Poolse literatuur: de grote paradox
In december 1988 werd in Polen het feit herdacht dat zeventig jaar geleden de onafhankelijkheid werd uitgeroepen. Honderdvijfentwintig jaar lang was Polen opgedeeld geweest tussen de drie mogendheden Duitsland, Rusland en Oostenrijk-Hongarije. Sinds 1918 komt Polen weer voor op de kaart van Europa. Verantwoordelijk daarvoor waren de legioenen van maarschalk Józef Pilsudski. Aan de vooravond van de festiviteiten rond de zeventigjarige onafhankelijkheid kreeg de voorzitter van het comité van de oudlegionairs van Pilsudski een brief van de minister van Binnenlandse Zaken. Deze bevatte de mededeling dat het comité met onmiddellijke ingang was ontbonden. Iedere activiteit die het vanaf dat moment nog zou ontplooien zou illegaal en dus strafbaar zijn.
Het is niet de enige paradox in dit land waar Margaret Thatcher door zowel vakbondsleider Walesa als premier Rakowski wordt bewonderd. En trouwens, wat viel er eigenlijk te vieren: hoe onafhankelijk was Polen de laatste zeventig jaar?
Ook in het literaire leven van Polen wemelt het van de paradoxen. Zo is er de paradoxale situatie van de schrijver die zich vergeefs probeert te onttrekken aan een politieke bestempeling van zijn werk. Door de alledaagse werkelijkheid wordt hij met zijn neus gedrukt op trieste feiten die een gevolg zijn van het politieke klimaat in zijn land. Auteurs die eigenlijk geen politieke schrijvers zijn, worden politieke schrijvers, omdat de censuur hen dwingt hun werk in het ondergrondse circuit te laten verschijnen. Neem een bij uitstek a-politieke auteur als Gombrowicz. Omdat het werk dat hij als emigrant schreef en publiceerde niet door de censuur in Polen werd toegelaten, werd hij tegen wil en dank voor velen een politiek schrijver. Zijn werk is inmiddels in Polen bovengronds verschenen. Het valt dus te verwachten dat de carrière van Gombrowicz als politiek auteur binnenkort zal worden beëindigd en laten we hopen dat dan eindelijk alle aandacht op zijn literaire kwaliteiten zal worden gericht.
Bij iedere politieke machtswisseling zwakt de censuur wat af om vervolgens na enige jaren, soms zelfs al na enkele maanden weer strakker te worden aangetrokken. De hardnekkige onwil van de machthebbers om een echte, onbelemmerde dialoog tussen schrijver en lezer in Polen mogelijk te maken, leidde tot de oprichting in 1976 van het buiten de censuur om verschijnende orgaan Zapis dat ‘Publikatieverbod’ betekent. Met de oprichting van dit blad ontstond de groep van de zo genoemde ‘innerlijke emigranten’. Deze uitgave, die soms door een hele roman wordt gevuld, vormde vanaf dat