Correspondentie van de gezusters Loveling
brieven van en aan Paul Fredericq II
uitgegeven door A. van Elslander en A.M. Musschoot
Inleiding
De hierna volgende brieven en briefkaarten van Virginie Loveling en haar neef Paul Fredericq vormen het vervolg van de correspondentie die in aflevering IX van de Mededelingen (1993, p. 67-175) werd afgedrukt, met dien verstande dat de 68 reeds gepubliceerde nummers nog met twee brieven konden worden aangevuld. De hier als nr. 69 en nr. 70 opgenomen brieven doorbreken dus de chronologische volgorde: brief 69 hoort chronologisch thuis tussen de brieven 39 en 40 (tussen 5 en 12 december 1875); brief 70 is gedateerd 18 december 1875 en werd dus door Paul Fredericq gelijktijdig geschreven en verzonden met brief 42 van Virginie Loveling.
De inventaris van de briefwisseling Paul Fredericq die in de licentieverhandelingen van Carine D'Hont en van Rita Seys werd opgenomen kon inmiddels nog worden uitgebreid met een veertigtal nummers; het gaat voornamelijk om briefkaarten, maar ook om enkele brieven die in de documentatie Loveling, UBG Hs 3426 zijn bewaard.
De nummers 71-187 omspannen een lange periode, van januari 1880 tot juli 1918, waarin heel veel ‘gaten’ zitten: eind 1883 wordt Paul Fredericq in Gent benoemd en is het epistolair contact met zijn tante Virginie, die in november 1880 naar Gent is komen wonen, niet meer zo frequent. Er werd wel nog sporadisch gecorrespondeerd, maar het was pas toen Paul Fredericq naar Duitsland werd gedeporteerd, dat weer een geregelde briefwisseling tot stand kwam.
Bij de annotatie van de brieven kon gebruik worden gemaakt van de ongepubliceerde licentieverhandeling van Greta Vroom, Virginie