Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman. Jaargang 11
(1988)– [tijdschrift] Mededelingen van de Stichting Jacob Campo Weyerman– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 13]
| |
De student Jacobus Weijermans in Doelestraat en HeerensteegGa naar eindnoot*
| |
[pagina 14]
| |
studenten per academisch jaar. De studenten staan hierin vermeld, alfabetisch geordend op voornaam en daarbinnen op persoonsnaam. Weyerman moet men dus zoeken onder Jacobus en daarbinnen helemaal achteraan.
In het Album staat voor het jaar 1714 het volgende over hem opgetekend: Maii 2 Jacobus Weijermans, Bredanus, an. 30., stud. Medic. bij La Rue inde DoelestraatGa naar eindnoot3. JCW liet zich dus op 2 mei 1714 als student in de medicijnen te Leiden inschrijven. Als zijn plaats van herkomst heeft hij Breda opgegeven en uiteraard niet zoiets obscuurs als een legerkamp vóór Charleroi. Zijn leeftijd van dertig is eveneens onjuist, die moet zevenendertig zijn. Maar waarschijnlijk is deze slordigheid te wijten aan degene die Weyermans persoonlijke gegevens opnam.Ga naar eindnoot4. Verder gaf de ‘groen’ als zijn adres te Leiden op: bij La Rue in de Doelestraat. Deze Doelestraat kennen we nu onder de naam van Doelensteeg. Het is een onaanzienlijk straatje, op ongeveer honderd meter van het Academiegebouw gelegen, dat het Rapenburg met de Doelengracht verbindt. Het telt nu niet meer dan twintig huisnummers. De Rolle van Recensie, begonnen op 12 februari 1715 en afgesloten in maart 1716 vermeldt het volgende: R 2 30 Weyermans bij Christe La RueGa naar eindnoot5. Dit houdt dus in dat JCW ook nog in 1715 te Leiden studeerde. Zijn hospes of ‘Ploert’ heette kennelijk Christophle La Rue. In het Leidse Gemeentearchief heb ik nagezocht of deze La Rue de eigenaar van het huis in de Doelensteeg was. Dit was helaas niet zo. Vermoedelijk was hij slechts de hoofdbewoner van het huis, wat het tevens moeilijk - zo niet onmogelijk - maakt om ooit het pand te achterhalen waar JCW heeft gewoond. Aan de hand van de Rolle van Recensie van dat jaar was het wel mogelijk om JCW's huisgenoten te vinden. Bij La Rue woonde o.a. de veertigjarige Fransman Anthonius de la Lane. Een dag eerder dan Weyerman had deze zich laten inschrijven aan de universiteit zonder dat een studierichting werd gespecificeerd. Wel vindt men een merkwaardige toevoeging bij zijn naam, namelijk dat hij ‘Institutor Heraldicae’ was d.w.z. leraar in de heraldiek. Kennelijk leefde deze student (althans hoopte hij te leven) van het geven van privé-lessen in de heraldiek aan adellijke studiosi. Verder woonde bij La Rue ook nog de Schotse student in de theologie Gulielmus Anderson (William of Bill Anderson). Deze was twintig en had zich twee dagen na JCW laten inschrijven. Zouden deze medestudenten (en hospes La Rue) geen sporen in Weyermans werken hebben nagelaten? In elk geval zou het prettig zijn als we een verklaring vonden voor het feit dat La Lane, Weyerman en Anderson, drie studenten die waarschijnlijk daarvoor met elkaar niet bekend waren, binnen de vier dagen hun intrek hebben genomen in hetzelfde huis. Ruim twintig jaar later, in 1737, vinden we in het Album Studiosorum de volgende vermelding: | |
[pagina 15]
| |
Martij 11 Jacob Campo Weyermans - Bredanus, an. 60, stud. Medic. bij H. van IJssel inde HeeresteegGa naar eindnoot6. Weyerman liet zich dus opnieuw inschrijven als student in de medicijnen. De opgave van zijn leeftijd klopt deze keer. Opnieuw nam hij zijn intrek in een huis in de onmiddellijke omgeving van het Academiegebouw, namelijk in de Herensteeg, een straatje recht tegenover de hoofdingang van de Pieterskerk gelegen. Opnieuw was zijn hospes geen huiseigenaar, maar hoofdbewoner. Over deze bewoner weten we iets meer dan over La Rue. Blijkens het Poorterboek in het Gemeentearchief heeft de uit Arnhem afkomstige Hendrick van IJssel op 10 maart 1719 het poorterrecht verworven. Hij was knopenmaker van beroep.Ga naar eindnoot7. De Rolle van Recensie begonnen 10 februari 1738 en afgesloten op 4 maart 1738 laat zien dat Weyerman toen nog steeds in Leiden was: R 19 61 Campo WeijermanGa naar eindnoot8. Misschien kan een wat tijdrovender onderzoek in het Leidse Gemeentearchief nog meer aan het licht brengen over Weyermans Leidse omgeving. |
|