Madoc. Jaargang 1998
(1998)– [tijdschrift] Madoc– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 278]
| |
de multimediëvistWebsites op het gebied van de middeleeuwse muziekgeschiedenis‘Het Internet heeft (...) de structuur van een doolhof, een reusachtig labyrint waar de logica bij elke hoek die men omslaat verandert.’Ga naar eindnoot1. Met deze fraaie karakterisering open ik graag mijn bijdrage over Internet en de muziekgeschiedenis der Middeleeuwen, omdat zij ook op dit vakgebied van toepassing is. Dit geldt voor de inhoudelijke afgrenzing, maar ook voor de organisatie en de aard van de informatie. Het keurige onderscheid dat we als wetenschappers (en zeker als muziekwetenschappers) proberen te maken tussen Middeleeuwen, Renaissance en Barok is iets dat op Internet maar ten dele opgaat. Hoewel een aantal sites specifiek aan de muziek van de Middeleeuwen is gewijd, betreft de informatie op veel sites zoiets algemeens als ‘oude muziek’ (early music). Nog meer dan voor gedrukte publicaties geldt dat het onverstandig is om die als mediëvist buiten beschouwing te laten. Een werkelijk strak onderscheid is natuurlijk ook niet te maken, maar in Internetverband speelt nog iets anders mee. Aanbieders van Internetinformatie zijn lang niet altijd doorkneed in de finesses van classificatie: iedereen kan immers informatie op het net aanbieden, zonder toezicht van een redacteur of uitgever. Zeker zijn hieraan nadelen verbonden, maar het is naar mijn mening tegelijk een van de mooiste aspecten van Internet. Creatieve musici (die nu eenmaal meestal geen informatietheoretici zijn) vervaardigen vaak zeer informatieve Internetpagina's. Het net is grenzeloos en dus kan ik hier slechts een paar voorbeelden bespreken. Het is vaak nuttig om te starten vanaf een overzichtspagina (ook wel pointer genoemd), waarop links over een onderwerp verzameld zijn. Twee fraaie voorbeelden daarvan zijn Early Music Links en Arto Wikla's Music Page. De overzichtelijke site Early Music Links (http://www.LM.com/\en\kholt/Rand-B/EMLinks/) wordt onderhouden door The Renaissance and Baroque Society of Pittsburgh. Het materiaal bestaat uit achttien categorieën: dat is eigenlijk een te groot aantal om op een toppagina te presenteren, maar de gekozen indeling is voldoende helder. De site geeft links naar commerciële informatie, onderhoudende artiestenbiografieën en wetenschappelijk georiënteerde bestanden. Vanuit de rubriek Discographies & Reviews kan men enige tientallen discografieën van ensembles bereiken, en vanuit de rubriek Commercial sites circa 30 homepages van uitgeverijen. Ongeveer 150 homepages van ensembles en individuele musici gaan schuil in de rubriek Artists. Meer inhoudelijke informatie is beschikbaar via de rubrieken Chant and Plainsong, Instruments & Instrument Families en Early Music Links: References, Databases and Journals. De aard van deze informatie is zeer verschillend. Onder Chant and Plainsong vinden we wetenschappelijk bronnenmateriaal op het gebied van het Gregoriaans, terwijl onder Instruments & Instrument Families zowel sites met een wetenschappelijk karakter als Flute History and Reference Materials als ook minder waardevol materiaal aangeboden worden. | |
[pagina 279]
| |
Ook de zeer grote site die is samengesteld door de Fin Arto Wikla (http://www.cs.helsinki.fi/\en\wikla/music.html#top) is gewijd aan ‘oude muziek’. De honderden links zijn verdeeld over dertien hoofdrubrieken, onder andere Publications; Treatises, bibliographies, theory; Music examples, sounds and music; Instruments; Instrument makers, researchers, museums, dealers; Societies; Ensembles. Sites samengesteld door individuele personen kunnen persoonlijk zijn gekleurd, en dat is bij de luitist Wikla zeker het geval: er is veel over luiten en luitmuziek te vinden. Veel nuttige informatie is bijeengebracht, maar op diverse deelgebieden maken de collecties een wat toevallige indruk: met name de rubrieken Treatises, bibliographies, theory; Music examples, sound and music en Cd's lijden aan dit euvel. Deze situatie tekent het beheersprobleem waarvoor een individu komt te staan zodra hij of zij een omvangrijke