Vaak observeert Duinhoven scherp, bijvoorbeeld wanneer hij aanvoert waarom Gloriant eigenlijk Florant had moeten heten (p. 117-119), of wanneer hij opmerkt dat Assentijns kasteel onmogelijk bevoorraad kon worden zonder degelijke toegangsweg. Een vurige rivier, een onbegaanbare brug en een geheime tunnel waar enkel een vos het bestaan van kent, maken de vesting ontoegankelijk voor de buitenwereld (p. 162). Ook het feit dat in het woord ‘schaak’ het bevel tot schaken zit vervat, is een aardige vondst.
Maar niet alle observaties kloppen en meermaals blijkt dat Duinhoven de tekstuele gegevens in zijn eigen gedachtegang wil inpassen. Enkele voorbeelden mogen dit verduidelijken. Duinhoven wil duidelijk maken dat er in een meer oorspronkelijke versie van de Walewein, net als in het abele spel van Gloriant, sprake moet zijn geweest van Fernliebe waarbij de held verliefd wordt op het portret van een onbekende jonkvrouw. Gloriant draagt dit portret bij zich op zijn tocht naar de Oriënt waar het meisje in kwestie zich bevindt. Ook Walewein, zo zegt Duinhoven, draagt een beeltenis van Ysabele op zijn schouder (p. 136). Dit is echter niet wat de tekst te lezen geeft. In de bewuste passage (vs. 7132) gaat het over een droom van Ysabele waarin ze een jonge ridder ziet die een beeltenis op zijn schouders draagt. Dat dit ook echt zo is, wordt nergens in het verhaal bevestigd.
Steeds opnieuw betrapt men Duinhoven erop dat hij de feiten naar zijn hand probeert te zetten. Zo levert ook zijn interpretatie van de Roges-passage een ingenieuze maar tendentieuze analyse op. In de figuur van Roges ziet de onderzoeker verschillende elementen uit Floris ende Blancefloer en *Florant ende Florentijn verenigd. Hij is de bode Rogier uit de Gloriant en zijn jeugdgeschiedenis is geïnspireerd op Floris' jonge jaren. Hisike, waar Roges vandaan komt, identificeert Duinhoven als het Noordspaanse Huesca, een voormalige Moorse stad. En die Spaanse connectie brengt Duinhoven dan weer in verband met Floris. Dat Roges in de Walewein geen man is maar een vos, ziet Duinhoven als een latere ontwikkeling waarbij het afgekorte woord voget (vog?) verlezen werd als ‘vos’.
Dat de voorgeschiedenis van Roges gemodelleerd is op Floris' belevenissen, is een these die heel wat vragen oproept. En ook hier blijkt dat Duinhovens interpretatie van sommige passages vatbaar is voor discussie. Volgens hem wordt Roges verbannen en door zijn ooms meegenomen. Dat zij Saraceense edelen zijn, afkomstig uit de Oriënt, leidt Duinhoven af uit de bestemming waar Roges uiteindelijk terecht komt (Endi). Roges wordt echter niet verbannen zoals de onderzoeker stelt, maar ter dood veroordeeld. Zijn ooms proberen hem te redden door hem mee te nemen en voor te wenden dat zij het vonnis zullen voltrekken. Roges' stiefmoeder doorziet het reddingsplan en geeft de onfortuinlijke prins een vossengedaante. Dat Roges dan naar Endi trekt heeft alles te maken met de door zijn stiefmoeder gestelde onttoverings-voorwaarden.
Het is moeilijk om in discussie te treden met Duinhoven omdat hij