A la mode
De identiteit van het platteland
Leontine Kuijvenhoven-Groeneweg
In mijn werkkamer hangen sitsen Marker mutsjes aan een ropie. Dat is een dubbel gedraaid touw, waaraan men vanouds op een schip de was te drogen hangt. In plaatsen rond het IJsselmeer doet men dat aan wal. Tegenwoordig hangt er modern goed aan: linnen hemden, lijfjes en borstrokken zijn schaars. Streekgebonden kleding sterft uit.
Niet overal: op Urk, in Staphorst/Rouveen en Spakenburg/Bunschoten hangen nog gestreepte borstrokken en wijde rokken aan de waslijnen. In het straatbeeld zijn vrouwen in klederdracht te zien. Veel mannen hebben uit praktische overwegingen de burgerkleding aangenomen.
In Volendam en op Marken steken een paar oudere vrouwen zich iedere dag in traditionele kleding. Andere inwoners doen dat nog op feestdagen, zoals koningsdag en bij havenfeesten. Ook elders in het land worden feesten opgeluisterd met dansgroepen in (semi-)originele kleding. Klederdrachtgroepen geven shows. Er is veel origineel goed bewaard en te koop!
Met het uitsterven van regionale gebruiken groeit de belangstelling ervoor. Er wordt onderzoek gedaan en er zijn publicaties door historische verenigingen en stichtingen, streekmusea, en het Meertens Instituut. Op de zomerdonderdagen in Schagen presenteren zich klederdrachtgroepen uit het hele land begeleid