website heeft gecreëerd. Het goed beheren van een Internetsite is even noodzakelijk als het goed beheren van een wetenschappelijke boekencollectie: het is zelfs in zekere zin nog noodzakelijker, omdat Internetsites voortdurend aan verandering onderhevig zijn. Als iemand op eigen houtje een site beheert, is dit een enorme opgave. De Gregorian Chant Home Page (http://www.music.princeton.edu:80/chant\u5\html) biedt op zichzelf niet zoveel informatie, maar wel de mogelijkheid om door te klikken naar gespecialiseerde databases, inventarissen van microfilms, en de homepages van belangrijke wetenschappelijke instanties als de Internationale Gesellschaft für Studien des Gregorianischen Chorals en The Plainsong and Medieval Music Society. Met behulp van de databases Cantus (onderhouden door de Catholic University of America) en Cantus planus (onderhouden door de Universiteit van Regensburg) kan men op verschillende wijzen zoeken naar tekstincipita van Gregoriaanse gezangen in oude bronnen. Ook is er een link naar de Thesaurus musicarum latinarum (onderhouden door Indiana University), een database waarin men de teksten van Latijnse muziektraktaten tot 1700 kan doorzoeken. De rubriek Web sites helpful for chant researchers geeft onder andere links naar de Vulgaat en andere bijbelteksten en sites over westerse en oosterse liturgieën. De site Early Music Women Composers Page (http://150.252.8.92/www/iawm/pages) is niet van hoog wetenschappelijk gehalte, maar bevat wel een geslaagde compilatie uit cd-boekjes en naslagwerken. In de Chronological Index of Women Composers born before 1760 kan men het onderdeel Byzantine, Early Gothic & Medieval Eras aanklikken en daarna afzonderlijke componistes. Aan componistes die in de belangstelling staan (bijvoorbeeld Hildegard von Bingen) wordt veel aandacht besteed: leven en werken worden besproken, er zijn afbeeldingen, teksten van vocale werken worden in Engelse vertaling gegeven, er is een lijst van vaktermen (Glossary), een overzicht van belangrijke gebeurtenissen rondom de besproken componist, enzovoort. Men kan homepages van cd-maatschappijen en muziekuitgeverijen benaderen en bestellingen plaatsen. De site A Guide to Medieval and Renaissance Instruments (http://www.s-hamilton.k12.ia.us/antiqua/zink.htm) is een overzichtelijke verzameling van korte teksten over ca. 30 muziekinstrumenten met afbeeldingen en geluidsfragmenten. De beschrijvingen zijn eenvoudig en voorzien van een literatuuropgave. A Guide to Medieval and Renaissance Instruments is gelieerd aan het ensemble Musica Antiqua van Iowa State University. | |
[pagina 280]
| |
Machaut on the Web (http://www.vanderbilt.edu/\en\ cyrus/ machaut/ imslinks.htm) is gewijd aan de dichter en componist Guillaume de Machaut (1300-1377), de laatste der troubadours en trouvères. De site bevat essays over Machaut die worden aangekondigd als ‘scholarly’, maar populariserend van aard zijn, en biografische informatie afkomstig uit verschillende bronnen. Daarnaast biedt de site een wat wonderlijk allegaartje van teksten van composities, in het Frans en in Engelse vertalingen, waarvan de herkomst niet altijd duidelijk is. Men kan fragmenten uit Le Livre dou Voir Dit lezen die zijn bezorgd door de Machaut-specialist Daniel Leech-Wilkinson. Daarbij kunnen met behulp van frames de tekst zelf, tekstvarianten, een vertaling (door R. Barton Palmer) en commentaar op de tekst worden geraadpleegd. Er worden echter ook teksten zonder enige bronvermelding of nader commentaar gegeven, b.v. Fonteine amoreuse. Leuk is de mogelijkheid om zeer fraai gereproduceerde bladzijden uit de originele Machaut-bronnen in de Bibliothèque Nationale de France te bekijken. Geluidsfragmenten en informatie over cd-opnamen zijn ruim voorhanden. De afdeling Fourteenth-Century Culture and Politics plaatst Machaut in een cultuurhistorische context. Ook met betrekking tot de muziekgeschiedenis der Middeleeuwen valt op het Net veel interessant materiaal te ontdekken. Het beste is gewoon maar te vertrekken en met vallen en opstaan een zinvolle reisroute te vinden, zoals de middeleeuwers dat ook deden. Joost van Gemert |
|