Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 10
(1994)– [tijdschrift] Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap– Auteursrechtelijk beschermd70UBG hs 3426 D (18)
Gent den 18 dec. 1875.
Beminde Tante,
Als ik gisteren avond uwen briefGa naar eind(1) ontving, was het reeds te laat om nog naar Heremans te gaan. Ik heb hem dezen morgen gesproken. 1o Hoste vraagde eerst om U het batig slot van den eersten bundel nu, maar de 525 fr. slechts binnen een jaar (in 't begin van 1877) te betalen. Heremans heeft hem gezegd dat het te laat was en dat hij, | |
[pagina 37]
| |
ten minste een deel der som, vroeger moest betalen. Hij heeft dat aangenomen, maar gevraagd om zich op den datum der eerste betaling van het gedeelte der 525 fr. te mogen bepeinzen. In allen gevalle zal hij U de 284 fr. en oneffen nu betalen, natuurlijk. 2o Hij zal den bundel aan 3,25 fr. verkoopen, zonder meer. 3o Er zal een schriftelijk akkoord gesloten worden. Eerstdaags zult gij er een ontwerp van ontvangen, en indien gij het goedkeurt, zult gij en Hoste het betekenen. 4o Er zal gezorgd worden voor 't eigendomsrecht. Van den namiddag heb ik Hoste gezien. Hij was heel vriendelijk en sprak niet van den koop der Novellen. Hij weet waarschijnlijk door Heremans, dat ik U tegen hem aangehitst heb, maar hij durft het niet laten blijken. Hij toonde mij de proeven, die hij aan Heremans gevraagd heeft om eens te weten hoe de bundel er uitzag. Na de titel komt een wit blad met in 't midden: ROSALIE ‘Vindt gij dat niet zoo koel?’ zeî hij mij. ‘Zou Heremans niet een paar bladzijden over Juffr. Rosalie moeten schrijven? Of zou men de redevoering van Heremans niet aan 't hoofd van den bundel kunnen plaatsen?’ Hij zegde mij dat hij er aan Heremans van gesproken had, maar dat Heremans het ook dacht, doch er niets had durven van zeggen omdat hij zichzelven niet wilde opdringen. Dezen avond heb ik weer Heremans gezien. Ik heb er hem over gesproken en hem gezegd, zoo als het waar is, dat ik Hoste's opmerking gegrond vond en dat ik er U zou over schrijven. - Ik meen te hebben bespeurd dat hij ‘schrikkelijk’ geerne iets aan 't hoofd van den bundel zou zetten. Ik geloof dat hij heel fier is van om zoo te zeggen de ceremoniemeester te zijn van Tony en van U, diegene die aan de deur van het salon staat om de hooge personaadjes luidop aan te kondigen. Zeer haastig. Ik omhels grandmama en U teederlijk.
Uw Paul | |
[pagina 38]
| |
[in de marge]
Mevr. Kabonkelmans ligt ziek te bed, maar 't is niet erg. Ze is aan 't beteren. Papa is er bij geroepen geweest en zegt dat het eene kleinigheid is.
Hoste heeft mij een pakje gegeven voor U, dat hij met boeken uit Holland gekregen heeft. Ik zend het U met Van Gend.
Ik had gedacht morgen naar Nevele te komen, maar mijne compositieën, die ik nog moet corrigeeren, beletten mij weeral grandmama eens te komen bezoeken. |
|