Frans
The medieval romantics: French songs and motets 1340-1440. Gothic Voices o.l.v. Christopher Page. Hyperion, 1991. 55:35 min. CDA66463 DDD. Cat. A. Ca. f 45,-.
De Gothic Voices laten op deze CD rondeau's, virelai's en balladen uit de veertiende en vijftiende eeuw horen. Liederen uit de tijd waarin componisten in Frankrijk op zoek waren naar muzikale vernieuwingen ten opzichte van het dertiende-eeuwse trouvère-repertoire. Omstreeks 1320 verschenen traktaten zoals Ars nove musica van Johannes de Muris en Ars nova van Phillipe de Vitry, waarin zij uiteenzetten op welke manier nieuwe harmonieuze en ritmische constructies konden worden toegepast. De hieropvolgende periode van vernieuwing werd genoemd naar het traktaat van De Vitry, de Ars nova.
Behalve liederen van anonymi zijn er composities van onder meer Guillaume de Machaut, Jacob de Senleches, Guillaume Dufay en Paolo Tenorista te beluisteren. Duidelijk hoorbaar is hierin de ontwikkeling van de eenstemmige melodieën naar ingewikkelde polyfone en ritmische structuren. Typerend voor de liederen uit deze tijd is dat de tekst vaak alleen in de bovenstem wordt gezongen, terwijl de andere stemmen (tenor, countertenor en bas) deze cantus tekstloos begeleidden. Met name De Machaut hanteerde deze compositietechniek veelvuldig, waarbij hij, teruggrijpend op het trouvère-repertoire, melodieën voorzag van meerdere onderstemmen die als een instrumentale begeleiding fungeerden. Hij wordt dan ook vaak beschouwd als degene door wie de eenstemmige volksmelodie zich ontwikkelde tot een geconstrueerd kunstlied. Ook buiten Frankrijk was men op zoek naar nieuwe mogelijkheden, zo blijkt uit composities van Paolo Tenorista. Van deze Italiaanse componist wordt een lied uitgevoerd, waarin niet alleen de Franse techniek geadopteerd blijkt, maar ook de Italiaanse en Franse taal elkaar afwisselen.
Na de dood van De Machaut in 1377 neemt de ritmische complexiteit en de behoefte aan expressie nog verder toe. De verfijningen waarnaar men op zoek was vinden hun uiting in de zogenaamde ars subtilior. Uit deze periode staan ondermeer werken van Guillaume Dufay geregistreerd. Hoewel de behoefte aan experimenteren met ritme en harmonieën tot ingewikkelde en virtuoze composities heeft geleid, weten de Gothic Voices deze met grote souplesse en helderheid neer te zetten. Voor de luisteraar blijven daardoor de lineaire structuren duidelijk herkenbaar. Gelukkig hebben de Gothic Voices zich niet laten verleiden tot het gebruik van toeters en bellen, zoals zo vaak het geval is bij reconstructies van middeleeuwse muziek. Zij hebben zich beperkt tot een enkele begeleiding door harp en luit.
Anne Houk de Jong