Musaeus. Jaargang 1
(1993)– [tijdschrift] Musaeus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 32]
| |
Saturnus over zeeroversWie de ‘gekheden van de wereld’ wil leren kennen, moet de Schiedamsche Saturnus lezen. Dat is het advies dat Saturnus, de god van de Tijd, de lezer geeft. De Schiedamsche Saturnus is een satirisch tijdschrift, waarvan de eerste aflevering verscheen in 1713. Saturnus vertelt hoe hij op het idee is gekomen om dit tijdschrift uit te geven: ‘Toen ik met het begin aller dingen bemerkte dat ik'er was, kreeg ik aanstonds lust, om my by zeeker zoete speelpopje Gaya, of Rhea genaamt, wat te vermaaken: het geene zoo dikmaals hier en daar in de spieeten en klooven der aarde gebeurden, dat ik'er verscheyde kindertjes by teelden.’ [*1r] Deze kinderen at Saturnus rijdend in een bolderkar op. Maar zijn paarden kozen het hazepad ‘en lieten my met myn smoddermuiltjeGa naar voetnoot1 alleenig zitten: het welke my deed besluyten (tot divertissement van myn melancholique humeuren) om alle daagen wat nieuws voort te brengen.’ [*1r] Saturnus is op zoek naar het ‘volmaakte wezen’ dat de ‘Hollebollige Weereld’ in stand houdt: ‘in dat zoeken loop ik zoo veel gaten en winkelsGa naar voetnoot2 der aarde uit en in, dat ik meest altyd met een heele zak vol oud nieuws t'huis kom. Hier laat ik myne kindertjes (die my myn lekkere huisvrouwtje alle daagen baard) meê speelen’ [*1v] en dat (oude) nieuws deelt hij de lezer op Saturdag (‘om je te toonen dat ik wel weet welk een dag aan myn gryze hoofd is toegewyd’ [*1v]) mee. Net als Hendrik Doedijns in de Haagse Mercurius, die volgens Saturnus wat te leugenachtig is, wordt in de Schiedamse Saturnus gezinspeeld op situaties en personen die bij het lezerspubliek algemeen bekend waren. Waren, want voor de moderne lezer is het vaak onduidelijk waar Saturnus over schrijft. Dat geldt ook voor onderstaande tekstfragmenten. In het eerste fragment wordt de naam Philippe Roche genoemd, die uitstel van executie kreeg. Philippe Roche was een Ierse rebel en katholiek priester. Hij werd op 4 juni 1798 gevangen genomen en opgehangen. Als in de | |
[pagina 33]
| |
Schiedamsche Saturnus dezelfde Philippe Roche bedoeld wordt, zou deze op minstens 85-jarige leeftijd zijn opgehangen! De advocaat Leare kon ik niet plaatsen. Het tweede fragment uit 1724 stelt eveneens de Engelse politiek aan de kaak. Onder de datumaanduiding staat een voor mij onduidelijk anagram. Ik kon er niet meer van maken dan: ‘Gewis fier in die pan.’ waarbij eventueel gezinspeeld zou kunnen zijn op het in de pan hakken van de Engelsen gedurende de tweede Engelse oorlog (1665-1667). Het exemplaar UB Leiden 1207 A 6 bevat slechts enkele afleveringen uit het jaar 1713. De inleiding is ondertekend door Cornelis vander Gon die verschillende gedichten en treurspelen op zijn naam heeft staan. [Onderstaande fragmenten zijn afkomstig uit KB Den Haag 471 F 23]. | |
[D2v]Men is in Engeland geresolveertGa naar voetnoot1 al de Americaanse Zeerovers van die natie zonder genade te doen hangen, maar ze hebben echter alle zo lang uitstel van executie gekregen, tot dat men ze heeft; welk ongeluk Philippe Roche juist is te beurt gevallen, want hadden ze hem niet gehad, ze hadden hem de keel niet toegebonden gelyk den Advocaat Leare ook te beurte is gevallen; maar 't schynt dat de Engelsche meer consideratie voor zeerovers en moordenaars hebben, dan voor landverraders, want zo ik 't wel heb, wierd Leare gecondemneertGa naar voetnoot2 om gehangen zynde, noch levendig den buik te werden opgesneden, om zyne ingewanden daar uit te doen halen en voor zyn aangezicht te werden verbrandt zo was de sententieGa naar voetnoot3, en ten dele de executie; maar hy is zeer hartvochtig geweest, zo hy 't zonder beweging en ontroering heeft kunnen aanzien. | |
[pagina 34]
| |
[R1r]Saturdag den 22 April 1724 FIWI SEI GE NEDE NARP. Daar is te St. JamisGa naar voetnoot1 een Kabinetraad gehouwden, om te overleggen hoe best den beruchten waterpestGa naar voetnoot2 en zeerover Low, en zyne makkers te konnen meester worden; 't is wat te zeggen, als men de Koningen in persoon ziet raadplegen, om de waterdieven te doen vangen. Dat Engeland is in 't algemeen zeer vruchtbaar in alles, ja zelfs tot in de gedrochten toe; en 't heeft’ er in 't kort twee van grote consideratie uitgelevert, die niet veel in naam verschelen; want Low en Law scheelt maar één streekje; en de ene was een Land- en de andere een Waterwolf; wie van beiden de schaadlykste is, spreekt van zelf, en nochtans ziet de ene den Koning daaglyks daar de Koning den andre wel wenschte te zien, dat nu zeer apparent [R1v] staat te gebeuren, want om Britsche wolven te vangen is geen beter middel dan Engelsche DoggenGa naar voetnoot3 te gebruiken. |
|