Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 12
(1989)– [tijdschrift] Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 24]
| |
Weyerman en Amsterdam
| |
De Brakke GrondOp de plaats van De Brakke Grond stond tijdens de late middeleeuwen het voormalige Sint-Margarethaklooster, waarin later een herberg, veilingzaal en theater werden gevestigd. Het Nesplein ontstond door afbraak van de kloosterkerk.Ga naar eind7. Volgens Van Eeghen was hier tijdens zijn Amsterdamse periode Weyermans hoofdkwartier.Ga naar eind8. Er vonden vele verkopingen plaats in de herberg en men kon er zelfs in 1726 bij de waard Jacob Lemmig intekenen voor een heruitgave in eigen beheer van Weyermans blijspelen. Zoals gezegd konden de intekenaars op deel twee van de Historie des Pausdoms hier hun exemplaren bij Weyerman ophalen en in mei 1726 kon men er van de auteur zelf een exemplaar van Moses Marcus kopen, blij- | |
[pagina 25]
| |
kens een Advertissement in de Echo.Ga naar eind9. Het poortje van De Brakke Grond, dat waarschijnlijk nog van eerder dan 1624 dateert, vormt de toegang tot de Brakke Grond vanaf de Oudezijds Voorburgwal, even voorbij de Bank van Lening en (dus) de Lombaartsteeg waar Weyerman in 1729 woonde. | |
Bank van LeningIn 1616 werden enkele turfpakhuizen aan de Oudezijds Voorburgwal door Hendrick de Keyser verbouwd tot Bank van Lening. Aan deze gebouwen ontleent de Lombaertsteeg zijn naam. De zijpoort was gelegen in de Enge Lombaertsteeg. Van 1658 tot 1668 vervulde de hoogbejaarde Vondel hier de functie van suppoostboekhouder. Schuin tegenover dit poortje woonde naast en boven een zij-ingang van de Brakke Grond rond 1728 Joris van der Woude, de voornaamste verkoper van Den Vrolyke Tuchtheer (1729-1730). In het verlengde daarvan loopt de Wijde Lombaertsteeg. Hier woonde Weyerman van 1729 tot zijn vlucht naar Vianen in 1731 en kan men in juni 1730 intekenen op een heruitgave van de blijspelen.Ga naar eind10. | |
Rokin en BeursKomende uit de Wijde Lombaertsteeg zag men destijds eerst aan de rechterzijde het oude Beursgebouw, dat in 1611 door Hendrick de Keyser aan het eind van het Rokin was neergezet. Links stond de voormalige Nieuwezijds Kapel, die aan het begin van deze eeuw is afgebroken; als herinnering aan dit kerkgebouw is onlangs een pilaar uit die kerk opnieuw aan het Rokin neergezet. Als men vanaf de Wijde Lombaertsteeg nu over het Rokin richting Dam loopt, ziet men links tegenwoordig een kantoorgebouw, genaamd Rokin Plaza. In Weyermans tijd stond hier het ‘baaltjes Koffy-huys’ waarover Weyerman in de Tuchtheer schrijft.Ga naar eind11. Later stond hier Hotel Polen. Ergens op dit traject moet ook de galanteriewinkel van ‘manneke Gietleugen’Ga naar eind12. hebben gestaan. Aan het einde van het Rokin betrad men de Dam via de Beurssluis. Deze plek is een van Weyermans favoriete Amsterdamse plekjes, althans in geschrifte. We citeren hier als voorbeeld enkele verzen uit Den Echo des Weerelds van 17 januari 1726 (p. 100), waarin Weyerman een Westindieganger aan het woord laat in een ‘VAAR WEL aan myn GEBOORTEPLAATS’: ... als de Klok van Eene slaat,
Dan weet Apollos Zoon geen raat
Om aan 't Servetsteegs dor Gebraat
Zig zat te Schranssen.
Dan stuyft hy als een Moffe veer,
Den Dam op en de Beurssluys neer,
Om, kon 't geschieden, op het Smeer
Eens Zots te teeren.
