven:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 92]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Arrondissement Kortrijk. Gemengd waren in 1866 de negen volgende gemeenten: Herseaux, Lowingen, Dottingen, Espierres, Moescroen, Rekhem, Helkijn, Rolleghem en St. Denijs. De drie laatsten waren in meerderheid Vlaamsch, de anderen in meerderheid Waalsch. Sindsdien blijkt het Vlaamsch groote vorderingen in die streken te hebben gedaan. Behalve te Dottingen en te Herseaux, waar de toestand omtrent dezelfde is gebleven, heeft overal onze taal veld gewonnen. Het is waar, het zijn vooral de tweetaligen, wier getal beduidend heeft toegenomenGa naar voetnoot(1). Hier zijn overigens de vergeleken getallen:
Men ziet dat Rekhem, dat vroeger tot het Waalsche taalgebied behoorde, nu in meerderheid Vlaamsch is geworden, terwijl het getal der Vlaamschsprekenden te Lowingen en te Moescroen meer dan verdubbelde. Arrondissement Oudenaarde. De vergeleken uitslagen der twee volkstellingen getuigen van eenen machtigen voortgang | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 93]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van onze taal, bepaaldelijk te Amegijs en te Rozenaken, maar ik heb reeds doen opmerken dat men dien voortgang stellig heeft overdreven. Hoe het zij, ziehier de cijfers:
Arrondissement Brussel. De stad Brussel en hare voorgeborchten, welke afzonderlijk dienen beschouwd te worden, daargelaten, bevat het arrondissement slechts twee gemeenten, die niet door en door Vlaamsch zijn. Die gemeenten zijn Bierk-bij-Halle en St. Renelde. Beiden waren in 1866 bijna uitsluitend Waalsch, en zij zijn het gebleven: te Bierk schijnt onze taal eenigszins gewonnen te hebben; te St. Renelde daarentegen is de achteruitgang blijkbaar, ofschoon men ook hier moet aannemen dat er, ofwel in 1866 ofwel in 1880, eene misgreep werd begaan wat het getal der twee-taligen aangaat: eene vermindering van ongeveer 1000% in den tijd van veertien jaar is al te onwaarschijnlijk.
Arrondissement Loven. Even weinig als in het arrondissement Brussel vindt men hier eene gemengde streek gelijk in Oost- en West-Vlaanderen. De taalgrens is zeer scherp afgeteekend en de eenige gemeente, die het voorkomen heeft alsof zij tegelijk door Walen en Vlamingen werd bewoond, is samengesteld uit drie verschillige dorpen: Zittaart, Lummen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 94]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
en Oudgaarden, waaronder het laatste alleen Vlaamsch is. Maar het arrondissement bevat drie Waalsche gemeenten, welke koning Willem, als hij Brabant met het oog op de talen verdeelde, zeker bij misslag vergeten heeft, namelijk Sluizen, Neerheilishem en Opheilishem.
Arrondissement Hasselt. Er is maar ééne Waalsche gemeente, Kruisworm (Corswarem), waar onze taal gestadig veld verliest.
Arrondissement Tongeren. In het arrondissement zijn er zes Waalsche gemeenten, Bitsingen, Eben-Emaal, Herstappe, Ternaaien, Otringen en Wonk, alsook twee gemengde plaatsen, waarvan eene, Rukkelingen, in meerderheid Waalsch, en de andere, Sluizen, in meerderheid Vlaamsch is. Geene veranderingen van belang hebben in de verhouding der twee talen plaats gegrepen.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 95]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ook in de Waalsche gewesten zijn er eenige arrondissementen, die aan de Vlaamschsprekende streek palen en waar men nog een klein getal Vlaamsche of gemengde gemeenten vindt. Het zijn de arrondissementen Ath, Zinik (Soignies), Borchworm, Luik en Verviers. Arrondissement Ath. Hier dringt Henegouwen als een wig in de provincie Oostvlaanderen tusschen Ronse en Geeraardsbergen. Het alzoo gevormde schiereiland behoort tot het Vlaamsche taalgebied: het bevat de gemeente Everbeke en eenige gehuchten der groote gemeenten Elzele en Vloersbergen. Te Everbeke, waar, zoo wij goed ingelicht zijn, het Fransch de schooltaal is, is in den korten tijd van veertien jaar het getal van hen, die beide talen spreken, van 167 tot 1878 gestegen, en heeft reeds het cijfer overtroffen van degene, welke slechts hunne moedertaal kennen. Die uitslag, gesteld de opgave nauwkeurig zij - en hier komt een greintje scepticisme te pas, - is bijzonder merkwaardig en leerrijk.
