À la mode
De jas van Weyerman
Leontine Kuijvenhoven-Groeneweg
Het type jas dat Jacob Campo Weyerman droeg is in de Nederlandse archieven terug te vinden als justekoor, juste, mansro(c)k, rokjas of simpelweg ro(c)k. Rok, met of zonder c, betekent ‘omhulsel’. Het is dus handig als erbij staat om welk soort rok het gaat als dat niet uit de context kan worden opgemaakt. Zo zijn er de hemdrok, de vrouwenrok en onderrok, de japonse rok, het roklijf, de borstrok, de kinderrok, de rokjas en de mansrok. De benaming ‘justekoor’ is afgeleid van het Franse juste-aucorps (justaucorps). Deze drie-kwart mansrok vormt met een vest en (knie)broek een driedelige combinatie die ons heden ten dage niet onbekend is. Het colbertjasje van nu is de rokjas van toen, de combinatie van toen is de voorloper van het huidige mannenpak.
Hoewel de Franse mode in de achttiende eeuw toonaangevend was in de uitgaans-en burgerdracht, kwam het driedelig kostuum oorspronkelijk uit het zeventiende-eeuwse Engeland. Het werd in 1666 ontworpen door kleermakers aan het hof van Charles
ii, die zich voor de jas lieten inspireren door de Perzische militaire dracht. In Frankrijk
nam men het ontwerp over als hofdracht en noemde het ‘habit à la française’, een benaming die overging op alle galakleding. De onderdelen zijn meestal van dezelfde fraaie, zijden, stof. Het is een elegantere dracht dan de wambuis (een kort jasje), zo vond ook de burgerman. Het kostuum nivelleerde in de achttiende eeuw tot algemene burgerdracht en werd dan, behalve van zijde, ook van andere stoffen gemaakt.
De burgerjas van Weyerman sluit nauw om het lijf, zoals de term juste-au-corps aangeeft. Vanaf de taille loopt de onderkant wijd uit tot op de knie. Het kraagloze kledingstuk heeft een lange rij knopen met de sluiting naar rechts overslaand zoals nu nog gebruikelijk bij herenkleding. Dit is om de degen, die links aan de gordel hangt, te kunnen trekken zonder dat het wapen achter de sluiting blijft haken. Alleen de bovenste knopen worden dicht gemaakt. Ook de mouwen zijn aansluitend. Grote knopen prijken op de forse manchetomslagen en op de eveneens grote zakken op dij-