Madoc. Jaargang 2006
(2006)– [tijdschrift] Madoc– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 87]
| |
ColumnDe Karrenman van UtrechtToen ik op een zondagmiddag thuiskwam, stond er politie voor de deur: twee mannen met een grote auto. Ze zochten de buurvrouw die beneden mij woonde. Ik vertelde dat ik haar al een dag of drie niet meer gezien had, en vreesde dat er iets vreselijks gebeurd kon zijn. ‘Is zij vermoord of heeft ze een misdrijf begaan?’ dacht ik. Een van de agenten vroeg: ‘Wie is er verantwoordelijk voor het schoonmaken van het huis?’ Die vraag had ik niet verwacht. ‘De eigenaar van het huis,’ antwoordde ik, en ze zochten al naar zijn naam op de deurbellen, ‘maar hij woont niet hier, maar in Wilnis.’ ‘Wie zet de vuilnisbakken dan buiten?’ vroegen ze toen. Mijn blik viel nu op het woord ‘Reinigingspolitie’ op de auto. ‘Uw buurvrouw heeft de vuilnisbak verkeerd buiten gezet. Hier wordt huisvuil op donderdag opgehaald, en dat van uw buurvrouw stond er op vrijdagavond. Dat zou veel te vroeg zijn voor de ronde van maandag.’ ‘Dat is inderdaad vroeg,’ zei ik, ‘dus waarschijnlijk is ze een paar dagen weg en heb ik haar daarom niet gezien.’ Met deze verklaring was de politie niet erg tevreden, maar ze lieten mij naar binnen gaan.
Reinigingspolitie: daar had ik nog nooit van gehoord. Als je in Duitsland je vuilnis te vroeg aanbiedt, klagen de buren, de eigenaar van het huis of de conciërge, maar nooit de politie. Je kunt problemen krijgen als je iets in de vuilnisbak doet dat er niet in mag, zoals metaal in het biovuilnis, eetwaar in het verpakkingsvuil, of plastic bij het papier. Maar het is toch iets anders als er politie komt om de vuilnisbak te openen om te indentificeren van wie het vuil is, en om naar de boosdoener te vragen. Meteen ging ik op internet om naar ‘reinigingspolitie’ zoeken. Daar vond ik: ‘Sinds mei 2003 is de reinigingspolitie actief in de hele gemeente Utrecht. De reinigingsagenten treden op wanneer de regels rond het afval niet worden nageleefd. Het onzorgvuldig aanbieden van afval kan u minimaal €50, - gaan kosten.’ Een zin trok mijn aandacht: ‘Slijkburgers zijn mensen die slijk, drek en vuiligheid uit de straten van de stad verwijderden en als tegenprestatie ingeschreven werden als burgers van de stad | |
[pagina 88]
| |
Utrecht.’Ga naar eindnoot1... Nee, dit kon geen informatie over de actuele reinigingspolitie zijn... of toch? Ik zocht verder en bevond mezelf in de late Middeleeuwen.
Ik herinner me nog dat op de eerste interdisciplinaire conferentie die ik als student bezocht, een hoogleraar Geschiedenis over vuilophaling in de Middeleeuwen sprak. Ik vond het destijds oninteressant zoiets te moeten aanhoren, omdat in de teksten die ik als een student middeleeuwse letterkunde las niets over afval was geschreven. Ik wilde de fictionele Middeleeuwen bestuderen, en niet het alledaagse leven van die tijd. Maar nu, met de reinigingspolitie vóór de deur, was het anders. Ik las een tekst van het stedelijk museum Drenthe's Veste te Coevorden en samenvattingen van presentaties die in 2001 in Lübeck op een conferentie over de infrastructuur van oude Hanzesteden waren gehouden. Daar leerde ik dat Utrecht als een van de eerste steden in Nederland probeerde vuilnis te verwijderen om de stad schoon te houden. Daarom werd de stand van de slijkburgers ingevoerd en nam de stad Utrecht in 1442 een karrenman in dienst, die eens per week het vuil ophaalde. ‘Behalve de slijkburgers en de karrenman nam de stad Utrecht nog meer maatregelen om de lucht-, bodem- en waterverontreiniging te voorkomen.’ Toen ik dit las, doemde de auto van de reinigingspolitie weer voor mijn geestesoog op. In de vijftiende eeuw wordt in Utrecht weliswaar niet vastgelegd wanneer je de vuilnisbak buiten mocht zetten, maar wel hoe lang vuil buiten mocht liggen. In Utrecht kwam de karrenman eens per week, in Göttingen werd het vuilnis om de twee dagen op een kar uit de stad gereden, en in Lüneborg was het verboden afval langer dan drie dagen te laten liggen. Er wordt ook vastgelegd waar slagers, ingewandenschoonmaaksters, leerlooiers, visverkopers etc. hun werk mochten uitoefenen en hun vuil mochten weggooien. Eigenlijk is er niet veel veranderd. Na het lezen van al die oude afvalregels, vroeg ik me af waarom het nodig was de reinigingspolitie in 2003 weer in te voeren en waarom ze geen deel uitmaakte van een continue traditie Cora Dietl |
|