Arrondissement Zinik. Dit arrondissement bevat zeven Vlaamsche of gemengde gemeenten, de stad Edingen daaronder begrepenGa naar voetnoot(1). In 1866 had het Vlaamsch den voorrang te Bever, Edingen en St Pieterskapelle; het Fransch, te | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 96]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AkkerenGa naar voetnoot(1), Gooik, Mark-bij-Edingen en Luttelingen. De opgaven van 1880 verschillen weinig van de vorigen, behalve wat de gemeente St. Pieterskapelle aangaat, die nu als bijna uitsluitend Waalsch wordt aangestipt. Het blijkt echter uit genomene inlichtingen dat, zooals wij het reeds gezien hebben, het cijfer der Vlaamschsprekenden in de kolom der Franschsprekenden, en wederkeerig, werd geplaatst.
Arrondissement Borchworm. Een der kantonsvan dit arrondissement, het kanton Landen, is insgelijks een soort van voorgebergte, dat Brabant van Limburg scheidt en tamelijk ver in het Vlaamsche taalgebied dringt. Geheel de noordelijke helft ervan, 15 gemeenten op 25, is ook zoo goed als uitsluitend Vlaamsch. In enkele gemeenten is het getal van hen, die tevens het Fransch machtig zijn, nog al beduidend, maar over 't algemeen mag men zeggen dat in die streek onze taal hare stelling zegevierend blijft behouden. Bij de 15 Vlaamsche gemeenten van het kanton Landen dient men nog de gemeente Roost (Rosoux) te voegen, waar beide talen bijna in evenwicht staan, doch, tot nu toe, het | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 97]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vlaamsch nog steeds door de meerderheid der inwoners wordt gesproken. De volgende cijfers bewijzen hoe onbelangrijk de veranderingen zijn, welke aldaar sedert 1866 hebben plaatsgegrepen.
Arrondissement Luik. De talrijke Vlamingen, die te Luik zelf en in de omstreken wonen, uitgezonderd, bevat het arrondissement slechts twee Vlaamsche gemeenten, 's Graven Voeren en Mouland, beide aan de grens van Hollandsch Limburg gelegen. Tusschen de cijfers van 1866 en die van 1880 is er weinig verschil: te's Graven Voeren beeft het Fransch ietwat gewonnen en te Mouland, nagenoeg in dezelfde verhouding, veld verloren.
Arrondissement Verviers. De noordoostelijke hoek van het | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
arrondissement Verviers behoort niet tot het gebied van het Waalsch. Buiten Aubel, Balen, Bilstain, Clermont, Hendriks Kapelle, Limburg en Montzen, die gemengd zijn, spreken er negen gemeenten of Vlaamsch of Duitsch. Uiterst moeilijk is het daar eene scherpe grens tusschen Vlaamsch en Duitsch te trekken, daar de Limburgsche tongval en het Akensch Duitsch zeer sterk op elkander gelijken. Nochtans mag men zeggen dat St. Martens Voeren, St. Pieters Voeren, Homburg, Remersdaal en Teuven Vlaamsch zijn: Gemmenik, Membach et Moresnet, Duitsch; Aubel, Bilstain en Clermont, meer Waalsch dan Vlaamsch; Limburg, meer Waalsch dan Duitsch; Balen en Welkenraad, meer Duitsch dan Waalsch; Sippenaken, meer Duitsch dan Vlaamsch; Hendriks Kapelle, meer Duitsch dan Waalsch of Vlaamsch; Montzen, meer Duitsch dan Vlaamsch of Waalsch. Opmerkenswaardig is het dat verscheidene dier gemeenten waar nu het Duitsch heerscht, bepaaldelijk Gemmenik, Montzen, Sippenaken enz., voor nauwelijks tachtig jaren nog geheel en gansch Vlaamsch waren. De oorzaak hiervan is de invoering na 1830 van het Duitsch als school- en bestuurtaal. Het Limburgsch immers is een overgangsdialect en niets bleek gemakkelijker dan die bevolkingen te verduitschen. Ik roep op dit feit de aandacht van zekere Vlaamschgezinden, wier ingenomenheid met alles wat Duitsch is evenzeerals de afgodische bewondering van onze Franskiljons ten opzichte van Frankrijk den naam van dolheid verdient. Hieronder volgt eene tafel van den toestand der talen in de 17 bovengemelde gemeenten. Er dient slechts opgemerkt te worden dat, wat Homburg en Balen betreft, de uitslagen van 1866 in strijd zijn met die van 1880, maar ik heb redenen om te gelooven dat de laatste nauwkeuriger zijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 99]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 100]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Die uitslagen bewijzen dat, behalve in de vijf dorpen van het Voerendal, onze taal overal teruggedreven en als het ware tusschen Fransch en Duitsch gesmeierd wordt. Een veelbeteekenend feit is het uiterst gering getal van hen, die tevens Vlaamsch en Duitsch spreken. De Duitschers trachten zich liever het Fransch eigen te maken en de Vlaming, die Duitsch leert, vergeet onvermijdelijk zijne oorspronkelijke ta al. Het belangrijkste verlies in die streek is intusschen de groote gemeente Aubel, waar het Vlaamsch nog in 1866 door de meeste inwoners werd gesproken, terwijl nu de Franschsprekenden aldaar in meerderheid zijn.