En het luiden van de beursklok is een geliefde toop voor Weyerman als hij zich wil | |
[pagina 26]
| |
verontschuldigen tegenover zijn lezers in verband met tijdnood.Ga naar eind13. | |
Dam en KalverstraatThans afgesloten door de bouw Hotel Krasnapolsky kwam destijds op de Dam de Servetsteeg uit, door Weyerman ‘alom berucht’ genoemd.Ga naar eind14. wegens de mindere kwaliteit van de daar gevestigde eethuizen. Naast Kras ligt nu nog de Pylsteeg waarover Weyerman zich in dezelfde zin uitlaat in de Echo, p. 377: Den Echo des Weerelds begaf zig reeds lang geleden in Franssche Ordinaris, die wel in de Pylsteeg was opgerecht, doch die ter zelver tijd gierde als een Wenteltrap, en wiens ingang hem al ommers zo vrolyk voorkwam als den Intree van St. Peters berg buyten Maastrigt. Behalve een groot aantal legale protituees woonde in de Pylsteeg de boekverkoper Barent Dass, die wordt vermeld op het adres van Weyermans Verdediging tegen Le Roux, in Utrecht gedrukt bij Muntendam in 1737. Hij verkoopt een jaar later ook als enige Amsterdamse boekverkoper Weyermans Natuurkundige... Aanmerkingen en De zeldzaame leevens-byzonderheden. Komende vanaf de Dam zag men destijds aan de rechterzijde als vierde huis in de Kalverstraat 't Gekroond Coffyhuys, een van de vele koffiehuizen daar. Later is dit koffiehuis opgegaan in de sociëteit De Grote Club. Er vlak tegenover lag het Londens Koffiehuis waar Weyerman intekeningen hield in juni 1724 voor het eerste deel van de Historie des Pausdoms. Verderop waren in Weyermans tijd de boekhandels van de fa. Wetstein en van Jacobus Loveringh, waar men in 1735 Weyermans Adelaar kon kopen. | |
St. LuciënsteegAls men even terug denkt naar het punt waar we vanaf de Wijde Lombaertsteeg het Rokin opkwamen en dan niet rechtsaf het Rokin oploopt maar oversteekt, in het tegenover liggend steegje (de Duifjessteeg) duikt, dan komt men uit op het punt in de Kalverstraat waar de St. Luciënsteeg begint. Zo ziet men hoe dicht Wijde Lombaert- en St. Luciënsteeg bij elkaar lagen: Weyermans woonplaats en de winkel van zijn voornaamste boekverkoper Hendrik Bosch. In de St. Luciënsteeg lag de ingang van het Meisjesweeshuis. Tegenover deze ingang huisde Hendrik Bosch. Hier bevond zich ook het koffiehuis ‘het paleys van de Faam’, een gekkenhuis volgens Weyerman.Ga naar eind15. | |
BotermarktLoopt men door de Kalverstraat via de Munt naar de Botermarkt, dan komt men door de Regulierbreestraat. Daar was destijds een wirwar van stegen die gebukt ging onder de verzamelnaam Duivelshoek. In de Zeldzaame Leevensbyzonderheden, p. 45 schrijft Weyerman: | |
[pagina 27]
| |
Den Duyvelshoek is een wyk tot Amsterdam, voor het grootste gedeelte bewoont by Gaauwdieven, Hoeren, Beurzesnyders, en diergelyk soort van Menschdoms onkruyden. Den Duyvelshoek kan in veele deelen worden vergeleeken by Drury Lane in Londen, de straat La Huchette te Parys, en het Walslant tot Vianen. In de Reguliersbreestraat denkt u even aan Den Vrolyke Tuchtheer, p.89: Dewyl ik altoos een liefhebber van het regulier ben geweest, ging ik laatst van de Regulierstoren regulier na den Dam, en door dat regulier voorneemen had ik het geluk van iets irreguliers te hooren .... Vervolgens belandt u op het Rembrandtsplein, de voormalige Botermarkt, door Weyerman vrijwel altijd in verband gebracht met kermis en kwakzalverij. Hier lag ook de Herberg van den Olifant, waar Weyerman in het Vermakelyk Wagenpraatje een bijeenkomst van kwakzalvers tegen de hen beconcurrerende boekhandelaren situeert. Weyerman woonde er ook voorstellingen bij van het reizend toneelgezelschap van Marc Antoine la Lauze tijdens de Amsterdamse kermis, met wiens gezelschap hij na de voorstelling de Olifant indook.Ga naar eind16. Ook in De doorzigtige Heremyt ontleent hij anekdotes aan een wandeling over de Botermarkt.Ga naar eind17. | |
Reguliersgracht (zie afbeelding)Als men nu rechtsaf slaat en het Thorbeckeplein oversteekt, komt men op de Reguliersgracht bij de Keizersgracht waar Weyerman in 1728 met Johanna Ernst woonde. Hij woonde tussen de Keizersgracht en de Vijzelstraat aan de stille zijde (?), blijkens een advertentie in de Amsterdamsche Courant van 17 februari 1729 voor de intekening van het derde deel van de Historie des Pausdoms.Ga naar eind18.
Op dit punt eindigde de diavoorstelling tijdens de jaarvergadering. Lang niet alle relevante plekjes zijn aangedaan. Zo ontbraken: de Oude Kerk waar op 18 mei 1730 dochter Johanna Jacoba werd gedooptGa naar eind19., herberg het Zwyns Malta aan de Singel uit Den Vrolyke TuchtheerGa naar eind20., de Stilsteeg - nu de Paleisstraat waar Weyerman toetrad tot de vrijmetselaarsloge - en Herengracht 319, het huis van de weduwe Pestalozzi die door Weyerman gechanteerd zou zijn. Deze locaties vormen met de hierboven beschreven wandelroute een leidraad voor diegenen voor wie één JCW-expeditievergadering per jaar te weinig mocht zijn. | |
[pagina 28]
| |
Reguliersgracht bij de Keizersgracht, ca. 1721. tekening door Louis Chalon, bijgewerkt door F. Der Kinderen in Litt. Jrb. Amstelodanum 1972, p. 145 (Historisch-Topografische Atlas van de Gemeentelijke Archiefdienst Amsterdam).
|
|