overvielen hen toen zy tegen zijn vermaningen twistreedenden. Zy zagen zijn gasten, in gedaante van menschen, in de stat komen. Wy verblindden hun gezicht, en zeiden: Smaakt, ô bozen, de straffing uwer zonden. Zy wierden 's uchtens met een eeuwige straf gestraft, om dat zy Loths woorden hadden veracht. Wy hebben d'Alkoran verstanelijk gemaakt. Is 'er iemant, die zich daar in oeffent? Zeker, men preekte voor Faraos lieden; maar zy wilden mijn wet niet gehoorzamen; en zy hebben mijn wonderdaden veracht. Doch wy hebben hen in hun zonden overvallen. Zijn d'ongelovigen, die onder u gevonden worden, beter dan de genen, die voor hen geweest hebben? Zult gy voor hen enig heil in de Schrift vinden? zullen zy zeggen dat zy verwinning op de gelovigen zullen verkrijgen? In tegendeel, zy zijn verwonnen, en keren de rug. Zeker, d'uur van hun straffing zal haast komen: hun tijt nadert; en hun pijn in de hel zal groter, dan die van d'aarde, wezen: Zy zijn geheel van de weg der zaligheit afgedwaalt; en zy zullen, met het hooft voor uit, in d'eeuwige vlammen gesleept en gestoten worden. Wy hebben, door onze macht alleen, alles geschapen, en niet, dan een woort gesproken; en in een ogenblik was het ding. Wy hebben voormaals een groot getal van ongelovigen, hen gelijk, ver-