Als wij nu de uitslagen van die verschillende arrondissementen vereenigd in oogenschouw nemen, worden wij tot de volgende slotsom gedreven: 1o De grens der talen is nagenoeg onveranderd gebleven. De Vlamingen ja hebben Aubel verloren, maar daarentegen werd Rekhem gewonnen. 2o In de grensgemeenten, dat is in de gemengde streek tusschen Vlaamsch en Waalsch, is er, in den regel, wat de verspreiding der Vlaamsche taal betreft, verbetering aan te stippen, vooral in de arrondissementen Kortrijk en Oudenaarde. Die verbetering schijnt echter slechts tijdelijk te wezen en in vele gemeenten hel eenvoudig gevolg te zijn van het aankomen van arbeiders uit het hart van Vlaanderen, die aldaar een beter betaald werk gaan zoeken. En daar terzelfdertijd het getal van hen, die de Fransche taal machtig zijn en tevens al of niet Vlaamsch spreken, nog veel grooter is geworden, mag men niet zonder redenen vreezen dat het opkomend geslacht, vooral ten gevolge van | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 101]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de verfransching van 't onderwijs, meer Waalsch dan Vlaamsch zal wezen, in welk geval wij ons eerlang op het onherroepelijkverlies van minstens een twintigtal gemeenten moeten voorbereiden. De volkstelling van 1890 zal ons leeren of die vrees eenigszins gegrond is. 3o Bijna overal is het getal van hen, die beide talen spreken, verbazend gestegen. In menig oord vormen zij reeds de meerderheid der inwoners en, indien het zoo voortgaat, zal weldra het Vlaamsche land van Waalsch-België door eenen gordel van tweetalige gemeenten gescheiden worden. Dit laatste feit is van belang. Dat de inwoners van de grenzen beide talen spreken is natuurlijk, ja veelal aanbevelenswaardig. De vraag echter is of de kinderen van hen, die heden Vlaamsch en Fransch kennen, ook de twee talen zullen machtig zijn. Het antwoord op die vraag moet bevestigend luiden, indien men in de scholen van die streek bij voortduring het Vlaamsch als eenige of ten minste als voornaamste onderwijstaal behoudt. Integendeel, waar men, om welke redenen ook, het Fransch als voertuig van het onderwijs verkiest, zooals ik het zooeven zeide, zal het opkomend geslacht onvermijdelijk meer Waalsch dan Vlaamsch zijn en onze taal in weinige jaren reddeloos worden uitgeroeid. Ter staving van die zienswijze volstaat het te wijzen op hetgeen in eenige gemeenten ten zuiden van Ieperen is gebeurd, Houthem, Meesen, Zandvoorde, Komen, die vroeger geheel Vlaamsch waren en nu grootendeels Waalsch zijn geworden. Wel is waar is er, sedert 1866, eenige verbetering te merken, maar men verlieze niet uit het oog dat het juist gedurende de jaren 1830-1860 is dat de verfransching, daar evenals elders, het meest heeft gewoed. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 102]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Men kan het niet genoeg herhalen: de toekomst van de Vlaamsche Beweging, van het Vlaamsche volk ligt besloten in de vraag der inrichting van het onderwijs.
Evenwel, al is de toestand in het Vlaamsch-Waalsch grensgebied van aard om ons met rechtmatige bezorgdheid aangaande de toekomst van onze taal aldaar te vervullen, het is vooral in het hart zelf van het Vlaamsche land dat de steeds toenemende verspreiding van het Fransch verontrustend mag heeten. Er dient nochtans, wat dit punt betreft, een onderscheid gemaakt te worden tusschen de steden en het platteland. In de buitengemeenten, behalve in de onmiddellijke nabijheid van groote sleden, is het getal van hen, die verklaard hebben de Fransche taal machtig te zijn, betrekkelijk zeer gering. Het bedraagt zelden meer dan 5 of 6% der bevolking en in verscheidene arrondissementen zelfs zoo veel nietGa naar voetnoot(1). Daarbij mag men niet uit het oog verliezen dat bij de meesten, die gezegd hebben Fransch te kunnen spreken, de kennis dier taal zich bij een zeer klein getal woorden bepaalt, juist genoeg om zich met moeite en inspanning op de markt verstaanbaar te maken, hoogstens om een Fransch nieuwsblad te ontcijferen. Zij, die zich ten platlelande van het Fransch geregeld en dagelijks bedienen, zijn zeldzame uitzonderingen. Het zijn meestal ambtenaars, als b.v. een notaris, een ontvanger, een vrederechter, enz., die in den regel maar tijdelijk in een dorp verblijven, zooveel als doenlijk slechts met elkander omgaan en buiten hunne ambtelijke betrek- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 103]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
kingen met den boer weinig of niets te maken hebben. Zulks belet niet dat, zelfs in de meest afgelegene dorpen het getal der Franschsprekende inwoners sedert 1866 beduidend is geklommen. De oorzaken van dien voortgang zijn veelvoudig: de voornaamste is het algemeen invoeren van het onderwijs eener tweede taal in de lagere scholen. Het volk, eilaas! schenkt alleen zijn vertrouwen aan scholen, waar men Fransch leert, want het ziet hoe hoog zij, die de heerschende taal kennen, vooral op den buiten, zich boven hunne medeburgers verheven wanen. En zoo wordt het verkrijgen van eene oppervlakkige kennis van het Fransch feitelijk het hoofddoel van het onderricht! Die meerdere verspreiding van het Fransch merkt men overal op, doch hetgeen veelbeteekenend mag heeten; is het feit dat juist in de kleine gemeenten, die tot hiertoe aan den vreemden invloed hadden ontsnapt, de verfransching tegenwoordig sneller werkt dan elders. Van oudsher weten wij dat in Vlaanderen alle steden en zelfs alle groote dorpen min of meer besmet zijn, maar wat alle vaderlandsvrienden moet nopen eenen luiden alarmkreet te laten hooren, is de wondersnelle ontwikkeling van de plaag in plaatsen, welke men door hunne afgezonderde ligging als min of meer er tegen beschut placht te beschouwen. Indien men de uitslagen der volkstelling van 1880 met die van 1866 vergelijkt, ziet men dadelijk dat het in de gemeentjes beneden de 5000 zielen is dat de Fransche taal vooral veld wint, ja veel meer dan in de groote steden, die gekende broeinesten der verfransching. In de kleine gemeenten van het arrondissement Oostende telde men, in 1866, slechts éénen inwoner op 95, die Fransch sprak, in 1880, éénen op 21. In het arrondissement Brugge, in 1866, 1 op 64, in 1880, 1 op 20. In het arrondissement | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 104]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Aalst, in 1866, 1 op 35, in 1880, 1 op 17. In het arrondissement Diksmuiden, in 1866, 1 op 28, in 1880, 1 op 15!... En, men vergete het niet, het geldt hier kleine dorpen, die weinig bezocht worden en wier bevolking schier uitsluitend uit boeren, in de gemeente zelf geboren en opgebracht, bestaat. Wat nu de steden en gemeenten betreft, die meer dan 5000 zielen tellen, vindt men, in dezelfde arrondissementen, te Oostende, in 1866, éénen inwoner op 4, in 1880, 1 op 5; te Brugge, in 1866, 1 op 9, in 1880, 1 op 7, te Aalst, in 1866, 1 op 8, in 1880, 1 op 6, enzGa naar voetnoot(1). Wat zijn dergelijke vorderingen bij de cijfers vergeleken, welke de landelijke gemeenten opleveren? A. Prayon-van Zuylen, advt. (Wordt voortgezet.) |
|